Razorlight scoort een krappe voldoende in Vredenburg

Zanger Johnny Borrell weet alleen letterlijk tot grote hoogte te komen

Tekst: Matthijs van der Ven / Fotografie: Tim van Veen, ,

Twee dagen voor het concert van Razorlight in Utrecht kwam het in het Ninkasi Stadion in Lyon nog tot een handgemeen tussen zanger Johnny Borrell en bassist Carl Dalemo. In het uitverkochte Vredenburg zijn de heren poeslief voor elkaar. Dat is het publiek ook voor de band, want écht goed is Razorlight geen moment. Dit in tegenstelling tot Taxi to the ocean, dat wel wist te overtuigen.

Zanger Johnny Borrell weet alleen letterlijk tot grote hoogte te komen

Razorlight's eerste album 'Up All Night' uit 2004 wordt door velen - terecht - gezien als beter, maar toch zorgt de tweede naamloze plaat voor de grootste bekendheid in Nederland. Hits als 'In The Morning' en 'America' zijn vaste prik op de landelijke radiozenders en hebben een breder publiek warmgemaakt voor de groep. De liedjes zijn gladder, doordachter en wellicht daarom minder geliefd bij de luisteraars die Razorlight al wat langer volgen. Taxi to the ocean maakt zich als voorprogramma in ieder geval geliefd bij het publiek in Vredenburg. Zonder veel gedoe begint de band hun set van een half uur. Opener 'Under The Sheets' ontvangt meteen veel applaus en gejoel. De ervaring die de band heeft opgedaan in het Verenigd Koninkrijk als voorprogramma van The Stranglers, is merkbaar aan het spel van de Utrechters. Ze speelden daar in zalen die zeker zo groot zijn als Vredenburg en hier weet de band het publiek dan ook moeiteloos om zijn vingers te winden en een mooi visitekaartje af te geven. Geen wonder dat het management van Razorlight persé Taxi to the ocean als voorprogramma wilde. Veel bezoekers praten dan ook nog enthousiast na over Taxi, tot drummer Andy Burrows begint met het mooie drumintro van 'In The Morning'. Burrows is de beste muzikant binnen Razorlight en samen met Johnny Borrell de helft van de band mét uitstraling. Wellicht speelt de ruzie die hij twee dagen eerder met Borrell had nog in zijn hoofd, maar bassist Carl Dalemo loopt het grootste deel van de avond als een zoutzak over het podium. Een kind dat ook de laatste spruitjes op zijn bord nog moet opeten. Net als gitarist Björn Ågren voegt hij zowel qua spel als beleving bar weinig toe aan het optreden. Het zijn met name de nummers van het tweede album die de revue passeren. Dat is vrij logisch, maar met het materiaal van de band valt een betere setlist te bedenken. Op een handvol liedjes na, is het allemaal niet het herdenken waard. Veel nummers vervallen in een grijze massa, waarbij het publiek enthousiast genoeg is, maar het vooral wachten is tot er weer een onderscheidend liedje komt. Eén liedje dat er in Vredenburg uitspringt is 'I Can't Stop This Feeling I've Got'. Op veel andere momenten vallen vooral de nichterige kleding en dito gedrag van de zanger op, maar nu komt ook zijn stem weer eens echt goed uit de verf. Waar Borrell wel punten mee scoort, in ieder geval bij zijn publiek, is een indrukwekkende klimpartij over de tribunes van Vredenburg. Via veel omwegen eindigt hij recht tegenover het podium op de tweede ring. Na daar nog een nummer te zingen, vindt hij via de catacomben binnen een halve minuut de weg terug naar het podium. Misschien heeft hij 's middags geoefend? Het is in ieder geval het enige moment in Utrecht waarop Borrell een echt hoog niveau bereikt. Razorlight & Taxi To The Ocean Gezien: Muziekcentrum Vredenburg, woensdag 7 februari 2007