Het uit Twente afkomstige Bek Vol Zand heeft de eer om het voorprogramma te verzorgen voor de Amerikaanse one-man band. Daarbij zien we traditionele bezetting, die bij het countrygenre bestaat uit gitaar, banjo, mondharmonica en contrabas (die net niet tegen het plafond boven het podium knalt). De expertise bij de band is duidelijk te zien en te horen. Met name lof voor de contrabassist, die los van de standaard country-baspartijen ook erg funky op de contrabas slapt. Toch kan de band helaas niet op veel aandacht van het publiek rekenen, zo blijkt uit het geroezemoes dat de band bij vlagen overstemt. Ondanks het eigen materiaal dat het trio speelt, lijkt Bek Vol Zand in deze setting op een bruiloftsband die achtergrondmuziek maakt waar maar weinig mensen op dansen. Ondanks de inzet van de band mocht het voor Bek Vol Zand vanavond niet zo zijn.
Verleden week werd bekend dat Jazzcafé De Spieghel eind deze maand de deuren gaat sluiten. De oorzaak is volgens uitbater Hubert Nauta duidelijk: men heeft er in zijn ogen geen luttele 3 euro meer voor over om goede livemuziek te zien, zo meldde hij in een artikel van het Dagblad van het Noorden. De organisatie van Noise in the North wist echter het tegendeel te bewijzen met de optredens van Bek Vol Zand en Scott H. Biram afgelopen donderdag in een goedgevulde zaal van het Jazzcafé. Tijdens een van de laatste concerten in De Spieghel passeren bluegrass, country en blues allemaal de revue, maar rock voert de ondertoon.
Bruiloftsband
Jan met de pet rock
Dat het publiek vooral voor Scott H. Biram is gekomen blijkt wanneer hij aan zijn set begint. Minder geklets, meer focus voor de muziek en een handvol mensen die zelfs begint te dansen. Het idee is erg simpel. Biram, oftewel The Dirty Old One Man Band, speelt gitaar, zingt en stampt met zijn linkervoet op een stompbox waarmee de bassdrum door de zaal dreunt. Ondanks de eenvoud kun je de neiging om mee te stampen bijna niet onderdrukken en veel mensen doen dan ook vrolijk mee. Met een set die zowel nummers van zijn nieuwe album bevat als oudere hitjes zoals Victory Song, Still Drunk, Still Crazy, Still Blue en Blood, Sweat and Murder, neemt Scott H. Biram ons in rap tempo mee door een gedeelte van zijn repertoire. Alhoewel de harde nummers op iets meer enthousiasme bij het publiek leiden, komen ballads zoals Righteous Ways ook erg mooi uit de verf vanavond.
Ondanks de simpele basis verveelt het bepaald niet. Het publiek vermaakt zich en dat stemt Scott H. Biram vrolijk. Met verhalen over Nederlandse wiet, zijn woede over Donald Trump ("Fuck that orange motherfucker 'till his ass turns blue") en zijn gehannes tijdens het stemmen van zijn gitaar, zien we hem niet alleen als een ongeremde muzikant, maar ook als een Jan met de pet die graag muziek maakt en lekker wil ouwehoeren over van alles en nog wat. One-man band, trucker, vuige rocker en ga zo maar door. Scott H. Biram is vooral zichzelf.