'Berenvel en Vliegtuigstand', een dansbare en nuchtere doch humoristische samenwerking tussen producer Jaïr en rapper Rens. De lol spat van de plaat af en er worden ook lessen geleerd. Zo een plaat die je aanzet als je met je vrienden in het park een biertje aan het drinken bent, maar waar je ook een beetje uit de maat op wilt dansen. Want: ‘boys dansen niet op de maat’, volgens Rens in het nummer ‘Disco’. Ik interview Rens & Jaïr over hun plaat als duo, hun eigen werk, hoe ze het leven op een nederige manier ‘gefinessed’ hebben en hoe je een onuitputtelijke creativiteit behoudt.

Rens nodigt mij uit in een anti-kraakpand in Amsterdam West. Een oud kantoorgebouw, waar hij alle ruimte heeft te experimenteren met muziek, ping-pong en andere gekkigheden. De ingrediënten voor de beloofde mimosa’s staan al klaar en worden ruimschoots ingeschonken. Dit zal hun eerste interview worden, en Rens en Jaïr zijn tot in de puntjes voorbereid goede gastheren te zijn. Er hangt een goede, ietwat lollige sfeer, waaruit duidelijk te halen is dat de relatie tussen Rens en Jaïr een dynamische is, van elkaar een beetje fucken, uitdagen en verder helpen.

Op het plein achter mijn studio waren kids hun fietsbellen aan het vergelijken. Als je goed luistert hoor je nu op de plaat een kind zeggen: ‘nee, mijn bel is ook gewoon hard hoor!’

Jaïr

Berenvel en Vliegtuigstand

‘Berenvel en Vliegtuigstand’, jullie debuutplaat als duo. Jaïr, jij was als producer verantwoordelijk voor de beats en Rens, jij voor de teksten?
Rens: “Klopt. Ik heb wel één ding toegevoegd aan de beats. Bij het nummer ‘Liefhebben’ heb ik met Max, een goede vriend van mij, twee maten gitaar opgenomen.” Grapt: “Producer hier!” 
Jaïr: “Ik heb ook eigen teksten op de plaat, en Rens was verantwoordelijk voor die van hem. Ik was echt blij met zijn toevoegingen, want ik kreeg precies dat binnen wat ik niet wist dat er miste. Als producer is dat geweldig, dat je bijvoorbeeld denkt van wie is deze guy op die gitaar. Keihard, en dat heeft de plaat toch wel een beetje gemaakt man. Shout-out naar Max. Dus ja, Rens, je bent ook wel een beetje een producer. Klein beetje.” 

Het gaat meer spontaan dan het op het eerste oog misschien lijkt dus. Hoe werkt dat maakproces dan? Zit je in de tuin of op je balkon, je komt op iets en dat neem je op op jouw telefoon of ga je er echt voor zitten?
Jaïr: “Het is echt een soort drugs gewoon. Je hebt een week tijd, waarin je dingen moet doen zoals werk en sociale shit. Ik heb een set-up in mijn kamer met mijn bed en mijn studio, en je moet daar gewoon gaan zitten. Of je nou wilt of niet en of er nou iets uitkomt of niet.” 
Rens: “Je moet wel het volledige verhaal vertellen, Jaïr. Je hebt het leven gefinessed! Hij woonde eerst bij zijn moeder en maakte muziek op een vierkante meter in haar schuur, die zijn ouders ook gewoon nodig hadden.”
Jaïr: “Crazy, ik zeg eerlijk. Maar, ik wil gewoon muziek maken dus dan moet je dat gewoon doen, en als jij wat voor ruimte maar ook hebt om dat te verwezenlijken; wie ben je dan om dat niet te doen?! Dus daar komt die eagerness in mij ook vandaan, je hebt gewoon een paar spullen en daarmee moet je het doen.” 
Rens: “Het heeft ook wel een soort sfeer toch. Als je daarin muziek maakt, dan heeft het die ‘moet’-sfeer. Als je in een hele mooie studio bent dan is dat toch anders.” 
Jaïr: “Het is gewoon grinden.”  

Roeien met de riemen die je hebt, dus.
Rens: “Als ik hier muziek kan maken, dan kan ik overal muziek maken.”
Jaïr: “Je moet je echt voorstellen; een eengezinswoning met in de tuin zo een heel klein schuurtje, die al vol staat. Daarin zit ook nog een piano, een kastje dat ik van Marktplaats heb gehaald met een synthesizer, een laptop en één box. Dit alles precies in dat ene hoekje gepropt zodat ik, precies, op dat andere vrije plekje kan zitten. Dan was er ook nog vaak iemand anders die erbij kwam zitten. Alle beats van de plaat ‘Berenvel en Vliegtuigstand’ zijn in die kleine situatie gemaakt. Leuk om op terug te kijken, als je nu een grotere studio hebt.” [lees; studio in zijn slaapkamer].
Rens: “Die omgeving komt ook terug in het nummer ‘Liefhebben’ op de plaat. In de intro hoor je een paar fietsbellen.”
Jaïr: “Ik zat in een woonwijk zegmaar, dus er waren heel veel kinderen. Op het plein achter de studio waren die kids hun fietsbellen aan het vergelijken. ‘Hoe kan ik met dit geluid nou opnemen?’, dacht ik toen. Toen heb ik ze gewoon erbij opgenomen. Als je goed luistert hoor je ook nog een kind zeggen; ‘nee, mijn bel is ook gewoon hard hoor!’. Dat staat op de plaat.” 

Wat hebben die fietsbellen van de kinderen buiten te maken met het nummer?
Rens: “Het nummer heeft een bijna kinderlijke kijk op de wereld van; ‘je mag’. We zijn er niet per se zo ingegaan, maar het gevoel van de intro matcht wel echt met het gevoel van de tekst.”

Bij het luisteren van jullie plaat ‘Berenvel en Vliegtuigstand’ moest ik stiekem wel denken aan ‘De Jeugd van Tegenwoordig’. Wat vinden jullie daarvan?
Jaïr: “Nu of vroeger?” 
Rens: “Ik denk vroeger. Ik heb de vergelijking wel meer gekregen en in die pocket van rap in Nederland zijn zij zo overweldigend, en terecht ook. Leuke raps op funky beats, daarin maak ik het misschien kleiner dan dat het is, maar zij zijn daar zo overduidelijk in aanwezig. Die vergelijking is dus heel snel gemaakt.”
Jaïr: “Ik heb het veel geluisterd vroeger. Mijn eerste CD van Nederlandse rap was ‘Parels voor de Zwijnen’ en ik vond het zo hard. Ik heb nog twee maanden gewacht tot die ene oom van mij het op mijn mp3 zou zetten, en daarna heb ik het nog zeven maanden op repeat geluisterd. Negen maanden heb je zo een album geluisterd. Ik vind het keiharde boys, maar als ik de kans krijg daar ooit te komen dan wil ik meer. Zij hebben hun ding gedaan toch? Mocht ik daar komen, dan ga ik meer doen!”
Rens: “Waar ik ‘De Jeugd [van Tegenwoordig]’ zo leuk vind, is dat zij grotendeels op hun manier zijn gekomen waar zij nu zijn. Als dat voor ons ook zo weg gelegd is, dat zou geweldig zijn.”

Idyllisch met producer Jaïr

Nu hebben jullie je album af, en gaan jullie beiden weer solo dingen doen?
Rens: “Nu gaan we Yes-R!, uit elkaar. Nee, we waren allebei al bezig met aparte projecten. Ik heb hiervoor een popband gehad, genaamd Gliss. Dat was ongelofelijk leuk en nadat we daarmee stopten ben ik op zoek gegaan naar andere vormen waarin ik het leuk vind om te werken. Werken met vaste groepen en vaste projecten, maar wel een hele hoop tegelijk. Ik denk dat het belangrijk is, zeker als je bent waar wij nu zijn, dat het leuk is en dat je enthousiast blijft. Dus je wilt met mensen werken bij wie de prioriteiten overeenkomen. Anders wordt het een lastige samenwerking en heb ik het gevoel dat ik aan het trekken ben, en de ander heeft het gevoel dat ik aan het pushen ben. Met het verspreiden van projecten kan je daar zijn waar het meest enthousiasme is. Ik denk dat Jaïr en ik elkaar daar gevonden hebben het afgelopen half jaar. We hebben het met volle overtuiging gedaan, en nu zijn er andere dingen in het leven waar we zulk soort enthousiasme in vinden.”
Jaïr: “Dat sowieso, maar ik vond het ook fijn. Met mijn project waar ik daarvoor mee bezig was, zat ik echt dichtgemetseld. Ik had me volop ingezet, maar het blijft creativiteit die je aan het uitputten bent en er is een limiet. Je maakt sowieso dingen on the side om je op andere gedachten te brengen, maar als je dan een Rens in je studio krijgt en je hebt die beats nog en die man killt het gewoon. Dan wordt je wel actief, dan denk je van: 'ja waka', we doen dit project nu gewoon. Dan krijg je inderdaad die energie, daar heb ik op doorgebouwd, en dan krijg je een hand op hand gevoel.”

Jaïr, vertel eens wat over je ambitie.
Jaïr: “Als artiest? Mijn ambitie is om aan het einde van deze lineaire rit, een geambieerd muziekleraar te zijn. Dat is mijn ultieme ambitie. Die heb ik gesteld zodat ik vanaf het punt waar ik nu ben, als muzikant en artiest zijnde, eigenlijk heen kan gaan waar ik wil en kan doen waar ik zin in heb, maar wel weet waar ik naartoe moet. Ondertussen wil ik zoveel mogelijk vette muziek maken waar mensen van kunnen genieten samen met andere mensen, zodat we er zelf ook meer van kunnen genieten. Heel idyllisch.”

Staat jouw ambitie als artiest los van jouw ambitie als persoon?
Jaïr: “Als persoon is mijn ambitie dat als ik later weg ben, zoveel mogelijk mensen wat aan mij hebben gehad. Dat kan zijn een mooie herinnering, een leuke dag, hulp, zulke dingen. Dat artiest zijnde komt daar ook uit. Je wilt niet per se mensen helpen de hele tijd, maar je wilt wel dat genot verspreiden. Het klinkt heel egoïstisch, maar het genot van mij. Niet het genot dat ik heb, maar wat mensen van mij kunnen hebben. Als artiest probeer ik dat wel te verspreiden, want dat doe je als artiest, én als persoon probeer ik dat ook heel erg. Dat is mijn opvoeding gewoon. Mijn ma heeft me een geweldige opvoeding gegeven als alleenstaande moeder. Met een insteek van je kan krijgen wat je kan krijgen en wil je meer? Dan moet je werken. Dat heb ik meegenomen en dat probeer je ook mee te geven aan je vriendengroep en andere mensen. Niet alleen de harde werkethiek, maar omgaan met anderen en omgaan met jezelf. Niet als lifecoach, maar low-key.”

Rens pinkt bijna een traantje weg

Jaïr is geslaagd. En wat is jouw ambitie Rens?
Rens, grapt: “Een grote zak geld.”

Voor het interview had je het over je undercover strijd met rapper Ares. Dus: Ares verslaan?
Rens: “Je hebt me! Je hebt me raar geklemd… Ares, doe je best! Nee, maar wat ik zei over die grote zak geld dat is een half grapje. Het lijkt me heel erg leuk om verder te komen met wat we nu aan het doen zijn. Om te zorgen dat we met elkaar kunnen groeien. Wat wij met z'n tweeën doen, en wat ik met meer mensen doe, de beeldmakers en de mensen die schrijven. We zijn elkaar allemaal aan het helpen om beter te worden en meer mensen te bereiken, omdat we vinden dat we iets leuks maken. Iets dat iets toevoegt aan je dag of aan je week. Ik hoop dat we daarvoor nog meer middelen krijgen om nog wilder te durven dromen! Dus dat we elkaar niet alleen in de waardering die we naar elkaar uitspreken, maar dat we ook andere middelen hebben om elkaar te helpen. De middelen om een vrijer leven te leiden. We halen alles eruit met wat we nu hebben, met zoveel liefde en enthousiasme. Het zou alleen gewoon leuk zijn dat als we iets bedenken, dat je niet gelimiteerd wordt. Als dat mogelijk is; dan is dat de ambitie.”

En wat wil je als artiest verspreiden?
Rens: “Ik denk dat wat ik wil verspreiden gewoon een bunch of positieve energie is. Het meeste wat ik terug hoor over mijn muziek is dat mensen mijn muziek leuk vinden, omdat ze het gevoel hebben dat het een leuke kijk is op de tijd en op de wereld. Daarnaast hoop ik mijn steentje bij te kunnen dragen aan de Nederlandse rap. Omdat ik langzamerhand een rapstijl aan het ontwikkelen ben, die een soort gelaagdheid bevat en die hopelijk weer een nieuwe steen kan toevoegen. Het hoeft geen grote steen te zijn, gewoon een klein steentje bovenop het steenmannetje.”

Wat is die steen, of die unieke stijl in jouw raps dan?
Jaïr: “Mag ik het doen? Rens heeft een eerlijke stijl. De reden dat ik dit zeg is omdat, in wat voor jasje je het ook zet, het altijd wel eerlijk is. Niet alle vormen van rap zijn eerlijk, het is vaak met veel rag 'n' bones, weetje. En zelfs als ik hem dát hoor doen, dan is er toch een bepaalde graad van eerlijkheid terug te vinden. Dat is toonaangevend voor de muziek van Rens, voor mij als luisteraar.”
Rens: “Ik pink bijna een traantje weg.”
Jaïr, grapt: “Ik krijg honderd euro van je als we klaar zijn.”
Rens: “Emotional shout-out op onze mixtape, coming soon!”

Onze muziek is oud & nieuw. A.k.a., voor iedereen een feestje!

Rens

Kunnen jullie een overzicht geven van wat jullie naast jullie recente duoplaat gaan uitbrengen?
Jaïr: “Het eerstvolgende project dat ik ga releasen heet ‘Alles wat je nodig hebt’, een feel good tape die uitkomt in mei. Dit is tot stand gekomen in de corona periode. Ik dacht ik ga deze tijd goed benutten als artiest zijnde en nieuwe dingen leren. Het is een kant die alle mensen die mij kennen als artiest dusver nog niet hebben gehoord. Jazz, blues en bossa nova achtige nummers, met echte instrumenten. Daarnaast heb ik besloten om een house tape te maken voor dat moment dat alles weer open gaat zijn en de ‘summer of love’ begint.” 

Je bent van vele markten thuis dus. Dat komt allemaal onder je naam ‘Jaïr’ uit toch?
Jaïr: “Goed dat je dat zegt! Vroeger heb ik onder de naam Wiet Paulusma ook dingen gedropt waar ik nog steeds love en feedback op krijg. Op gegeven moment, wordt je zelf ook iets ouder en wil je niet dat mensen je altijd met één ding associëren. Ik heb een prachtige naam gekregen van mijn moeder, ik zet die nu in. De golden card. Hierop kan ik, niet per se opnieuw beginnen, maar verder gaan. Mocht je oude muziek van mij willen horen: Wiet Paulusma

Komen er op de tape ‘Alles wat je nodig hebt’ in mei ook vocals?
Jaïr: “Ik heb speciaal zangles genomen voor deze tape, en er zitten ook zelfgeschreven, een beetje Spinvis-achtige, teksten in. Nederlandstalig, want mijn Engelse stem laat te wensen over. Ik kan goed schrijven in het Engels, maar ik kan er niet tegen als ik andere artiesten hoor die Nederlands zijn en Engelse nummers maken. Dat je kan horen dat ze Nederlands zijn, dat cringed in mijn oor. Dus het zou hypocriet zijn als ik dat zelf ook doe, dat wil ik niet. Dus ik ben nu gebonden aan het Nederlands en je kan je best wel mooi verwoorden in het Nederlands, ben ik achter gekomen.”

Wat is de rode draad in jouw werk?
Jaïr: “De rode draad is dat er iets verteld moet worden, want je moet beloond worden voor de tijd die jij aan mij hebt gegeven wanneer je luistert. Dit bedoel ik no offense naar andere artiesten hoor, maar dan ga ik niet lines achter lines gooien en je eigenlijk niks vertellen. Dan vertel ik liever een mooi verhaal of een niet zo een mooi verhaal, of ik geef een tip. Ik ben ook een vrije artiest. Omdat ik zelf de mix and master kan doen, veel van de technische dingen, en veel dingen heb gemaakt is het echt een blank sheet; want ik kan alles maken wat ik wil. En waar je dan begint? Dat verschilt. Meestal bij het verhaal, en het gevoel van dat verhaal, want dat is wat muziek is voor mij.” 
Rens: “Geslaagd!” 

Wil jij ons ook even meenemen in jouw projecten, Rens?
Rens: “De komende maand komen allemaal leuke dingen uit. Allereerst komt er een project uit bij Meervaart studio, onder begeleiding van Leeroy en Joshua J. Er zijn daarbij een stuk of acht jonge artiesten uit Amsterdam en omstreken betrokken die liedjes maken. Ik doe meerdere dingen waaronder een featuring op de track ‘Desire’ van Doenormaal, die afgelopen vrijdag is uitgekomen. Er komen twee cyphers uit vanuit het Meervaart project. Daarna breng ik twee singles uit met producer Shims. Het nummer ‘Tutti’, daar heb ik ongelofelijk veel zin in! Met Shims heb ik dit nummer als speerpunt genomen van wat we willen doen, en ik hoop dat we in de toekomst nog meer leuke dingen gaan doen.”

Goed oké, en waarom moeten mensen naar jullie luisteren?
Rens: “Ik hoop dat onze luisteraars op een nieuwe manier enthousiast wordt van rap en muziek, op de manier waarop wij het doen. We hebben veel minder duidelijk de horizon van bekend worden, of geld verdienen; we bewegen vanuit energie en passie en ik denk dat je dat terug hoort. We vinden het ongelofelijk leuk! Daarom komen er hopelijk andere dingen uit dan bij andere artiesten, nieuwe dingen.”
Jaïr: “Ik denk dat je in plaats van het woord nieuw, het woord oud bedoelt. We zitten in een periode dat muziek maken gecommercialiseerd is. Het moet toegankelijk en je kan er gewoon je werk van maken en je geld ermee verdienen. Wat jij denk ik bedoelt is, de oude manier. Dat er mensen zijn die gewoon muziek willen maken, hun best doen vanuit die liefde. Er zijn mensen die dat horen en, that’s it. Je hoeft er niet duizenden keren naar te luisteren, en duizenden euro’s aan te verdienen.”
Rens: “Onze muziek is oud & nieuw. A.k.a., voor iedereen een feestje!” 

Dat muzikanten Rens en Jaïr samen een plaat hebben gemaakt, verbaast mij niets. Ze vullen elkaar aan tijdens het interview, en hebben hun drive voor de muziek gevonden. Het is een gevoel, en daarvan uitgaan. Muziek is niet per se een vooruitgedacht pad. Daarop focussen waar je de meeste gedeelde energie uithaalt, en kijken in mogelijkheden. Dat hebben de twee vroegtijdig uitgevonden, en met deze mind-set zitten ze nergens aan vast. Hun bron aan creatieve energie lijkt dus onuitputbaar. Ik ben benieuwd waar deze twee, zowel solo, maar hopelijk ook vaker als duo, heen gaan. Er komt dus werk aan: Rens brengt op 21 mei de single ‘Tutti’ uit met producer Shims. Deze track wordt vergezeld door een ludieke videoclip, waarin de ‘liefde’ verspreid wordt. Jaïr zijn plaat ‘Alles wat je Nodig Hebt’ komt op 6 juni. Ik zou zeggen, houd vooral hun socials in de gaten, want deze twee zijn nog lang niet klaar: Rens & Jaïr. Alles met het doel onuitputtelijke creativiteit onbelemmerd te kunnen uiten.