Nieuw jaar, nieuwe singles. Ook in 2017 zijn diverse acts er weer als de kippen bij om hun geliefde luisteraars wat nieuwe plaatjes voor te zetten ten einde de koude, natte dagen weer door te kunnen komen. Met When I Go Home, dat in januari door het folky Small Town Bandits werd gereleased, en de nieuwe EP van Groninger post-punkers Pagan Drive, zit er in elk geval weer genoeg in het vat om een breed publiek aan te spreken. Wij van 3voor12 groningen doen graag het vuile werk voor u en checkten eerst even of het überhaupt ergens naar klinkt.

Small Town Bandits – When I Go Home

De Groninger viermansformatie Small Town Bandits kenmerkt zich volgens de eigen Facebookpagina door “melodische, opzwepende nummers met meerstemmige harmonieën”. Eigenlijk had deze recensie daar wel mee kunnen eindigen, want dit is dan ook precies wat de luisteraar op de nieuwe single When I Go Home voorgeschoteld krijgt.

Na wat getokkel op een akoestische gitaar zwelt het nummer langzaam aan. Elektrische gitaar, drums en jawel, meerstemmige zang worden langzaamaan bij elkaar gegoten tot uiteindelijk het bombastische refrein zijn intrede doet. Wereldschokkend origineel is het allemaal niet, maar het klinkt goed en het is voor te stellen dat menigeen bij het horen van een live-versie de neiging tot meeblèren met dat refrein niet zal kunnen onderdrukken. In potentie een prima hitje dus, dat we het komende jaar vast nog op diverse weiden in stad en ommeland gaan horen.

Pagan Drive - EP

Hoe anders is het wanneer de nieuwe EP van Pagan Drive op play gaat. Wie een opzwepende opbouw heel belangrijk vindt, kan deze misschien beter overslaan. Op openingsnummer Truck wordt geen seconde aan dergelijke omzwervingen verspild; de beuk gaat er meteen in. Het nummer ramt op zich lekker voort, het klinkt alleen wat schel en krakkemikkig. Het zal de sound van de band wel zijn, maar een dergelijk dreigend dreunende baslijn was met een wat vetter gitaargeluid er overheen ongetwijfeld nog beter uit de verf gekomen.

Op Left en No Saint klinken de gitaren al beter, maar de nummers beklijven niet helemaal. De muziek is aan de rommelige kant en de zang niet bepaald van virtuoos niveau. Goed, het is natuurlijk wel wat flauw om een band op het voorgaande af te rekenen terwijl natuurlijk duidelijk te horen is dat dit juist de sound is die de heren nastreven; de sound van de rauwe punk, van het naakte nihilisme. Toch missen de eerste drie liedjes op deze EP net even dat beetje extra om ze echt memorabel te maken. Het venijn blijkt hem echter in de staart te zitten. Dat wil zeggen, de laatste twee nummers zijn de beste. Vooral het lekker scheurende Abidance is gewoon een harde punkknaller, waarbij men live ongetwijfeld de oordoppen tevoorschijn haalt.

Afsluiter Wasted Summer neemt dan juist weer wat gas terug, maar springt er juist om die reden uit en heeft bovendien nog een uit de tenen gespeelde gitaarsolo in huis. Kortom, een plaatje waarvan alleen de laatste nummers écht goed zijn dus, al biedt het als geheel vast en zeker genoeg fundament om live een flinke knalset mee te brouwen.