Bettie toont haar ballen

Neerlands beste indierock band bewijst haar status

Tekst: Ruben Eijsink / Foto's: Marieke Waalwijk ,

Een nieuwe album. Lange afwezigheid. Het werd echt weer eens tijd dat Bettie Serveert op de planken van Atak hun kunsten gingen vertonen. Het Enschedese podium werd zaterdag 6 februari verrast met een energieke set met veel hits van weleer.

Neerlands beste indierock band bewijst haar status

Het begin van de jaren nul, deze eeuw. Wat was dat een opwindende tijd. Het was de periode waarin de rammelende britrock van The Libertines hoogtijdagen vierde. Het eerlijke, vuige geluid van Doherty en Barat werd een blauwdruk voor vele volgende indiebandjes.

Een decennium verder sta je toch een beetje raar te kijken als er een ware Libertines kloon begint te spelen. Niet alleen het bandgeluid van The Bohemes refereert, blijkbaar zonder gene, sterk aan de Engelse britrock helden. Zelfs de kapsels, motoriek en kledingstijl zijn ogenschijnlijk geleend van the likely lads. Als de Pete en Carl look-a-likes dan ook nog samen in één microfoon gaan zingen is het niet meer grappig.

Eerlijk is eerlijk. Ze spelen lekkere songs met een hoog meeknik gehalte. Bij vlagen is het dusdanig goed dat ze de vergelijkingen van zich af spelen. Bandjes als deze krijgen vaak van recensenten kreten als ‘meer eigen smoel’ over hun heen. In dit geval kunnen de Hagenezen meer ‘eigen hoofd’ gebruiken. Met een flinke dosis fantasie en samen geknepen oogjes kun je je voor heel even wanen in een rokerige, dampende club in Londen ergens rond 2002. Een aarzelend compliment.

Carol van Dijk en haar mannen zijn eindelijk weer terug in Atak. De laatste keer speelden ze een semi-akoestische set naar aanleiding van het ingetogen 'Bare Stripped Naked' (2006) in de kleine zaal van de schouwburg. Dat was allemaal leuke en aardig, maar Bettie Serveert wil weer rocken en dat is goed te merken vanavond.

De band heeft een rijke, acht albums tellende, discografie om uit te putten. Het zal niet makkelijk voor ze zijn om daar een setlist uit te destilleren. Natuurlijk is er veel ruimte voor het laatste wapenfeit 'Pharmacy Of Love' waarop de nieuwe drummer Joppe Molenaar (Voicst) duidelijk steviger de stokjes hanteert dan zijn voorgangers. Voorgangers ja, wat betreft drummers doet Bettie Serveert denken aan Spinal Tap. Gelukkig ontbranden de drummers van Bettie niet spontaan.

Het is een feest der herkenning voor het publiek dat veelal met een nostalgische blik staat te genieten. Als 'Tomboy' en 'Kids Alright', de hits van debuut 'Palomine' (1992), voorbij komen is het bijna aandoenlijk om te zien hoe de 30plussers met een grijns van oor tot oor hun jeugd voorbij zien komen. Ook de jongere generaties weten Bettie te waarderen. Een verrassend gevarieerd publiek vult de bijna volle zaal. Ze zien een ervaren band een strakke set neerleggen waar de kwaliteit vanaf druipt.

Een band die al bijna 20 jaar samenspeelt, zou je routineus kunnen noemen. Als een nummer verkeerd wordt ingezet kan van Dijk alleen maar hartelijk lachen. Altijd prettig als een band zich niet al te serieus neemt. Gitarist Peter Visser maakt gewoon een droge opmerking en de draad wordt weer op gepakt. Tijdens het nummer 'Calling' van het laatste album blijkt maar weer wat een originele gitarist Visser is. Hij weet altijd weer te imponeren met zijn, al dan niet voorzien van effecten, originele geluid en riffs. Het experiment wordt niet geschuwd. Het zijn Herman Bunskoeke (bas) en de Voicst-huurling op het drumkrukje die de boel erg verdienstelijk op de rails houden.
Een episch einde volgt, waarin we een nieuwe kant van The Velvet Underground-adepten zien. Bettie heeft nog genoeg ballen in haar zak. Deze rockers op leeftijd zijn nog lang niet klaar met serveren.