Het is midzomer 2014, TivoliVredenburg opent haar deuren en de Utrechtse muziekpodia houden hun adem in, in afwachting wat de komst van deze nieuwe reus in het stedelijke poplandschap teweeg gaat brengen. Zo ook een podium op Rotsoord dat na tien jaar onder de vleugels van Tivoli ook nog eens mag gaan uitdokteren hoe het op eigen benen moet staan. Nu, vier en een half jaar verder, is het stof neergedwarreld en meet De Helling zich, stap voor stap, een nieuwe identiteit aan. 3voor12 Utrecht blikt terug én vooruit met het team achter de ‘zwarte doos’ aan De Helling 7.

We treffen Ron van der Meer, Lévi Smulders en Frank Brouwer in enigszins sufgelulde toestand. Het trio heeft die dag 120 studenten van de HKU, richting Kunst en Economie op visite gehad en te woord gestaan over hoe het is om een podium te runnen. Een goede eerste vraag ook voor dit interview. Het antwoord? Niet altijd even makkelijk, zo blijkt. De Helling kijkt terug op een paar moeilijke jaren die het podium hebben gedwongen om dingen anders aan te gaan pakken. Tussen 2003 en 2014 was de Helling het succesvolle “brutale broertje” van het voormalige Tivoli Oudegracht. Het samengaan van Tivoli en Vredenburg betekende ook verzelfstandiging van De Helling. “Er werd gekozen voor een soft break-up”, aldus directeur Ron van der Meer. “We wilden alles zoveel mogelijk hetzelfde houden, het ging immers goed.”

En dus was de samenwerking met TivoliVredenburg in die eerste zelfstandige jaren intensief, vooral op het gebied van de programmering. Van der Meer: “De programmeurs van Tivoli die hier al tien jaar shows boekten, bleven dat doen. Wij kochten het programma bij hen in en hadden geen eigen programmeurs. We deden 200 shows, waarvan we er pak ‘m beet 50 zelf programmeerden.” Programmeur Lévi Smulders vult hem aan: “Die keuze is gemaakt om de nadruk te leggen op de duurzaamheid van het programma. Tegelijkertijd ging het wel ten koste van de mogelijkheid om een eigen smoel op te bouwen.”

De Helling is voortgekomen uit De Vloer, een ooit legendarisch podium aan het Paardenveld. Toen De Vloer in 1995 zonder vaste locatie kwam te zitten, liet de gemeente De Helling speciaal voor De Vloer verbouwen. De Vloer betrok het pand in 2000. De Vloer ging in 2003 failliet, waarna Tivoli de programmering in het gebouw overnam. Daarbij bleef De Helling een aparte stichting, die wel haar diensten betrok bij Tivoli Oudegracht. In 2014 is De Helling verzelfstandigd en opereert de organisatie niet langer onder de vleugels van Tivoli.

Navelstrengetjes

We gaan terug naar 2013. Ron van der Meer krijgt een telefoontje van Tivoli-directeur Margriet van Kraats. Zij staat op dat moment voor de opgave om de Tivoli-organisatie naar TivoliVredenburg te verhuizen en zoekt iemand die Tivoli Oudegracht opruimt en wil helpen afsluiten. Én die de navelstreng met De Helling op een beheerste manier doorknipt. Dat laatste bleek ingewikkelder dan voorzien. Van der Meer: “Daar zaten meer navelstrengetjes die de organisaties met elkaar verbonden dan iedereen had gedacht.” Bij het uit elkaar trekken van de organisaties kwamen langzaam ook de financiële consequenties voor De Helling in beeld. Van der Meer benadrukt dat het niet ging om lijken in de kast. “Er was een veelheid aan kleine tegenvallers die niemand had voorzien. Om een voorbeeld te geven: als er bier werd geleverd bij De Helling stapte er bij Tivoli Oudegracht even iemand op de fiets om hier de deur open te maken. Die kosten waren niet zichtbaar. Nu moeten we zorgen dat er iemand aanwezig is en die persoon moet wel betaald worden. En zo waren er de verzekeringen, het geldtransport, de accountantskosten. Veel van dat soort dingen werden elk een klein beetje duurder.”

Het gevolg was dat de situatie onhoudbaar werd. Van der Meer grijpt in. “Na in 2016 een slecht jaar te hebben gedraaid, hebben we halverwege 2017 op de rem getrapt. We hebben de oude bedrijfsvoering overboord gegooid en we zijn De Helling gaan runnen als een nieuw bedrijf. We hebben de vaste kosten en vaste inkomsten naast elkaar gezet en gezegd dat het programma het verschil moet opbrengen. Met dat uitgangspunt zijn we opnieuw naar het programma gaan kijken. Inmiddels programmeert TivoliVredenburg 60 tot 80 shows per jaar. De rest doen we met ons eigen team, overigens in goede samenwerking met de andere partijen in de stad.” 

Gesloten zwarte doos

De Helling meldt zich meteen na het onderkennen van de problemen bij gemeente. Die steekt een helpende hand toe en stelt de organisatie de vraag om een nieuw meerjarenplan te maken. Het is de start van een contemplatieve periode. Van der Meer: “We werden gedwongen om eens goed na te denken over wie we zijn en waarom we er zijn, in plaats van de tweede zaal van een poppodium dat niet meer bestaat.” Het team zoekt richting door het gesprek aan te gaan met de stad. Smulders: “We zijn gaan praten met de buurt, met makers, boekers en met de andere podia. We kwamen er zo achter dat men ons erg gesloten vond. Een zwarte doos die overdag dicht is en waar je ’s avonds alleen binnenkomt met een kaartje van minimaal 10 euro.” Hij heeft hier wel een verklaring voor: “Sinds de verzelfstandiging werken we met zo’n kleine organisatie dat we zijn genoodzaakt om ons te beperken tot de strikte basics. We hebben gewoon geen tijd om ons onder de mensen te begeven. Maar die reactie heeft ons wel aan de denken gezet en doen beseffen dat we moeten veranderen. We moeten opener worden.”

 

Open

Op de dag van ons gesprek is een concrete stap naar die gewenste openheid is voor iedereen zichtbaar. Door het raam van de keuken wordt met een overheadprojector van Duitse makelij het woord ‘OPEN’ op de gevel van de overburen geprojecteerd. De Helling heet eenieder vandaag welkom. Dat het maar duidelijk is. Deze en elke andere woensdag organiseert De Helling een gratis toegankelijke avond en wordt er op het podium in de foyer geprogrammeerd. Frank Brouwer, de PR-man van het team: “Vanavond zijn dat twee bandjes, maar een komende editie gaan de bedrijven op Rotsoord zich presenteren. En we hebben een avond waarop er met spelers van FC Utrecht FIFA kan worden gespeeld. Het kan ook een spoken word performance zijn. Het wordt elke keer een verrassing wat je aantreft als je op woensdagavond binnenloopt.”

Het team heeft meer plannen. Brouwer: “We willen niet alleen vaker open zijn, maar ook een open organisatie die de samenwerking zoekt met zijn omgeving. Zoals we afgelopen zomer met restaurant LE:EN samen Expeditie Rotsoord hebben georganiseerd. Dat soort dingen willen we vaker doen. Als je ziet wat er om ons heen gebeurt, dan willen we daar in mee. Dat biedt ook voor ons zoveel kansen.” Hij doelt op de snelle ontwikkeling van Rotsoord in de afgelopen jaren. Rotsoord was drie jaar geleden nog een wat vervallen industrieterreintje aan de zuidgrens van de oude binnenstad. Het is in een paar jaar in rap tempo veranderd in een levendig woon-werkgebied met veel jonge bewoners en ondernemers. Van der Meer kijkt nog steeds met verwondering naar hoe de omgeving van zijn podium is veranderd: “Als ik hier drie jaar geleden tot ‘s avonds laat had gewerkt, keek ik voor ik naar buiten ging links, recht, zette ik het alarm erop en dan was ik weg. Nu kom ik naar buiten en staan alle fietsenrekken nog vol. Dan loop ik nog even naar Klein Berlijn voor een biertje. Mensen zeggen nu, die open woensdagavond, had je dat niet eerder moeten doen? Dat vraag ik me af, volgens mij is de tijd er nu klaar voor. Neem de Le Mini Who? afgelopen november. Dat is voor ons ontzettend gaaf, want wij komen in de spotlight. Maar het gebeurt hier dankzij Rotsoord. Als wij hier alleen hadden gezeten, was dat niet gebeurd. Het is een wisselwerking.”

Fucking goed geluid

Het team vertrouwt op het bestaansrecht van De Helling in het Utrechtse podiumlandschap anno 2018. Van der Meer: “Er zijn mensen met de mening dat er met de komst van TivoliVredenburg genoeg podia zijn om Utrecht te bedienen. Maar dat gaat eraan voorbij dat sommige bandjes niet passen in een glazen gebouw met liften en roltrappen. Je fietsje tegen de gevel smijten, punkbandje kijken en weer weg geeft toch een totaal ander gevoel en beleving van je avond. We zijn in dat opzicht laagdrempeliger dan TivoliVredenburg. We trekken ook een ouder publiek dan EKKO. We zijn meer vuig, vergelijkbaar met ACU en dB’s. Daar is vraag naar en wij bieden dat. In de hele keten hebben wij een plek. En…we hebben fucking goed geluid, dat is wel heel belangrijk. Wij hebben beter geluid dan in de Pandora, vind ik.” Hij lacht: “En het is ook nog echt zo”.

Ook Van der Meer straalt vertrouwen en energie uit. “We hebben een toekomstplan voor De Helling en dat vind ik heel tof. Die eerstejaars HKU-studenten die we vandaag over de vloer hadden, die stellen grappige vragen. Zoals: “Ben je hier niet eens klaar? Je had gezegd dat het op eigen pootjes moest kunnen staan, 50.000 bezoekers moest hebben, 200 shows? Dat is er nu toch? Waarom blijf je hier?” Ik heb in het verleden veel op projectbasis gewerkt, maar ik zie nu heel veel uitdaging in dat nieuwe meerjarenplan. Om te kijken of we de organisatie zo kunnen neerzetten de komende tijd dat we een vanzelfsprekende waarde worden. En we hebben ook wel een beetje bravoure. We roepen dat we fantastische dingen gaan doen. Ik zou dat ook wel graag waar willen maken.”

Te zien: OPEN #7 met Leine & Lukas Batteau, woensdag 9 januari 2019 @ De Helling