Joost van Bellen in Miami: fladderstof, moombahton en bromance

Dagboek SXSW/New York/LA/Miami dag 10

Joost van Bellen ,

Joost van Bellen houdt een dagboek bij vanaf SXSW in Austin, een kort bezoek aan New York, op de koffie bij Junkie XL in LA en eindpunt Miami voor de Miami Music Week en het Ultra Festival. “Wij doen al snel lacherig over ‘die gekke Amerikanen’, maar liever een gekke Amerikaan dan een botte Nederlander die passie en creativiteit bij een eerste bespreking van tafel veegt.”

DAG 10
WOENSDAG 21 MAART
MIAMI


De laatste kop van het veelkoppige monster is er af: Miami nacht één is in de pocket. En goed nieuws, ik heb negen of tien uur geslapen vandaag. Ik zit hier weer aan de glazen tafel van ons hotelappartement te genieten van een espresso van de roomservice, kosten $ 19.-. Dat is zo’n drie euro per slokje. Ik heb uitzicht op de zwembaden, het azuurblauwe water van de baai van Miami, een strakblauwe hemel waar pelikanen hoog cirkelen rond de glazen torenflats. Voor me wordt wederom druk gewerkt aan line-ups voor ID&T feesten. Gigantische bedragen vliegen me om de oren. De ster dj’s verdienen kleine kapitalen per show en die prijzen stijgen alleen maar de laatste tijd. Grootste reden is dat de USA nu massaal dance heeft ontdekt en een show in Las Vegas of een Amerikaans festival betaalt zoveel meer dan wat we in Europa gewend zijn. Dat maakt het voor de Europese festivals moeilijk dit jaar; er wordt veel meer uitgegeven aan artiesten maar de bezoeker ziet geen verschil met andere jaren. Behalve dat er misschien bezuinigd is op decors of de hoeveelheid andere artiesten. De bezoeker zal dan al snel denken dat dat geld in de zak van de organisatie belandt en dat is dus niet waar. Het maakt het super frustrerend voor programmeurs. De druk is groot, dezelfde kwaliteit bieden voor dezelfde ticketprijs is bijna onmogelijk. Maar programmeurs zoals die van Extrema, ID&T (en natuurlijk ik zelf) doen wonderen. Soms krijg je artiesten gewoonweg omdat ze niet alleen in de USA kunnen optreden en dan kiezen ze in Europa voor de hoogste bieder of voor de leukste festivals en de leukste programmeurs. En dus moet je hier in Miami je uiterste best doen om zo leuk, opvallend, knap, geweldig en fantastisch te zijn. En dat lukt! We zijn hier door de wol geverfd aan netwerken tot we er bij neervallen.

Gisteren zijn we gaan eten met een groep Engelse managers, agenten en aanhang. Ed, de manager van Seth Troxler, was jarig en dat moest gevierd worden. Seth Troxler zelf kwam ook nog binnen zeilen, met een mal hoedje, zijn ogen op half zeven en een kittig zwart-wit rokje aan. De roklengte voor de mannen is dan bij deze ook bepaald voor het zomerseizoen: ergens midden op het dijbeen, niet te hoog, niet te laag en het liefst van fladderstof zodat het bij een zuchtje wind nog spannend wordt. Ik ga niet vertellen welk onderbroekje Seth Troxler draagt.

Het eten was super lekker en het was gezellig daar aan tafel. Ik werd herkend als legendarische dance-icoon en men stak uitgebreid veren in mijn achterste, ik loop er nog moeilijk van. Er werd een hoop onzin uitgekraamd maar er werden ook wijze dingen gezegd. Misschien wel het beste wat ik hoorde was een pittige kritiek op Nederland. Nederland is een goed land voor handel en zaken. De Nederlander is direct en duidelijk maar ook bot, inhalig, graaierig, egoïstisch, hard. In Nederland is het moeilijk te kunnen dromen. Als je een droom hebt, wordt die al snel van tafel geveegd door berekeningen en kans van slagen. Hier in de States houdt men van mensen die dromen, spelen financiers met het idee tot ze een manier vinden om het werkelijkheid te maken. Passie en dromen is waar dit land op gebouwd is. Wij doen al snel lacherig over ‘die gekke Amerikanen’, maar liever een gekke Amerikaan dan een botte Nederlander die passie en creativiteit bij een eerste bespreking van tafel veegt.

Service is iets anders wat me aan dit land bevalt. Gisteren waren we met een groep van dertig man. Iedereen bestelde door elkaar heen, maar elk gerecht kwam perfect zonder te vragen voor de neus van degene die het besteld had. En bij het afrekenen had men van elke plek aan tafel een aparte rekening bijgehouden, en dan is het totaal geen probleem als iedereen apart met een creditcard afrekent. Dat zou je bij ons moeten doen. Ik zie nu al die zure gezichten voor me.

Ik ben met Michiel, de manager van onder andere Junkie XL, een taxi ingestapt en naar Grand Central gereden alwaar de eerste van de twee Hard nachten plaats vond. Hard is een organisatie van Gary Destructo. Hij is een van de weinige promoters op aarde die zijn nek uitsteekt en mensen boekt die nog niemand kent, aan hun naam bouwt en zo een schare trouwe artiesten achter zich heeft. Een soort Joost van Bellen dus, maar dan jong en knap, minder humor en creativiteit maar met veel meer lef en ondernemerschap. Ik zie mezelf nog niet een cruiseboot voor duizenden party-harders afhuren om daarmee naar een onbewoond eiland bij Bermuda te varen en daar te feesten. Holy Ship heette dat avontuur, je hebt er vast wel van gehoord. Maar goed, ik was ook nooit BungalUp gaan doen. Dat waren Peter van Meubel Stukken en Michel en Laura van Plus1 die dat aandurfden. Daarvoor nogmaals een grote duim omhoog. Wat was dat een geweldig initiatief.

Aan de deur van Grand Central was het een ouderwets hysterische bedoening: rijen tot om de hoek van het pand, afbekkende security mensen, politieauto met zwaailampen voor de deur. Ik stond op de gastenlijst, maar zonder plus een. Michiel stond er opeens niet op. En dan mag je niet wachten voor die deur, wordt je behandeld als een stuk vuil. Ik ben naar binnen gegaan en heb het met de assistent van Gary kunnen regelen. Michiel kreeg nu zelfs VIP bandjes voor ons. Zo doe je dat, belangrijk doen en rustig blijven.

Het feest heette Hard-Miami-1: Moombah Massive en werd samen met Diplo’s platenlabel Mad Decent gegeven. Ik zag er wat bekenden. Onder andere Bronques van Last Nights Party, misschien wel de beroemdste party fotograaf van het moment. Ik kreeg een dikke keel bij het zien van een muurschildering ter ere van DJ Mehdi en besloot een Jagermeister op hem te drinken. Vrijdag is er een DJ Mehdi tribute ergens. Dat wordt tranen met tuiten huilen ben ik bang. Om twaalf uur was de tent al vrij vol. Zeker duizend man stond er totaal los te gaan op moombahton, een stijl die in Nederland helaas nauwelijks van de grond komt. Moombahton is dance op een laag tempo, die bol staat van de geiligheid, waar alle soorten (tropische) muziek door elkaar gegooid worden. Van samba tot gabber, van hiphop tot Afrikaanse kuduru en ga zo maar door. Op Valtifest waren we vorig jaar het eerste festival dat moombahton programmeerde, en dat gaan we dit jaar weer doen. Want het is super goed en kan heel groot worden, dat zag ik gisteren wel. Toen we na anderhalf uur weggingen was het er bomvol en ging het dak er faliekant driedubbel en dwars vanaf met een super leuk publiek.

We hebben een taxi gepakt naar het Bromance feest ergens anders downtown. Binnen stond de muziek schel hard en was het leeg. Buiten op de binnenplaats was het aangenamer. Er waren veel ‘mensen die er toe deden’, daardoor kwam het moeilijk los. Want ‘mensen die er toe doen’ praten met elkaar of staan druk te communiceren via hun Blackberry of iPhone. Maar het was goed weer lol te trappen met bekenden van over de hele wereld. Ik kwam MC Kinky tegen. Ooit in de jaren van de acid-house beroemd om haar hit ‘Everything Starts With An E’ en al haar werk met Erasure en Boy George. Tegenwoordig maakt ze moombahton en fotografeert ze op hoog niveau. Haar werk was onder andere te zien op de Biënnale van Venetië. We zijn sinds 1988, toen ze voor ons optrad in de RoXY, bevriend gebleven. Ik heb een foto van haar en haar vriendin Liz gemaakt, staande voor een hekwerk. Een seconde na het schieten van het plaatje rolde er een ander hek over een rails haar kant op. Op die rails had ze toevallig haar hand liggen. Het stalen wiel sneed in haar vingers, het bloed spoot eruit. We zijn naar de bar gerend vragend om hulp en kregen een chagrijnige blik, een vieze handdoek en een stapel servetjes.

We zijn naar binnen gerend, naar de portiers, die begeleiden ons naar een deur. Hij nam onze drankjes af en opeens stonden we buiten. Probleem opgelost voor de club. Niet te geloven. Ik ben stennis gaan trappen, heb gedreigd met politie en rechtszaken, en we waren weer binnen. Dit keer begeleid door de eigenaar richting wat toiletten die gesloten waren. Die man probeerde de zaak op te lossen maar stond zo te stuiteren en zweten van de cocaïne dat hij op Tony Montana leek. Hij gaf een fles pure alcohol die we over Kinky’s hand gooiden. Toen ik vroeg om een verbanddoos liep hij weg, om na vijf minuten weer terug te komen met een tubetje brandzalf en een potje nagellak. We vroegen om de dichts bijzijnde Eerste Hulp, maar hij zei dat dat ver weg was, op South Beach of bij het vliegveld. Wat een idioot, dat kon gewoonweg niet. Kinky’s hand zag er slecht uit, ze is met haar vriendin een taxi ingestapt en ik hoorde vanochtend dat ze elf hechtingen heeft, dat een nagel eraf is gehaald en dat ze vol geprikt is met anti tetanus en van-alles-en-nog-wat. Dat was misschien wel de slechtste start van Miami die ze zich had kunnen bedenken. Ik hoop dat ik haar vanavond nog zie.

Ik stond te trillen op mijn benen daar op die patio, kon mijn draai niet helemaal meer vinden en ben naar de bar gelopen. Broeder alcohol was het enige wat er op zat. Ik ben redelijk aangeschoten nog wat blijven hangen bij Bromance. Heb er meer vrienden gezien, onder andere de legendarische producer Arthur Baker. Jake van de Scissor Sisters liep er ook rond, maar was zo druk met iedereen om hem heen, dat ik hem maar geen gedag ben gaan zeggen. Die kom ik later deze week wel weer tegen. We hebben weer een taxi gepakt en zijn terug gegaan naar Grand Central waar het een ongelofelijk feest was met alleen maar leuke uitgesproken types, helemaal honderd procent geweldig. Maar ik was te moe om tot het gaatje te gaan en heb Michiel van de bar weggesleept. We zijn naar huis gaan lopen, verdwalend over de lege straten van downtown Miami, waar om de zoveel meter mensen onder lappen stof of kartonnen dozen liggen te slapen. Uiteindelijk in het hotel hebben we eieren gebakken met veel spek en zijn gaan slapen. Mijn huisgenoten waren nog volop aan het feesten ergens. Vandaag ben ik weer fit als een hoentje en ga tot het gaatje.