In de intieme en bijna volledig gevulde Binnenzaal van de Oosterpoort staat de Deense Tina Dico. Hoewel in de aankondiging staat dat ze in gezelschap zou zijn van IJslander Helgi Jonsson, doet de dame de eerste vier nummers alleen. One, het eerste nummer van de setlist, geeft weer dat je krijgt wat je ziet. Één vrouw, één akoestische gitaar. Ook wanneer ze even later gezelschap krijgt van Jonsson zorgt dit simplisme voor een uitgeklede versie van haar, op de albums toch meer pop-achtige, nummers. Dit eenvoudige staat Tina Dico echter wel. Ze voelt zich in deze setting als akoestisch duo ook duidelijk in haar element. Niet alleen brengt ze de nummers zoals ze geschreven zijn en kan het publiek echt naar de tekst luisteren, maar zij hoort eveneens elke beweging en lach van het publiek.
Tina Dico & Helgi Jonsson zijn op hun plek in intieme setting
Duo steekt pop-achtige nummers in uitgekleed jasje
Als Tina Dico op 18 maart samen met Helgi Jonsson de Oosterpoort aan doet, verruilt ze de popversies van haar liedjes voor uitgeklede versies. De nummers klinken in deze setting veel intiemer en - volgens Tina Dico zelf - zoals ze gemaakt zijn.
Wanneer Helgi Jonsson haar vergezelt, doet het tweetal eerst geheel a capella Long Way Home/Rain On The Court. De twee spelen zowel in de hoogte als de laagte en in het ritme met hun stemmen. Dat Jonsson meer in zijn mars heeft, blijkt wel als hij zich zowel over de piano, keyboard, gitaar en trombone ontfermt. Een perfecte aanvulling op Dico's eigen karakteristieke stem en haar nummers. Daarnaast straalt het tweetal duidelijk een aangename chemie uit, zijn goed op elkaar ingespeeld en maken veel droge grapjes over en weer. Ook is er ruimte voor Jonsson's eigen nummers zoals, Aurora, over het noorderlicht. Verder komt ook het eerste nummer dat ze samen schreven - Walls - aan bod en vertolkt Jonsson na de pauze een eigen nummer solo.
Beide blijken naast grappenmakers ook verhalenvertellers. Zowel tussen de nummers door vertelt het tweetal veel, maar ook Tina Dico's rustige nummers blijken eigenlijk gewoon kleine verhalen. Op sommige momenten zingt Dico het verhaal van haar nummers dan ook nauwelijks, maar vertelt ze de tekst, wat het liedje een extra gevoelige lading geeft. Meest energiek is het nummer You Wanna Teach Me To Dance, dat gaat over Dico's slechte verhouding met de dansvloer. Hoewel het nummer vanavond beduidend minder pop-achtig klinkt dan op het album, weet Helgi Jonsson met de trombone nog steeds een feestelijke tintje aan het nummer te geven. Het nummer heeft zelfs zoveel ritme dat Dico ondanks haar dans-aversie tóch in beweging komt.
Na een staande ovatie komt het duo terug voor de toegift. Het tweetal speelt Copenhagen. Wanneer Dico wil vertellen dat het nummer stiekem helemaal niet over Kopenhagen gaat en verzoekt om dit geheim te houden voor mensen uit Kopenhagen, blijkt er iemand uit die streek in de zaal te zitten. Het liedje gaat over het verre reizen om iets te vinden, wat je ondertussen al in je binnenste draagt. Een mooie gedachte aan het einde van een nog mooiere avond.