Nu Kultuurhuis Bosch de deuren voorlopig moet sluiten, is het goed om te weten dat The Stage het stokje kan overnemen als Arnhems podium voor jonge indiebands. Zo'n 80 mensen komen op deze avond af, dus dat stemt hoopvol voor de toekomst. En de toegang is nog gratis ook, wat wil een mens nog meer?
Het trio Claus speelt hakketak-liedjes a la Battles, Foals, een punky King Crimson, maar ook Zappa is niet onopgemerkt gebleven voor deze mannen. In de hectische vierkwartsliedjes zijn afwijkende maatsoorten verwerkt. Dit levert compacte nummers op die virtuoos gespeeld worden. De gitarist heeft helder geluid zonder veel vervorming of effecten, waardoor de songs lekker open blijven. Vaak is de basgitaar meer een solo-instrument dan de gitaar. Soms doet het materiaal denken aan new wave van de vroege jaren ‘80, zoals XTC en de Stranglers, daarna komen weer korte stukjes noise voorbij. De punky zang met plat Engels accent geeft de muziek nog meer kracht. Kortom, een energiek optreden.
De stevige seventies rock-achtige opener van de volgende driemansband Corduroy is veelbelovend. Daarna raakt het optreden echter in een dip die drie nummers duurt. Enerzijds komt dat door problemen met het geluid op het podium, maar ook het eenvormige songmateriaal speelt een rol. Daar helpen ook de twee- of driestemmige koortjes weinig aan. Bij andere optredens van de band wordt dat goed gecompenseerd door een enthousiaste presentatie, vanavond is Corduroy echter een beetje mat. Gelukkig wordt dit snel doorbroken met het Pixies-achtige Ran In Light. Dit zorgt voor wat vrolijkheid en sfeer in het publiek. De laatste drie liedjes houden dit goed vast tot het eind. Afgesloten wordt zoals altijd met de meezinger Whoo, zodat we met een glimlach op het gezicht weer een biertje kunnen bestellen aan de bar.
Na de dertigers van Claus en Corduroy is het tijd voor de jonge honden van Dead Man Running. Deze vijfmansformatie maakt stevige stoner en grunge met psychedelische invloeden. De zanger is bovendien een echte blikvanger. Op het podium lijkt hij een kruising tussen Joe Cocker en Bonnie Prince Billy. Hij gebruikt regelmatig een tweede microfoon die versterkt wordt met een extra portie galm op de zang.
Bij veel nummers ontstaat een hypnotiserende groove en een intensiteit die je helemaal mee kunnen slepen. De twee gitaristen en de ritmesectie persen de ene na de andere vette riff naar buiten. De vijfde snaar op de basgitaar voegt nog een extra smerig laagje toe. Hoewel de band bijna niet beweegt op het podium, komen ze erg los over. Vergis je echter niet, de overgangen zijn strak en de communicatie op het podium is vlekkeloos.
Naarmate het optreden vordert, lijkt het of de zanger zich steeds minder aantrekt van melodieën en teksten, en gewoon vrij in de microfoon staat te zingen (of kreten te slaken). Het is natuurlijk ook mogelijk dat die nummers nog niet klaar zijn. Hoe dan ook, Dead Man Running is een band die nog menig concertzaal op de kop gaat zetten.
Bij veel nummers ontstaat een hypnotiserende groove en een intensiteit die je helemaal mee kunnen slepen. De twee gitaristen en de ritmesectie persen de ene na de andere vette riff naar buiten. De vijfde snaar op de basgitaar voegt nog een extra smerig laagje toe. Hoewel de band bijna niet beweegt op het podium, komen ze erg los over. Vergis je echter niet, de overgangen zijn strak en de communicatie op het podium is vlekkeloos.
Naarmate het optreden vordert, lijkt het of de zanger zich steeds minder aantrekt van melodieën en teksten, en gewoon vrij in de microfoon staat te zingen (of kreten te slaken). Het is natuurlijk ook mogelijk dat die nummers nog niet klaar zijn. Hoe dan ook, Dead Man Running is een band die nog menig concertzaal op de kop gaat zetten.