Halsbrekende toeren van The Automatic

Silence Is Sexy op automatische piloot

Tekst: Pierre Oitmann / Foto's: Erik Luyten, ,

Wat komt daarginds over die heuvel? Is het een monster? Nee, het is waarschijnlijk Alex Pennie van The Automatic, die op weg is naar een optreden. Op woensdag 11 april deed The Automatic uit Wales de Effenaar aan. De band spatte daar – bijna letterlijk – van het podium af. Dit werd voorafgegaan door een wel erg onbezield optreden van de Utrechtse band Silence Is Sexy.

Silence Is Sexy op automatische piloot

Steeds vaker doen hippe Britse bandjes de Eindhovense poptempel De Effenaar aan. Zo kon je er in het recente verleden nog genieten van Editors, We Are Scientists, Hard-Fi, Razorlight en The Rakes. Ditmaal was The Automatic aan de beurt. Hoewel deze band in Amsterdam in een uitverkochte Melkweg speelde, blijkt er in Eindhoven minder animo te zijn voor het Britse punkfunkkwartet. In een slechts deels gevulde grote zaal maken de snotneuzen uit Cardiff hun opwachting. Alvorens het zover is betreedt eerst de Utrechtse band Silence Is Sexy nog het podium. De ex-winnaar van ‘De Grote Prijs van Nederland’ heeft sinds korte tijd, na veel tegenslag met een vorig label, het debuutalbum ‘Everything You Should Know’ uit. Het geluid van Silence Is Sexy is op plaat erg vol, soms wollig, maar tegelijkertijd ook slepend en bombastisch. Live wordt de belofte van die voortreffelijke productie maar amper ingelost. De meeste liedjes blijven niet overeind zonder de muur aan geluiden die de band op plaat zo charmant maakt. De nummers klinken als grimmige schaduwen van festivalklassiekers door bands als Snow Patrol, Placebo, Editors, Muse, Radiohead of zelfs U2. In het stemgeluid van zanger Hendrik-Jan de Wolff weerklinken niet de tekenende frustraties van een Matthew Bellamy of een Thom Yorke. Juist die gepassioneerde en soms wanhopige kreten maken teksten van een band als deze zo tastbaar. Silence Is Sexy weet die emoties live niet goed over te brengen. In ieder geval, niet wat betreft zang en al helemaal niet met de onbezielde performance die we hier zien. De show van The Automatic gaat meteen vliegend van start. De band uit Wales komt op tijdens een intro met technomuziek, waarna het eerste nummer ingezet wordt. Al vanaf de eerste tonen stuitert toetsenist annex vocalist Alex Pennie als een bezetene over het podium van de Effenaar. Pennie is overduidelijk de showman van de band met zijn halsbrekende toeren. Hij zwaait wild met zijn microfoon in het rond, hij timmert als een wildeman op een koebel, springt op het drumstel en rent van links naar rechts en weer terug. Tussendoor speelt hij ook nog af en toe op zijn synthesizer en verzorgt hij de schreeuwende achtergrondvocalen. Leadzanger, Robin Hawkins, gaat gedurende de zeventig minuten aanhoudende ADHD-aanval van Pennie onverstoord door met zingen en gitaar spelen. Ook de rest van de band lijkt gewend aan het explosieve voorkomen van Alex Pennie, die overigens erg sympathiek overkomt tegenover het publiek. De energieke performance van The Automatic gaat geenszins ten koste van het spel. Het viertal speelt erg strak, zonder aan overtuiging in te boeten. De thema’s van de liedjes zijn erg alledaags en mede daardoor zo herkenbaar: Vervelende muziek op de radio, vervelende bandjes op het podium en vervelende mensen in het algemeen. Met hun voortdenderende postpunkliedjes weten de mannen uit Wales een aanzienlijk deel van het publiek aan het dansen te krijgen. Met invloeden van zowel Blur en Ash als de lokale Britse hardcorescene, onderscheidt The Automatic zich van andere bands in dit genre. Onderling verschillen de liedjes echter niet erg veel van elkaar. Dat wordt vooral duidelijk wanneer de band een tweetal covers speelt: ‘Life During Wartime’ van Talking Heads en een aërodynamische uitvoering van de Kanye West-hit ‘Gold Digger’. Pennie crowdsurft hierbij al rappend over het publiek heen, terwijl Hawkins op een dwarsfluit blaast. Met hun single ‘Recover’ sluit The Automatic het flitsende optreden af. Na een enerverende show, met als hoogtepunt de radiohit ‘Monster’, verlaat de band de bühne bijna even snel als dat de band het podium ruim een uur eerder opkwam. Een toegift blijft uit maar The Automatic laat ondanks dat, toch een uitstekende eerste indruk achter.