Zweten op z’n Texaans met Holy Moly

Viertal uit Fort Worth vermaakt met stemmige verhalen over drank, drugs en weerwolven

Wouter de Waal ,

De klamme atmosfeer vrijdagavond in de Bat Cave was zeer bevorderlijk te noemen voor het inlevingsvermogen in de vrolijke en warmbloedige liederen van countrygroep Holy Moly over alcohol, marihuana en de lichtelijk bizarre werkelijkheidsperceptie die het resultaat is van veelvuldig gebruik van deze middelen.

Viertal uit Fort Worth vermaakt met stemmige verhalen over drank, drugs en weerwolven

Bij binnenkomst in de Bat Cave afgelopen vrijdagavond had uw verslaggever meteen spijt van zijn intern geventileerde twijfel over nut en noodzaak van 3VOOR12-zweetbandjes. De klamme atmosfeer was echter zeer bevorderlijk te noemen voor het inlevingsvermogen in de vrolijke en warmbloedige liederen van countrygroep Holy Moly over alcohol, marihuana en de lichtelijk bizarre werkelijkheidsperceptie die het resultaat is van veelvuldig gebruik van deze middelen.

"When we left Texas, we thought we would get AWAY from the heat", laat de zanger/gitarist van Holy Moly niet lang na zijn aantreden op het podium om tien uur weten. Die aanname blijkt vanavond onjuist, want het is behoorlijk heet in de Bat Cave. De frontman maakt dan ook regelmatig gebruik van zijn grote zakdoek om zich het zweet van het voorhoofd te wissen, terwijl zich in de loop van het concert de nodige transpiratiebanen vormen op zijn gitaar. Dankzij die hitte kunnen we ons echter ook even wanen in Fort Worth in de zuidelijke Amerikaanse staat, de plek waar de vier kerels van deze groep vandaan komen.

Deze staat grenst natuurlijk aan Mexico, een land waar het viertal een grote voorkeur voor blijkt te hebben, getuige het lied I Wanna Be A Mexican. Niet dat deze jongens Tex-Mex-muziek maken overigens. Ze blijven het gehele concert trouw uit het Amerikaanse countryvaatje tappen. Maar wel speelt de inventieve contrabassist voor de grap even het melodietje van La Cucaracha in dat nummer. Het is typerend voor het niet al te serieuze karakter van deze vrolijke bende, die niet alleen wat nationaliteit betreft houdt van grenzen overschrijden: ook alcohol en marihuana dienen met onbekrompen maat ingenomen te worden. 

Naast lofliederen op deze genotsartikelen wijdt de band nog verschillende nummers aan weerwolven, die vermoedelijk talrijker voorkomen naarmate men meer van deze middelen geconsumeerd heeft. Dit tekstuele amalgaam levert, muzikaal ingekleurd door twee gitaren, staande bas en drums, een stemmig geheel op, dat echter na de nodige versnaperingen en een (ongetwijfeld daarmee samenhangende) plaspauze met het lijflied Holy Moly en een enkele toegift zijn onvermijdelijke afsluiting vindt. Het was een fijn samenzijn.