#Incu14: Springerigheid ten top bij Snøffeltøffs

Duits duo ziet publiek de aandacht opeisen

Bas van Duren ,

Doe je ogen dicht en zeg die naam eens: Snøffeltøffs. Klinkt als een Deense poppenserie uit de jaren 60 die zo bij Villa Achterwerk voorbij had kunnen komen toch? 'We are not from Denmark' verzekert Julian of Florian (de biografie zegt niet wie wie is), maar de jaren 60 sound is niet van de lucht bij dit aangename samenraapsel van sixties-pop en garage rock.

HET CONCERT

Snøffeltøffs, Cul de Sac, dinsdag 16 september 2014

DE ACT

Twee jongelingen uit Berlijn die luisteren naar de namen Julian en Florian. De een speelt gitaar, zingt en bestrijkt op het laatst ook even de toetsen, de ander speelt basgitaar en drums. Tegelijk? Jawel: met pedalen kan hij zowel basdrum, snare en hi-hat bedienen. Een olijke bedoeling al helemaal omdat deze beste jongen familie had kunnen zijn van de Nederlandse cultheld Harry Merry. Samen maken ze snelle popsongs waarbij de drums niet veel verder gaan dan hoempa hoempa hoempa en de gitaarpartijen ook niet al te moeilijk zijn. Het is zorgeloze muziek waarvoor het woord 'jangly' is uitgevonden.

HET NUMMER

Er zit een kazoo gemonteerd aan de microfoon van de zanger die gedurende het hele concert amper wordt gebruikt. Pas bij 'High School Teen' klinkt het karakteristieke geluid, tot vreugd van velen.

HET MOMENT

Nog een instrument wat voornamelijk stof zit te vergaren: een elektronisch orgel in een hoekje dat voor het allerlaatste wordt bewaard. De scherpe tonen zijn een aangename variatie tegenover het gejengel van de gitaar.

HET PUBLIEK

Ik heb een haat-liefde verhouding met moshpits. De liefde komt voort uit dat ik vind dat iedereen het recht heeft om van een concert te genieten zoals hij of zij zou willen. Daar hoort een moshpit net zo goed bij en het blijft mooi om te zien hoe iemand die omvalt snel weer omhoog wordt geholpen. Het probleem is echter dat vaak wordt gemosht om het moshen en niet als blijk van waardering. Maandagavond bij Cousins was het al redelijk misplaatst en vonden sommigen het nodig om te springen vanaf speakers die op wieltjes staan en het ontzettend mis had kunnen gaan. De dienstdoende geluidsman heeft een tafel aan de zijkant van de kuil die kan omvallen en hoewel het bij Cousins nog te overzien was, is het bij Snøffeltøffs een en al chaos. In de moshpit staan een paar dames die ontzettend overdreven aan het dansen zijn, playbacken met een fictieve microfoon en nepdrummen. Het heeft er alle schijn van dat ze nog meer de aandacht willen dan de band en het leidt enorm af. 'Studenten van de Toneelacademie in Maastricht die niet zo van het concerten bezoeken zijn', vertelt Incubate-directeur Joost Heijthuijsen. Dat verklaart een hoop, maar neemt niet weg dat het allemaal aardig irritant is.

HET OORDEEL

Snøffeltøffs verstaat het vak van simpele, catchy nummers schrijven waar geen greintje pretentie van afdruipt. Een zeer vermakelijke afsluiter van de dinsdag, alleen dan wel met een publiek dat hopelijk in deze paar dagen Incubate leert dat niet de hele wereld om henzelf draait.

DE FOTO