Enkele maanden geleden was heel de Nederlandse muziekscene in rep en roer: rechtenorganisatie BUMA zou iedere blogger en website geld rekenen voor 'embedded' filmpjes met muziek. Inmiddels is de organisatie teruggekrabbeld en hoeven kleinschalige bloggers niets meer te vrezen. Festivals als Incubate daarentegen, zijn nog in het ongewisse.

Eerder deze dag berichtte 3VOOR12 over de veelbesproken embedregeling waar Bas Aaftink van Productiehuis Oost Nederland vragen over stelde. Op verschillende websites van zijn bedrijf staan embedded filmpjes waarvan onduidelijk is of ze voor 1 januari van BUMA van de website afmoeten om een rekening te voorkomen. In eerste instantie meende hij dat dat niet hoeft, maar een woordvoerder van BUMA zegt dat dat juist wél moet.

Een andere website die in de problemen kan komen door de embedregeling is die van het Tilburgse festival Incubate. Organisator Joost Heijthuijsen stuurde in oktober een brief naar de rechtenorganisatie over duidelijkheid omtrent de embedregeling. Heijthuijsen: “Wij bieden jaarlijks meer dan 250 artiesten en op onze website plaatsen we embedded filmpjes van onze artiesten die op Youtube staan. In het ergste geval zouden we voor alle filmpjes bij elkaar 32.500 euro moeten betalen.” Volgens de organisator heeft Incubate dat geld niet. Daarnaast posten ook de weblogs Generation Bass en Inlog.org op regelmatige basis filmpjes. Volgens Heijthuijsen gaat het bedrag dan richting de ton. “Dat bedrag is dertig procent van onze begroting. En dat voor een festival dat opkomt voor de onbekendere artiesten. Embedded is juist een oplossing voor hen omdat zij geen gebruik maken van massamedia. Daar houdt BUMA geen rekening mee.”

Mocht de embedregeling toch onaangepast worden ingevoerd, dan moet Incubate haar website wijzigen. Heijthuijsen: “Linken naar een film in plaats van embedded is een oplossing, maar dan moeten we de website helemaal ombouwen en dat kost ook geld.” Incubate heeft de brief sinds oktober niet opnieuw verzonden. “Die konden we niet anders sturen dan via een standaardformulier op hun website. We zullen wel zien of we nog antwoord krijgen”, zegt Heijthuijsen.