Toen Max door een vriend van zijn moeder werd gevraagd om tijdens Record Store Day in zijn platenzaak in Amsterdam te spelen hoefde Max niet lang na te denken; hij pakte zijn koffers en zei zijn geboorteland gedag. Door de economische crisis was het voor Max moeilijk om in Spanje een baan te vinden en daarnaast waren er weinig mogelijkheden om in de buurt op te treden. “Ik kocht een enkeltje en ben eigenlijk niet meer weggegaan.”
Een enkeltje Amsterdam, en dan? Vlak nadat hij naar onze hoofdstad verhuisde ging Max vaak in zijn uppie op pad en speelde hij als straatmuzikant. Hierdoor kreeg hij meteen mee wat mensen van zijn muziek vonden. “Ik heb eerlijk gezegd nooit grote groepen publiek gehad, maar kreeg wel vaak van mensen te horen dat ze het goed vonden klinken. Dat werkte heel motiverend.” ‘s Avonds ging Max naar jamsessies in kleine cafeetjes. “Op een gegeven moment wist ik gewoon uit mijn hoofd waar en wanneer ik elke avond kon jammen,” vertelt Max. Zo begon hij stukje bij beetje naam te krijgen in de singer-songwriter scene van Amsterdam.