We zijn er de laatste jaren behoorlijk aan gewend geraakt: het geklaag van de muziekindustrie over de afnemende cd-verkopen en de illegale verspreiding van muziekbestanden via internet. Ook de ontbinding van alle contracten van Nederlandse artiesten, vorige week door platenfirma Warner, zijn van die zich terugtrekkende markt een teken aan de wand. Eigenlijk zijn de platenmaatschappijen en cd-winkels er al jaren van overtuigd dat de klant een alternatief geboden moet worden voor de illegale gratis files. Zo maakte de Free Record Shop deze week bekend dat het bedrijf van plan is op korte termijn de volledige Top-40 tegen betaling digitaal aan te bieden op haar site.
Voorlopig is het echter nog lang niet zo ver, en lijken de grootmachten vooral nog heel angstig om het nieuwe medium te betreden. En dat is ook logisch, er gaan per slot van rekening enorme belangen mee gepaard. Het is dan ook niet vreemd dat de pioniers op dit gebied eerder te zoeken zijn bij de onbekendere muzikanten. Zij hebben immers niets te verliezen. De Utrechtse band Orange is een van die pioniers. Zij gingen vorige week als (voor zover bekend) eerste Nederlandse act in zee met het Amerikaanse concern Weed. Dit bedrijf heeft een systeem ontwikkeld waarmee klanten daadwerkelijk via het internet muziekbestanden kunnen kopen.
De consument kan van een site van Weedshare een muziekbestand downloaden, en dit vervolgens drie keer gratis beluisteren. Daarna is er de keuze: kopen, of niet. De gemiddelde prijs voor een weedfile wordt door de artiest zelf bepaald, maar bedraagt in de meeste gevallen ongeveer 1 dollar. De helft van dat bedrag is voor de artiest, 15 procent is voor Weed. De overige 35 procent -en dat is het unieke en aansprekende van het systeem- is voor de mensen die de files verder verkopen. Zo is het dus mogelijk om zelf aan je gedownloade nummers geld te verdienen, of in elk geval een deel van je investering terug te krijgen, door de gekochte nummers aan vrienden door te verkopen. Van al die transacties blijft de rechthebbende -Orange in dit geval- telkens ook weer de helft ontvangen. Het verder verspreiden van de files wordt zo dus beloond: het is onderdeel van het hele 'Weedfiles'-idee.
Het is via Weed ook als klant mogelijk een eigen site te starten, waarop je files aanbiedt. Zodoende moeten de files zich als onkruid over het net verspreiden (waardoor meteen ook de naam verklaard is). Wil je zelf zo’n site starten, dan word je een zogeheten 'Independent Content Producer', ICP afgekort. ICP’s sluiten een overeenkomst met Weed, waarna ze op hun beurt zelf weer overeenkomsten sluiten met artiesten om muziekbestanden voor hun site beschikbaar te stellen. Het grote voordeel voor de artiest daarbij is dat een dergelijke overeenkomst niet exclusief is. Een artiest kan zijn muziekbestanden dus beschikbaar stellen aan meerdere ICP’s, waarna al die ICP's op hun homepages reclame kunnen maken voor hun eigen muzikale voorkeuren. Het moederbedrijf levert slechts de nodige software, en het belangrijke licensiesysteem.
Als eerste Nederlandse band, heeft Orange afgelopen week haar volledige debuutalbum ‘Sugar Radio’ beschikbaar gesteld via www.downloadweed.com. De beheerder van de site heeft het album voorzien van een bijzonder aardige begeleidingstekst. En hoewel het uiteraard een verkooppraatje is, kan het toch nooit kwaad als mensen over je kunnen lezen: ‘Almost impossible to find in the U.S., Sugar Radio is available in a limited edition handmade wooden cd-box’, ‘Keeping our fingers crossed that the band will make it to the U.S. sometime, these downloads will have to do for the time being’. En ook al kan niet direct gezegd worden dat Orange daarbij omringd is door wereldartiesten, een hit heeft de band in elk geval in weedland al te pakken: het fraai uitgesponnen nummer ‘Cadyk’ prijkt bovenaan het lijstje van meest gedownloade nummers.
Eerlijk is eerlijk: het hebben van zo'n webhit levert de band nog niet direct kapitalen op. Een keertje of twintig keer is het nummer tot nu toe gekocht. In totaal heeft de band voor alle nummers bij elkaar nu zo’n twintig dollar mogen ontvangen. ‘Ach, we zullen wel zien wat het wordt’, reageert bassist Pitrik Koerts gelaten, ‘Misschien hebben we aan het eind van het jaar vijftig dollar verdiend, en is dat het dan. In dat geval drinken we er gewoon een biertje van. Hoe dan ook: het is het proberen waard.’
Betekent deze stap dat Orange de cd definitief vaarwel zegt? Koerts sluit het niet uit. ’Ach, het is een aflopende zaak met de cd. Maar het liefst zouden we de EP die we binnenkort gaan opnemen op vinyl uitbrengen. Vinyl heeft echt karakter.‘ Voor Koerts is het in elk geval wel meer dan duidelijk dat het internet een belangrijke positie in zal gaan nemen in het muzieklandschap van de toekomst, en dat hij met zijn band daar dan ook volop gebruik van wil gaan maken. Het Weed-avontuur smaakt voorlopig dan ook naar meer: zo wil de band binnenkort stappen ondernemen om zelf ICP te worden. Op een eigen website zouden dan naast muziek van Orange zelf bijvoorbeeld files kunnen staan van andere veelbelovende Nederlandse artiesten. Een mooi adres heeft Pitrik daarvoor al gedachten. ‘Maar dat ga ik nu niet zeggen. Ik ga hem morgen eerst claimen!’
3VOOR12/Utrecht: Orange pioniert met 'Weedfiles'
Downloadsysteem maakt iedereen tot platenbaas
Na Vitaminic en Peoplesound is er een nieuwe kans voor artiesten om hun zaakjes in eigen handen te houden. Via het Amerikaanse Weedshare kan iedereen voortaan zijn eigen A&R-manager zijn. Het Utrechtse Orange is de eerste Nederlandse 'Weedshare'-band. En verdiende toch zeker al twintig dollar.