R.E.M.F. dag 1: A Tribute To Gabber in WORM

Geschiedenisles in de vorm van een talkshow met dj Rob en Paul Elstak

Remco Lankhorst, ,

Remco Lankhorst en Martin van Veen trokken hun aussie uit de mottenballen en wilden bijna hun hoofden kaal scheren voor de start van R.E.M.F. Vanaf donderdag 9 november staat WORM drie dagen lang in het teken van gabber. En als kick-off op dag één is er ‘a trip through memory lane’ met niemand minder dan gabberpioniers dj Rob en Paul Elstak.

Geschiedenisles in de vorm van een talkshow met dj Rob en Paul Elstak

De toon wordt bij de binnenkomst in WORM al direct gezet, door een op de ingang gerichte stroboscoop en de gabberklanken die je tegemoet komen. Verblind door de stroboscoop zouden we haast met ons bakkes tegen de draaideur oplopen. Binnen zijn verschillende vitrines ingericht met objecten uit de hoogtijdagen van de gabber, zoals flyers van de Nightmare feesten en klassieke platen van Rotterdam Terror Corps en Ruffneck. Maar we zijn natuurlijk gekomen voor de twee dj’s die misschien wel het meest invloedrijk zijn geweest in de gabber, dj Rob en Paul Elstak. Als de bijna tachtig aanwezigen, WORM is zo groot nog niet, allemaal een plaatsje in de zaal hebben gevonden, begint het eerste deel van de avond. In de vorm van een talkshow nemen Rob en Paul de geschiedenis van de gabber door en dit illustreren ze door geregeld een plaatje op de draaitafel te gooien. Zo vertelt Rob over de begintijd van het legendarische Parkzicht en over de platen die daar toen gedraaid werden en knalt daarbij, met een sardonische grijns op zijn gezicht, eventjes Voodoo People van The Prodigy uit de boxen. Paul vertelt over het begin van zijn carrière in de Rotterdamse club Blue Tiek Inn, waar hij door een andere housepionier, Peter Slaghuis, de fijne kneepjes van het vak kreeg bijgebracht. Hier draaide hij in den beginne Detroit- en samplehouse, maar ging al snel steeds hardere en snellere platen draaien. In de loop van de jaren worden de BPM’s (beats per minutes) steeds hoger. En uiteindelijk doet de 909 zijn intrede, die zorgt voor de harde droge basdrum, de klap en de hihats die zo kenmerkend zijn voor de latere gabberplaten. De sfeer zit er goed in bij beide heren. Tussen de verhalen en het dollen in, wordt geregeld ter ondersteuning een plaat gedraaid. Het overwegend alternatieve publiek neemt dit alles met instemmend gemompel, gelach en bij een goede plaat, gejuich in ontvangst. De eerste gabberplaat volgens beide dj’s was Father Forgive Them van Paul’s eigen Holy Noise. Een nummer dat volgens Paul Elstak was geïnspireerd op, jawel, muziek uit de musical Jesus Christ Superstar, waar hij nog steeds een groot fan van is. Maar nog steeds was de gabbersound niet compleet. Er miste nog één element, dat pas toegevoegd werd op het moment dat in 1991 Human Resource met de plaat Dominator uitkwam. Daarin werd voor het eerst de ‘zagende synth’ (bij gebrek aan een betere term) gebruikt. Alle stukjes waren op hun plaats vallen en de gabber was geboren. Nu dan eindelijk de echte gabberplaten uit de tas getrokken worden, begint het publiek zich ook steeds meer te roeren en onthalen, enthousiast over de ene na de andere gabberplaat. De talkshow gaat nu, net als de muziek, in een hogere versnelling. In vogelvlucht worden het opbloeien van de gabberscene, het verschijnen van de aussie’s en de kale koppen, de Nightmare feesten, Parkzicht en natuurlijk het drugsgebruik doorgenomen. Op de vraag waar dat kenmerkende gabberdansje vandaan komt oppert Rob, half verontschuldigend, de theorie dat het niet(!!) van eigen bodem komt, maar waarschijnlijk afgekeken is van een stel houterig bewegende Schotten die in de begintijd van de gabber de vloer van Parkzicht onveilig maakten. Onmiddellijk ondersteunt Paul deze theorie op filosofische wijze door fijntjes op te merken dat ‘alles ergens uit voortkomt’. Door het verhoogde tempo van de talkshow wordt blijkbaar de geschiedenis van de gabber wel ietwat te snel doorgenomen, omdat Rob na ieder doorgenomen stukje geschiedenis roept : “Ja, maar daarvoor hadden we dit nog” om, tot vermaak van het publiek, er nog maar eens een klassiekertje tegenaan te gooien. Ondertussen wordt de sfeer joliger, het publiek begint zich meer en meer te bemoeien met de talkshow, er gaan steeds meer mensen staan bij de platen die tussendoor gedraaid worden en het is duidelijk dat men zich aan het opmaken is voor hetgeen waar de meesten deze avond voor zijn gekomen, de draaikunsten van Paul Elstak en dj Rob. En dan, na een uur en drie kwartier de geschiedenis van gabber door middel van anekdotes en geluidsfragmenten aangehoord te hebben, is de talkshow over. De vragen zijn op en de heren geven zelf ook aan dat het tijd wordt om een plaatje te gaan draaien. De stoelen gaan aan de kant, de schuiven gaan open en de voetjes van de vloer.Beide dj’s staan aan knoppen te draaien dat het een lieve lust is en gooien er geregeld, onder luid gejuich, klassiekers tegenaan. Jammer genoeg is het donderdagavond en is het hele feest om een uur afgelopen, want gezien de vele grijnzende gezichten had het makkelijk de hele nacht door kunnen gaan.