WTWTA ’16 volgens de Wild Things – dag 3

Met op de laatste dag: cirkelpits, goedmakertjes, moeilijke props en Olmo's laatste legging

Tekst: Lennart van der Burg, foto's: Kilian Kayser, Wilco Steeneveld en Rebekka Mell ,

Na drie dagen zwemmen, chillen en feesten lopen zelfs de Wild Things op WTWTA '16 op hun laatste tandvlees. Wat doen zij nog tijdens hun laatste festivalnacht? En wat vonden ze van de afgelopen editie? 'We zeiden na WTWTA '15 tegen elkaar: we gaan volgend jaar weer, maar houd er maar rekening mee dat het niet zo leuk wordt als dit jaar. En nu zeggen we iedere dag: ja hoor, deze editie is nóg toffer.'

Undergrounds bar-babes Joanna, Erna en Astrid beloofden zaterdagavond te gaan 'flirten, dansen en gek doen'. Maar, zo zei Astrid: zondag was pas écht de dag om los te gaan. Tijd om te kijken wat er van die uitspraak nog over is.


Kunnen jullie nog op jullie benen staan?
Joanna: ‘Ik ben kapot vandaag.’

Erna: ‘Ja, we zijn erg moe. We hebben vannacht een beetje te hard gefeest, laten we het daar op houden. Joost van Bellen was heel vet en ook Larry Gus vond ik gaaf, die was echt helemaal leip.’

J: ‘Daarna gingen we naar de bungalows: eerst een feestje in bungalow 101 en bij Where the Worst Things Are, daarna hebben we in onze bungalow wat mensen over de vloer gehad.

Is er uiteindelijk nog gescoord?
J: ‘Geen commentaar.’

E: ‘Vraag dat maar niet.’

Hoe werden jullie wakker vandaag?
J: ‘Brak, maar wel voldaan, zeg maar.’

Astrid: ‘We hebben eerst een vet ontbijt gegeten, met tosti’s en knakworsten. Daarna hebben we veel koffie gedronken en lekker gechilled.’

J: ‘Het doel was om meer van het dagprogramma mee te krijgen, maar dat is helaas niet helemaal gelukt.’

Wanneer zijn jullie het terrein weer opgekomen dan?
A: ‘Net, bij De Staat. Dat was echt ongelofelijk: het is niet zomaar een belevenis, je wordt echt deel van de show. Zelfs als je stilstaat, heb je nog een hartslag van 180. We zijn ook nog in die cirkelpit meegegaan: ik wist echt niet dat dit ging gebeuren. Ik heb niet gecrowdsurfed, maar dit was zeker een goedmakertje.’

Wat vonden jullie uiteindelijk van Where The Wild Things Are?
J: ‘Heel goed, heel gezellig ook. Allemaal leuke mensen, geen gezeik; gewoon toffe, relaxte lui. En niet zo jong, dat is ook fijn.’

E: ‘Dat komt ook omdat de kaarten wel prijzig zijn. Voor mijn dochters is dit te duur.’

J: ‘Ik vond het echt een soort mini-vakantie, maar dan met bands en feestjes.’

Doet het festival zijn naam eer aan?
A: ‘Ik vind van wel.’

E: ‘Overdag is het nog redelijk gemoedelijk, maar ’s nachts komen de dieren, dan zie je de echte wild things.’

J: ‘Ik ben overdag misschien wel te lui: dan lig ik te lekker en denk ik: ik ga nog effe een bakkie doen. Maar misschien word ik wel oud. Haha, nee hoor, helemaal niet.’

Komen jullie volgend jaar nog terug?
In koor: ‘Jaaaaa!’

J: ‘Van mij krijgt het festival een 10, de sfeer was héél relaxed.’

Dan komt Peter toevallig weer langslopen, die de dames gisteren ook al een vraag stelde tijdens het interview.
Peter: ‘Weet je wat het is? Ik kom hier al vier jaar en het is altijd weer fantastisch. Je ziet zoveel bandjes en wordt telkens weer verrast: gisteren bijvoorbeeld, door het Belgische Go March, dat was helemaal geweldig. Net zag ik nog De Staat, en nu sta ik weer bij een dj. En als je overdag over het park loopt, lacht iedereen naar elkaar.’

Peter, heb je nog een goede, afsluitende vraag voor de dames?
Peter, na lang nadenken: ‘Wie is hier de oudste?’

Joanna: ‘Ik!’

Peter: ‘Dat dacht ik al.’

Astrid, die Peter om de hals vliegt: ‘Alleen dáárom ga ik je al zoenen.’
 

Olmo had gisteren wat last van een 'kleine paddenstoel', maar is op de laatste WTWTA-dag (mede dankzij zijn warme dino-onesie) weer in topvorm.


Wat heb je gisteren allemaal beleefd Olmo?
Olmo: ‘Gisteren was ik naar de Jeugd. Qua publieksparticipatie was het wat mild, maar de show zat weer lekker in elkaar. De stukjes toneel tussendoor vond ik alleen wat ingestudeerd. Eigenlijk waren ze niet meer de Jeugd, maar 35-plussers die keiharde muziek maken.’

Moeten ze dan maar stoppen?
O: ‘Nee man, ze moeten gewoon lekker doen wat ze blijven doen, ik vind het heerlijk.’

Wil je nog iets of iemand een cijfer geven?
O: ‘Nou, ik wil moeilijke props geven aan de mensen van licht en geluid. Zeker in de Willem Ruis-tent: als je zo’n grote, open circustent hebt, en je laat het zó lekker klinken... Wat de lichtguys trouwens hebben genomen, wil ik zelf ook.’
Rebekka: ‘Niets waarschijnlijk, daarom waren ze zo goed.’

Zijn jullie na de Jeugd Van Tegenwoordig nog naar een afterparty gaan?
O: ‘Nee, eigenlijk niet, want Rebekka was jarig. We zijn dus naar onze bungalow gegaan voor flessen Jäger, ballonnen en confetti. Binnen no-time was de hele bungalow één grote pleuriszooi. Toen ik even naar buiten ging en terugkwam, stonk het hier naar een walgelijke, zure kroeg. Maar we hebben het inmiddels al helemaal schoongemaakt, want we willen die prijs winnen voor schoonste bungalow. We zijn echt in álle hoeken en gaten gedoken: volgens mij hebben we zelfs spinnenrag van zes jaar oud weggehaald.’ 

En wat heb je vandaag beleefd?
O: ‘Vandaag ben ik naar Birth of Joy gegaan: dat was heerlijk, maar ik kreeg opeens zó’n honger. Toen ben ik naar de supermarkt gegaan en heb ik schaamteloos saucijzenbroodjes en frikadellenbroodjes zitten tjappen.’

Wat was hét hoogtepunt van het festival?
O: ‘Ik vond Fresku zó eerlijk, zó rauw: nederig, maar zonder onderdanig te zijn. Hij wilde zijn liefde aan de Willem Ruis geven. De Jeugd van Tegenwoordig was wat arroganter, maar ook teringgoed. En dan De Staat vandaag: jézus. Iedere dag dat we weer in de Willem Ruis staan, zeg ik: dit is mijn hoogtepunt.

Heb je nog nieuwe inzichten gekregen tijdens je tweede jaar WTWTA?
O: ‘Ja: als je het niet in je mond stopt, voel je er ook niets van.’

En kom je volgend jaar weer terug?
O: ‘Zeker! Weet je wat het is: vorig jaar waren we van mening dat WTWTA ‘15 niet te toppen viel. We zeiden na WTWTA '15 tegen elkaar: we gaan volgend jaar weer, maar houd er maar rekening mee dat het niet zo leuk wordt als dit jaar. En nu zeggen we iedere dag: ja hoor, deze editie is nóg toffer. Of het nou twintig graden is, regent of sneeuwt: WTWTA is nog altijd tyfusvet.’