Wat kan een avond toch een hoop verrassingen meebrengen. Jammer genoeg komen ook oude herinneringen naar boven. Eenmaal weer richting de kelder van de Ark te Dronten kwamen de ervaringen en gedachtes van het Artfestival van vorig jaar naar boven. Iets beviel niet, maar wat dat precies was, was me even ontgaan. Bij het openen van de zaaldeur wist ik het weer: alles.
De amateuristische lichten die totaal niet matchen bij de tempo van de muziek is een zeer storend feit. Maar er is nog iets anders wat de zaal heeft en het probleem met de verlichting in één klap doet vergeten: de verschrikkelijke akoestiek. Het geluid blijft weerkaatsen en zit in de hele ruimte, waardoor een optreden meteen beroerd klinkt. Geluidskwaliteit kan letterlijk en figuurlijk niet lager komen in Dronten dan hier. Maar om weer terug naar huis te gaan zonder een nummer te hebben gehoord, is ook weer zo zwak. Hopelijk kan de band ‘Jazzy en de Pattynamas’ de boel een positieve wending geven.
De nog jonge rockband bestaat uit vier heren, namelijk drummer Jessy Pattynama, gitarist Jeffrey Reijnen, basgitarist Wilmar Klein en leadzanger Guido Stoop, die ook een gitaar om zijn nek heeft hangen. Met het nummer ‘Start All Over’ laat de band duidelijk zien wat ze in huis hebben. Een uptempo nummer met een heerlijke intermezzo-achtige rust. In de rust spelen twee gitaren een lekkere solo. Rond het einde van het nummer tikt Jessy met de drumstokken af en zorgt er zo voor dat het publiek met de maat mee klapt. Dan verbreken scheurende gitaren de stilte. De band is los, het publiek is los, de sfeer is top. Een geweldig hoogtepunt van het optreden is de cover ‘Times Like These’ van de Foo Fighters. De heerlijk rustige intro galmt door de zaal en na ongeveer een minuut worden we weggeblazen.
Hier zit ook meteen de zwakte van de band, waar het woord ‘zwakte’ wel met een korrel zout genomen moet worden. Vocaal redt Guido het niet om bij de rauwe, ruige rockstem van Dave te komen, wat je wel bij deze muziekstijl verwacht. Persoonlijk zit ik er zeker niet mee, want over enkele jaren van nu is de stem (hopelijk) zo ontwikkeld dat er een lekker rauw geluid te horen is. Een heerlijk optreden van een band waar we zeker meer van gaan horen.
De punkband Vine Yard, die naar eigen zeggen inspiratie vindt in bands zoals Green Day en de Ramones, komt jammer genoeg niet zo goed uit de verf. Of het door de akoestiek komt of door een andere factor, valt lastig te bepalen. Denk bij een andere factor bijvoorbeeld aan de drums, die duidelijk overstemd was. De gitaar en de bas vielen hierdoor in het niet. Ook storend was dat af en toe de drum of de gitaar flink buiten de maat schoot, maar ook hier twijfel ik of het de band was of de zaal met een geluidskwaliteit van een kartonnen doos.
Eenmaal dichterbij is de kwaliteit namelijk een stuk beter. Hier is bijvoorbeeld de stem wél goed te horen en de techniek van basgitarist Timmy wordt opeens ook een stuk beter. Een geweldig moment van het optreden was de cover ‘Hey Ho, Let's Go’ van de Ramones. Het hele publiek riep mee met de simpele maar o zo leuke tekst, terwijl de band snoeihard door het nummer ramde.
Ook deze band wordt groter en groter. Hopelijk kunnen we beide bands in een betere omgeving nog eens beluisteren.
Slechte akoestiek treft spelende artiesten
Geluidskwaliteit is ver te zoeken, maar de bands zijn goed
Wat kan een avond toch een hoop verrassingen meebrengen. Jammer genoeg komen ook oude herinneringen naar boven. Eenmaal weer richting de kelder van de Ark te Dronten kwamen de ervaringen en gedachtes van het Artfestival van vorig jaar naar boven. Iets beviel niet, maar wat dat precies was, was me even ontgaan. Bij het openen van de zaaldeur wist ik het weer: