Af en toe een zijstraat, maar steeds snel terug naar de klezmerhoofdweg

Amsterdam Klezmer Band verblijdt 013 met jazzy, uitbundige én ingetogen solo’s

Marco van Hoof ,

In zijn rustige en een tikkeltje bedeesde openingswoordje beloofde frontman/zanger/saxofonist Job Chajes het al: “het wordt een feestje vanavond”. Een belofte die al vrij snel werd ingelost door de Amsterdam Klezmer Band, die haar klezmer met balkan/gipsy-elementen met alle plezier bracht in de Kleine Zaal van 013.

Amsterdam Klezmer Band verblijdt 013 met jazzy, uitbundige én ingetogen solo’s

In zijn rustige en een tikkeltje bedeesde openingswoordje beloofde frontman/ zanger/ saxofonist Job Chajes het al: “het wordt een feestje vanavond”. Een belofte die al vrij snel werd ingelost door de Amsterdam Klezmer Band, die haar klezmer met balkan/gipsy-elementen met alle plezier bracht in de Kleine Zaal van 013.

Een tweetal aardige solo's is al langsgekomen wanneer trompettist Gijs Levelt al improviserend de spotlight en de aandacht op zich richt. Dat de Randstedelingen niet eenkennig zijn, blijkt wanneer frontman Chajes (kort van stuk, lang van adem) een Moosmop laat overlopen in een raptekst gelardeerd met Nederlandse woorden van Yiddische komaf. Ondertussen doet hij ook nog een dansje in de hoop anderen aan te moedigen om ook te bewegen, maar vooral omdat ‘ie het zelf zo leuk vindt. Het vrolijke publiek klapt enthousiast mee.

De rap is slechts een zijpad dat eventjes wordt ingeslagen om daarna weer snel op de klezmerhoofdweg uit te komen, waar soms en gelukkig ook ruimte is voor de kalme percussionist Alec Kopyt om naar de voorgrond te treden en een lied te brengen. De armen en handen van de uit de Oekraïne afkomstige Kopyt (de enige echte gastarbeider van de band, aldus Chajes) doen niet onder voor zijn stem als het gaat om het overbrengen van het gevoel van zijn lied. Hierna is het weer tijd om te gaan dansen. Chajes stapt op een box om te saxen en dansen op zich steeds versnellende klanken die ook het publiek niet onberoerd laten.

Chajes - wiens hoofd nu een teint of twee roder is dan aan het begin van het optreden - vertelt dat er bij het vorige optreden van de band in Tilburg slechts achttien mensen aanwezig waren, die ook nog eens allemaal tegen de muur geplakt stonden. Hij is dan ook blij met de opkomst van vanavond maar vindt wel dat er nog meer gedanst moet worden en besluit dat het autobiografische en de band goed samenvattende nummer Op Een Goppe de juiste keuze is om dit te bewerkstelligen. Bij de contrabassolo van aanstaande vader Jasper de Beer in het stuk Slaapgebrek wordt wederom een zijpad ingeslagen: de jazzy geluiden die De Beer uit zijn instrument tevoorschijn haalt, zouden niet misstaan in jazzcafé Paradox.

Na anderhalf uur spelen wordt de band voorgesteld, een buiging gemaakt, applaus in ontvangst genomen en in de toegift geeft trombonist Joop van der Linden nog even een supersolo weg. Na twintig minuten toegift is het, iets na twaalven, tijd voor dj's Gusztav & Pizdabolkin om hun balkanbeats te laten horen. De Amsterdam Klezmer Band kan met een gerust hart terug naar Mokum: de opkomst zal nooit meer laag zijn als deze mannen naar Tilburg komen.