#ESNS16 New Red Fading, Marble Heart & Tied Laces op Grunnsonic

Gelikte gitaarpop in de onhandige Warhol

Tekst: Jesse Havinga Foto's: Elbert Fliek, Jan Lenting en Harold Zijp ,

Het valt niet mee met de overvolle randprogrammering, maar toch, dit is het dan: dé kans om je als band met ambities in de kijker te spelen bij de hoge muziekpiefen. De urgentie droop er niet van af, bij het drietal bands dat vanavond in de Warhol mocht proberen het praatpubliek voor zich te winnen. Zat er toch wat bij voor de toevallig langslopende programmeur?

New Red Fading

“Wij treden niet zo vaak op. Alleen met Eurosonic, eigenlijk”, is zo'n beetje de binnenkomer van New Red Fading. De band, normaal met z'n vijven maar vanavond zonder toetsenist, heeft wat moeite om op gang te komen. Het eerste nummer is meteen heel sterk, maar komt om de één of andere reden niet echt aan. Gratis concertjes, het trekt altijd veel praters aan. En dan sta je daar in de Warhol als band vooral voor het trapgat te spelen. Het is geen ideale setting, laten we het daar op houden. Maar het is dan toch wel een beetje de truc om als band de aandacht op te eisen. Dat lukt, hoewel soms te weinig, bij de wat ruigere, psychedelische stukken. Het ontbreken van toetsen is jammer, dat zou een fijne toevoeging geweest zijn aan deze gitaargevulde avond. Maar aan de muziek ligt het echt niet: genoeg ideeën en het spel is strak. De geknepen zang samen met een fijne four-on-the-floor zorgt voor een soort dansbare Kings of Leon-vibe. Bij het laatste nummer lijkt het dan toch te lukken: connectie met het publiek. Met een mooie gelaagde opbouw die eindigt in psychedelische chaos sluit New Red Fading in ieder geval sterk af.

Marble Heart

Marble Heart is duidelijk beter voorbereid op een maar half geïnteresseerd publiek. Met aanstekelijk zelfvertrouwen spreekt frontman Bram Vink de zaal aan. Diezelfde ongecompliceerde vrolijkheid zit in de nummers. In álle nummers. Catchy is het, maar dan vooral in de zin dat je het snel oppakt en niet in de zin dat je het dan ook lang vasthoudt. De praters zijn in ieder geval even overstemd, en de sfeer zit er goed in. Lastig voor mensen die weg willen, maar de ruimte voor de trap stroomt nu ook vol. Dat is fijn voor het viertal, want het zorgt voor de nodige energie in de set. Je krijgt wel het idee dat Marble Heart wat laag inzet. Geinige, gelikte popliedjes. Als ze hebben geprobeerd om een zo toegankelijk mogelijke set neer te zetten, dan is dat gelukt. Maar het beklijft niet echt, en dat is wel het tweede noodzakelijke element van succesvolle pop. Hun liedje over een yogatechniek waarbij je al je zorgen figuurlijk in een doosje stopt en het dan op de stroom van een rivier laat meevoeren, is wat dat betreft maar al te treffend. Zorgeloos, zeker, maar ook wat ál te vluchtig. 

Tied Laces

Dan Tied Laces, die hebben nog eens zorgen. Liefdegerelateerd, met name. Met aandoenlijke oprechtheid wordt de ene na de andere zeurderige poptekstplatitude de zaal in gezongen. Het is duidelijk, hier staat Groningens very own boyband, inclusief het soort vanzelfsprekende zelfvertrouwen dat daar bij hoort. Het jonge viertal, en dan vooral frontman Omri Soekatma, bespeelt de zaal met het grootste gemak, en dit is absoluut het sterkste punt van de band. Je moet het ze nageven: Tied Laces speelt in ieder geval hun eigen instrumenten, dat kunnen niet veel boybands zeggen. Weer veel gelikt gitaarwerk, met vooral in de solo's de overduidelijke aanwezigheid van John Mayer als inspiratiebron. Bij de zachtere liedjes verdrinkt de zang volledig in het geroezemoes, en bij de uithalen is het nog al eens vals. Ook de drummer versnelt af en toe behoorlijk, maar de band pikt dat goed op en niemand in het publiek die het merkt. Als er op het eind van de set nog wat tijd over is, komt er zelfs een verzoeknummer uit het publiek. Nu nog iets meer gillende meisjes en dan heeft Tied Laces het onmogelijke voor elkaar: een heuse, succesvolle boyband in het nuchtere, garagerockerige Grunn.