Iets na negen uur wordt de avond geopend met een spreekbeurt van oprichters Jeroen van Eggermond en Martijn ‘Bonkie’ Gulden. De heren startem met de woorden “Welkom thuis!” In tien minuten nemen Gulden en Van Eggermond het aanwezige publiek, dat staat te genieten van een glas champagne, mee door de geschiedenis van het skatepark. En “of we willen proberen om de bar droog te drinken”. Aan het gejuich en applaus te merken gaan we dat in ieder geval proberen.
Na de presentatie is het tijd voor Karel. Gewapend met zijn stem, buitengewoon lange microfoonkabel en bijzonder aanstekelijke synthpop-tracks staat hij klaar om de goedgevulde bar te laten ontploffen. Die explosie laat echter wel even op zich wachten. Dat ligt niet aan de erkende stuiterbal, Karel klimt bij zijn eerste nummer al meteen op de bar, maar eerder aan het publiek dat nog een beetje lijkt te moeten wennen aan deze wervelwind van 80’s synthesizers en rauwe emotie. Ook lijkt er geluidstechnisch nog het een en ander niet helemaal op orde aan het begin van de show. Desalniettemin weet het publiek, jong en flexibel als we tegenwoordig zijn, zich snel aan te passen en komt het samen met Karel tot een bijna orgastisch hoogtepunt vol energieke sprongen en verbale uitingen die uit de tenen lijken te komen dat klinkt als: “HEEEEEUJJJJJJ LET’S GOOOO!!!”. Na een kleine drie kwartier klaar. En dat is maar goed ook, want de Amsterdamse eenmansorkaan trekt de energie uit je voor acht. We moeten even afkoelen.