Van de buitenkant zijn nieuwe popzalen doorgaans trotse muziektempels, maar voor de binnenkant wordt vaak gekozen voor soberheid. De zaal moet per slot van rekening geschikt zijn voor allerlei soorten muziek. De ene dag hiphop, de volgende dag metal, weer een dag later indierock. Als het licht uit is, heb je niet meer nodig dan een zwarte doos. De ontwerpers van het Utrechtse Muziekpaleis kiezen daar duidelijk niet voor, zo blijkt uit nieuwe schetsen van de popzaal. “Integendeel”, zegt projectleider Will Stokkermans van architectenbureau Jo Coenen. “Het wordt een beauty, met de bronzen balustrade, twee symmetrische trappen die naadloos overlopen in bars. Ook lichttechnisch moet het verfijnde interieur altijd gebruikt kunnen worden. Er zullen ook dansavonden plaatsvinden in de zaal, dus het mag er mooi uit zien.”

De verschillende partijen die het Muziekpaleis moet vullen liggen nog altijd met elkaar overhoop, maar vorige maand begon wel de daadwerkelijke bouw van het verzamelgebouw. De popzaal moet ruimte bieden aan 2.000 bezoekers. Die zullen een halve cirkel aantreffen (symmetrisch met de symfoniezaal), die elegant omhoog loopt, met twee brede trappen links en rechts. Die zijn beslagen met aluminium, dat door een speciale behandeling een bronsachtige kleur krijgt. De achterwand is ook geanoniseerd, en wordt geperforeerd voor de beste akoestiek. Twee bars zijn geplaatst onder de trappen, wat  de geluidsoverlast zou moeten beperken. De vlakke dansvloer moet zo'n twee derde van de bezoekers kunnen herbergen, de rest kan plaats vinden op de balustrade, maar er is ook nog een extra bovenring. De capaciteit van de zaal kan teruggebracht worden door de bovenverdiepingen te sluiten. De zaal krijgt geen skybox, wel een speciale VIP-foyer buiten de concertzaal.