Inhaken en meezingen met Ben Caplan

Canadees transformeert Vera in zeemanspub

Tekst: Karst Jaarsma ,

Ben Caplan is zo’n man die je altijd op vakantie hoopt tegen te komen. Wanneer je na een lange zoektocht eindelijk in dat idyllische havenplaatsje bent aangekomen en aarzelend de lokale pub binnenwandelt, dan hoop je dat hij daar in een hoekje zit. Caplan met zijn dikke baard en doorleefde stem ziet eruit alsof hij de gehele avond kan vullen met het vertellen van sterke zeemanverhalen. Wanneer de drank eenmaal flink de rond gedaan heeft, trekt Caplan zijn keel open om er een fantastische stem uit vandaan te toveren.

Zelf merkt Ben Caplan al op dat hij inmiddels elk podium in Groningen wel bezocht moet hebben. Samen met zijn band deed hij vorig jaar de Rhythm & Bluesnight aan, bezocht in de zomer Simplon en staat nu in Vera. Vorig jaar bracht hij zijn band The Casual Smokers mee, vanavond doet hij het volledig in zijn eentje.

Dat is geen enkel probleem. Caplan weet solo gemakkelijk de aandacht erbij te houden. Zijn stem heeft een kracht die in één klap de gehele Vera weet te vullen. Daarnaast heeft hij ook een voorraadje slechte grappen meegebracht, waarmee hij de aandacht erbij weet te houden. Na enkele nummers wordt de eerste meezinger erin gegooid: ‘I’ve Got Me A Woman’. Vleugjes van de Ray Charles-klassieker worden gemixt met een schaamteloos meezing refrein, en zo weet Caplan de gehele zaal enthousiast aan het zingen te krijgen.

Vanaf dit moment lijkt het alsof iedereen een stukje meer dronken is. Ben Caplan zingt en de meest simpele refreintjes worden luidkeels meegeschreeuwd. Dat het daarbij grotendeels om ‘La, la, la, la’ opbouwen gaat maakt de sfeer er alleen nog maar beter op. Daarbij weet Ben Caplan vooral te overtuigen met zijn persoonlijke chemie. Velen zouden niet wegkomen met de simpele refreintjes, hier lijkt er echter niks meer op zijn plaats.

De simpele refreintjes worden afgewisseld met enkele serieuzere nummers. Het is opvallend dat het hier vooral om nieuwe liedjes gaat die vanaf het keyboard gespeeld worden. De opbouw van deze nummers is zwaarmoediger. De show kakt even wat in, maar net zo makkelijk wordt de draad weer opgepikt. Een cover van Louis Armstrongs ‘What A Wonderful World’ krijgt iedereen aan het neuriën. Het zijn echter nummers als ‘Stranger’, ‘Conduit’ en het afsluitende ’40 Days And 40 Nights’ die het publiek massaal aan het zingen krijgen.

Ben Caplan bewijst vanavond een podiumdier pur sang te zijn. Hij is een meester in het bespelen van het publiek. Tot twee keer toe breken zijn snaren, maar met het grootste gemak gooit Caplan er een platte grap doorheen en stapt over op zijn keyboard. Met een flinke voorraad meezingers op zak en een uiterlijk van iemand die 50 jaar op zee heeft doorgebracht tovert Caplan elk podium om naar die onvindbare pub in dat idyllische vissersdorpje.