Het was een vrolijke bedoening vrijdag in 013. Dorlene Love slingerde een smakelijke mix van ska, zigeunermuziek met een snufje punk de Kleine Zaal in. Maar helaas, zoals dat ook met gerechten gebeurt met te veel kruiden en ingrediënten: alles kreeg uiteindelijk dezelfde eentonige smaak.
Als een dolle hond rent Dorlene Love het podium op. Deze energie wordt gelijk door de zaal opgenomen en al vlug staat bijna iedereen te dansen. Goedkeurende blikken doorkruisen de zaal: “Dit is erg leuk!”. De drummer drumt strak, de zanger springt heel aanstekelijk rond en de zilveren contrabas klinkt niet alleen goed maar ziet er ook nog eens heel leuk uit op het podium. Wanneer de percussioniste ook nog eens een grote trom tevoorschijn tovert lijkt het plaatje helemaal compleet. Zo moet carnaval in de Balkan klinken.
Maar dan lijkt het derde nummer eigenlijk wel heel erg op het eerste nummer en het vierde en vijfde nummer hebben ook heel veel van elkaar weg. Dicht bij het podium blijft iedereen vrolijk door dansen, maar achter bij de bar gaan mensen weer bier bestellen of loopt men naar buiten om te roken. Met andere woorden: de verveling slaat toe. Dit is ontzettend jammer omdat het enthousiasme dat de band heeft heel groot is. Ze creëren zeker een feestje, maar ze missen het talent om van dit kleine feestje een groot onvergetelijk feest te maken. Misschien ligt dit een beetje aan het meezinggehalte en de herkenbaarheid van de liedjes, verder dan he-he-he en ho-ho-ho komt het de gehele avond niet. Afgezien dan van een geslaagde cover van Sertab Ereners Everyway That I Can (winnaar Songfestival 2003), hierbij leeft zelfs het publiek bij de bar weer een beetje op.
Al is er op het podium wel genoeg te zien om de verveling toch een beetje te bestrijden. De zanger lijkt qua outfit een vreemde kruising tussen een punker en een buikdanseres. En ook het dixieland uiterlijk van de bassist (compleet met vetkuif) zorgt voor een klein theatraal tintje. De percussioniste die iedere keer weer een ander instrument tevoorschijn tovert is een leuke vondst: alles komt voorbij, van megafoon en fluitjes tot trommels. Af en toe schijnt ze ook iets in de microfoon te schreeuwen/zingen maar dan lijkt haar microfoon wel heel zacht of zelfs uit te staan. Na beter luisteren wordt ook duidelijk dat haar “percussie” niet altijd goed te horen is. Misschien is het zo ook wel beter, want heel muzikaal komt ze ook niet over, maar grappig om te zien is het zeker.
Het muzikale element komt vooral van de basis af: drummer, bassist en accordeonist. Deze spelen zo strak dat de rest van de band helemaal de ruimte heeft om wat aan te modderen en een feestje te maken. Dorlene Love is erg leuk maar slechts voor een korte flirt, want een langdurige relatie met deze band zou een lange sleur worden.
Dorlene Love te eentonig voor een groot feest
Balkanmuziek wel aanstekelijk, maar blijft niet boeien
Het was een vrolijke bedoening vrijdag in 013. Dorlene Love slingerde een smakelijke mix van ska, zigeunermuziek met een snufje punk de Kleine Zaal in. Maar helaas, zoals dat ook met gerechten gebeurt met te veel kruiden en ingrediënten: alles kreeg uiteindelijk dezelfde eentonige smaak.