Dag Des Oordeels: Red Leg - What’s going on?
Tweede album begint slap maar eindigt stevig
Bluesrockband Red Leg, begonnen als coverband, maar nu bezig een eigen repertoire uit te bouwen. De cd What’s going on? bevat dertien eigen nummers. Niet alle even sterk, zo constateerde Jaap van Otterlo.
Voordat ik ga beginnen met de daadwerkelijke recensie wil ik eerst vermelden dat ik mij de gehele cd heb geërgerd aan de opnamekwaliteit. Af en toe leek het wel met een Windows-microfoontje te zijn gedaan. Ook het afmixen is ronduit amateuristisch gebeurd. Nu weet ik dat het ongeveer een modaal jaarsalaris kost om een cd professioneel op te nemen, dus zal ik het voor deze keer door de vingers zien.
Het eerste nummer dat voorbijkomt doet mij na precies 1 minuut en 24 seconden kijken hoelang dit nummer nog duurt. Dit heeft twee oorzaken: de korte, simpele gitaarriffjes die maar doorgaan, en de saaie, zelfs slechte zang. De zanger, Gerard, lijkt totaal niet in de eigen sound te geloven, zo ongeïnspireerd en verplicht klinkt het. Is hij bang om uit te halen of kan hij het gewoon niet? De teksten maken ook niet veel goed, mede door het simpele A-B-A-B rijmschema in de eerste nummers. Ik zie op tegen wat komen gaat. MAAR... na de eerste nummers uitgezeten te hebben bespeur ik een opgaande lijn die begint bij ‘Life is what you need’, het vijfde nummer op de plaat.
Mijn nieuwsgierigheid wordt weer wat geprikkeld. Vooral de muziek lijkt te groeien, de zang is nog steeds onder de maat. Deze trend zet zich door. In nummers vijf tot en met acht klinkt zowaar potentie. En die potentie wordt notabene nog bijna waargemaakt ook! Vanaf nummertje negen, ‘Where are you now’, durf ik het zelfs gewoon een leuke plaat te noemen. De muziek beperkt zich niet meer alleen tot simpele riffjes, de teksten worden origineler en interessanter en zelfs de zang begint erop te lijken. Gerard heeft er meer feeling bij en dat is toch wel een vereiste voor leuke liedjes.
Bij het elfde nummer ‘Set you free’ betrap ik mijzelf erop dat mijn voet ritmisch meebeweegt, en dat blijft ie doen, tot het einde van het plaatje. En dát is een compliment. De cd begint uitermate zwak, ongeïnspireerd en saai. Maar weet, via een omweg, bij de laatste nummers tóch nog te boeien, als de band wat inspiratie lijkt te putten uit U2, Rolling Stones en Neil Young. Mijn conclusie is ook meteen een tip voor de band: denk de volgende keer héél goed na over de invulling van je plaat. Niet ál je nummers hoeven daarop, alleen de goede. En dat zijn de laatste vijf dus.