Arno Loriaux komt met nieuwe elpee-cd

Singer/songwriter kon studio in dankzij geld van Grote Prijs van Zuid-Holland

Lilian van Dijk, ,

Vorig jaar won hij de Grote Prijs van Zuid-Holland. Een van de prijzen was een cd opnemen. Arno Loriaux nam de gelegenheid te baat om met drie andere muzikanten de elpee Arno Loriaux, Liquid Identity Syndrome II: Chanteur/Charmeur op te nemen.

Singer/songwriter kon studio in dankzij geld van Grote Prijs van Zuid-Holland

Vorig jaar won hij de Grote Prijs van Zuid-Holland. Een van de prijzen was een cd opnemen. Arno Loriaux nam de gelegenheid te baat om met drie andere muzikanten de elpee Arno Loriaux, Liquid Identity Syndrome II: Chanteur/Charmeur op te nemen. “Ik had twee studiodagen gewonnen,” vertelt de Haagse singer/songwriter. “Uiteindelijk heb ik er nog een extra dag aangeplakt. Ik heb hem zelf geproduceerd, samen met de eigenaar van de studio, Frits van Mourik, in Geluidsstudio ’t Pand in Vlaardingen.” Arno is tevreden met het resultaat. “Het is allemaal heel spontaan gegaan. Ik kwam drummer Lucas Wright tegen, met wie ik vroeger al eens had samengespeeld. Hij doet mee op drums en een andere vriend van me, Sebastiaan Kral, speelt bas.” Singer/songwriter Eva zingt op één trek mee. “Zij zat vroeger bij mij op school, maar we gingen niet echt met elkaar om. Ik kwam haar tegen bij de cd-presentatie van Dyzack en ben een keer naar een optreden van haar gaan kijken. Ik was weg van haar stem. Onze stemmen passen goed bij elkaar, het heeft goed uitgepakt.” Arno maakt al heel lang muziek. “Vanaf dat ik een jaar of zestien, zeventien was. Ik zat op een school in Zoetermeer, waar ik toen woonde. De schoolband zocht een zanger. Ze vroegen mij. Volgens mij omdat ik in die periode heel lang haar had. Ze wisten niet of ik kon zingen.” Al vrij snel ging Arno eigen nummers schrijven. “Ik kon toen al een beetje gitaar spelen. Zoals veel pubers droomde ik ervan van de muziek mijn beroep te maken.” Dat bleef bij een droom. “Ik heb van alles gestudeerd, als laatste Beeld en Geluid. Filmer Joost Hekveld was mijn begeleider. In die periode heb ik twee korte films gemaakt, maar ik heb de studie niet afgemaakt.” Muziek bleef hem boeien. “Ik was in mijn studietijd veel bezig met elektronische muziek. Pas daarna ben ik weer begonnen met liedjes schrijven. Dat had ik drie jaar lang niet gedaan, omdat ik het te druk had met andere dingen en het lukte ook niet meer.” Zijn eerste cd, Liquid Identity Syndrome I: I Rise’n’Fall, nam hij in 2004 op. “In het Sebastiaan Kral Platform. Zo noemde Sebastiaan zijn thuisstudio in Amsterdam, waar hij toen woonde. Ik kende hem van toen ik Beeld en Geluid studeerde. Die opnames hebben een hele zomer in de kast gelegen en toen heb ik toch maar een hoesje ontworpen en een kleine oplage gemaakt.” Het cd’tje ging ook naar de Grote Prijs van Zuid-Holland. In januari 2005 ging Arno weer voor publiek spelen. “Dat had ik jaren niet gedaan. Ik trad op in het voormalige postkantoor in de Weimarstraat. Het was wel eng, maar de mensen reageerden positief.” De elpee is nu uit. “Geen idee of er een markt is voor mijn muziek. Ik hoop het. Vast wel. Maar ja, zie die markt maar eens te vinden.” Zijn repertoire zit in de richting van de betere americana, dus dat moet wel gaan lukken, gezien het niveau van zijn composities en zijn donkere, aangename stemgeluid. Over een cd-presentatie heeft Arno nog niet nagedacht. “Bij mij gaat alles improviserenderwijs.” Een duidelijk verschil met zijn eerste cd is dat er op deze cd meer mensen meedoen. “Ik zou wel met een band willen optreden,” filosofeert Arno. “Met Lucas en Bas ga ik voor het eerst met zijn drieën het podium op in het Zuiderpleintheater in Rotterdam op 17 februari om half vier ’s middags.” En hoe het verder gaat, hij ziet wel. Wat op zijn weg komt, komt op zijn weg.