Cd-recensie: Minstrel - CityBlues

Goede productie is niet alles

Tekst: Ruzan Tsjobanjan , ,

Minstrels album CityBlues is goed geproduceerd, maar mist nog samenhang tussen stem en melodie. Toch is er hoop.

Goede productie is niet alles

Soms is het niet gemakkelijk om muziekrecensent te zijn. Zo nu en dan krijg je een album van een artiest die écht stinkend zijn best heeft gedaan om er iets moois van te maken. En toch ben je, ondanks de mooie melodieën, fijne combinatie van gevarieerde stijlen en een productie die heel wat geïnvesteerde centjes verraadt, niet in staat om unaniem positief te zijn. Wat is er in dat geval aan de hand? 'CityBlues', het debuutalbum van de Amsterdamse artiest en producer Dherl Deekman, alias Minstrel, is zo'n album dat maakt dat je jezelf deze vraag stelt. De rol van Dherl is tweeledig: hij zorgt voor zowel de vocalen als de productie van de nummers. Eerlijk is eerlijk: als producer slaagt hij met vlag en wimpel. Zijn beats zijn diep en donker, maar net zo lief zonnig en sprankelend. De stijlen van de tracks zijn zeer divers en gaan goed met elkaar samen: r&b, reggae, blues, funk en soul vloeien moeiteloos samen, zo nu en dan begeleid door een goed getimede piano of viool. In 'Think About Me' duikt Dherl zelfs het discotijdperk in. Op het gebied van productie zou je dit album moeiteloos met een internationale productie kunnen verwarren, zo solide en doordacht klinkt het. Echter, Dherl kent op 'CityBlues' nog een rol, namelijk die van zanger. In deze rol is hij prominent in zijn songs aanwezig. En laat dat nou net het probleem zijn. Zijn muziek ademt, leeft en beeft, maar zijn vocalen remmen de beats aan alle kanten af. Neem nu bijvoorbeeld het eerder genoemde 'Think About Me'. Deze song is hip, groovy en gewoonweg stoer, maar op het moment dat Dherl begint te zingen, ontstaat er een gevoel van 'being out of tune': alsof je twee radiogolven met verschillende frequenties tegelijkertijd beluistert. Er is geen samenhang tussen stem en melodie, Dherl lijkt het tempo van de muziek niet bij te kunnen houden. De ingrediënten zijn er, maar de hete peper ontbreekt. Dit geldt voor het grootste deel van de nummers en dat doet de kwaliteit van het album geen goed. Gelukkig zijn er ook nummers waarin het wél goed gaat: 'Believe' staat vol met heerlijke en pure popsoul en ook in het op soul uit de jaren '70's geïnspireerde 'Why Should I Follow', doet Dherl het bijzonder goed. Zijn stem kent een natuurlijke relaxedheid: duidelijk is dat de nummers die om dit soort ontspannen vocalen vragen, het beste gelukt zijn. Het is dit sterke punt van zijn stem dat hij op zijn toekomstige albums moet benadrukken. Als hij dit doet, zou hij het in combinatie met zijn fijne productietechnieken wel eens ver kunnen schoppen. In ieder geval voorbij de grenzen van Amsterdam. Recensie: Ruzan Tsjobanjan