#4df18: Stoïcijns literair rammelen met Lewsberg
Rotterdammers scoren punten tijdens wk-finale
Het Rotterdamse Lewsberg is de leukste Nederlandse gitaarband van dit moment. Alweer zo'n hippe nieuwe gitaarband? Ze mogen er weer zijn de laatste jaren. Mozes and the Firstborn, Afterpartees en Valkhof-favoriet Canshaker Pi zijn inmiddels gevestigde namen. Al moet dan onmiddellijk worden toegevoegd dat Lewsberg zo nieuw niet is: in gitarist links herkennen we Michiel Klein van Bonne Aparte, naast hem staat de bassiste van Venus Tropicaux en zelfs de zanger zou je nog kunnen kennen van Boring Pop. Een supergroep dus, genoemd naar de Rotterdamse schrijver Robert Loesberg.
Lewsberg tapt überhaupt uit een ander, wat langzamer gitaarvaatje dan genoemde acts. Door de praatzang van Arie van Vliet ligt de Lou Reed-vergelijking voor de hand. Ook de repetitieve gitaarlijnen mogen gerust in het Velvet Underground-hoekje worden gezocht, al zijn dankzij de melodieus stuiterende bas moderne acts als Parquet Courts en Ought nooit ver weg.
Maar waar dat soort bands vaak de versnelling zoekt, zeker live, rammelt Lewsberg gerust drie kwartier stoïcijns door, met teksten in accentrijk Engels vol literaire verwijzingen. Dat vraagt veel concentratie voor een buitenfestival, met dertig prikkels (waaronder een wk-finale) tegelijkertijd. Het zijn de enige defecten. Fantastisch hoe 'The Smile' minutenlang rond hetzelfde bas-loopje blijft boeien, of hoe de gitaren in 'Non-fiction Writer' (wat lijkt dat nummer op 'Stoned and Starving' van Parquet Courts!) vol gas mogen geven in een noisy finale. Lewsberg scoort hier in drie kwartier meer punten dan Kroatië in de hele wk-finale: daar is geen videoscheids voor nodig.
HET MOMENT:
Dit is nou echt bij uitstek een band zonder 'moment'. Maar die lang uitgesponnen versie van 'Non-fiction Writer' is wel erg prettig. Of anders 'Carried Away', de lo-fi ballad van de plaat? Lastig kiezen, goed optreden.