Luchtgitaren bij The Datsuns

The Bloody Honkies kunnen door te vol podium niet voluit

Tekst: Job de Quay / Fotografie: Christiaan Westgeest, ,

De gordijnen van het balkon blijven vanavond dicht, maar verder is Tivoli uiteindelijk toch nog goed gevuld voor The Datsuns. De apparatuur van het hoofdprogramma belet The Bloody Honkies alles te geven; The Datsuns bewijzen dat ze na vijf jaar touren zijn uitgegroeid tot een goed gesmeerde rockband.

The Bloody Honkies kunnen door te vol podium niet voluit

Geen rijen mensen vanavond bij de kassa van Tivoli; het publiek druppelt mondjesmaat binnen zodat de zaal nog verre van half vol is als voorprogramma The Bloody Honkies op het podium verschijnt. De Achterhoekse formatie is een jaar of drie geleden voortgekomen uit The Facials en heeft een attitude van rauwe, psychedelische rock-‘n-roll, eigenzinnig gitaarwerk, knijpende kelen en geil fundament - iets waar ze een maand geleden op Noorderslag al een sterke indruk achterlieten. Vanavond overtuigen de The Bloody Honkies een stuk minder. In eerste instantie lijkt het of de band moet inkomen; normaal springt de frontman Lawrence Mul als een bezetene over het podium. Dat het vanavond – vooral in de eerste helft – niet gebeurt, kan liggen aan het ruimtegebrek waar de band mee te kampen heeft; ze spelen op een klein gedeelte voor op het podium omdat de backline van de Datsuns reeds klaar staat. Ook is gitarist Wout Kemkens niet overtuigend in zijn solo’s. Naar het einde van het optreden komen de band, frontman en daarmee het publiek losser en wordt het toch een leuke show. Als de mannen van The Datsuns opkomen, is de zaal al een stuk beter gevuld en stroomt het publiek naar voren. De band kwam na het slecht ontvangen ‘Outta Sight / Outta Mind’ vorig jaar sterk terug met ‘Smoke and Mirrors’, een volwassen en gedurfd derde album dat de voorganger snel doet vergeten. Het is tekenend dat slechts ‘Blackened My Thumb’ van die plaat de setlist haalt. Al bij tweede nummer ‘Girls Best Friend’ ontstaat er een kleine moshpit bij het podium. Als vervolgens ‘Mother Fucker From Hell’ wordt ingezet, barst de bom bij de eerste rijen; de geoliede machine die The Datsuns heet, staat als een huis en variëren vooral in het begin tussen de krakers van het debuut en nieuwe nummers. Later in de set wordt de Ramonesklassieker ‘The KKK Took My Baby Away’ massaal meegezongen. Enige misser is het achtergrondkoortje dat bij enkele nummers komt opdraven. Waar op het album voor ‘Too Little Fire’ de hulp is ingeroepen van een gospel koor, lijkt hier een blikje Myspace vriendinnetjes opengetrokken; de dames zijn zeer zenuwachtig en hebben moeite met de timing. Later op de avond in Kafé België zal zanger Dolf de Borst zweren dat dit de laatste keer was dat de dames opkwamen. Vijf jaar na hun Europese podiumdebuut als voorprogramma voor The Hellacopters zijn The Datsuns uitgegroeid tot een volwassen rockband; de luchtgitaarspelers in de zaal spreken boekdelen. The Datsuns & The Bloody Honkies Gezien: woensdag 14 februari 2007, Tivoli Oudegracht