Geen reden tot verdriet met de Sad Boys in uitverkocht 013
Yung Lean verrast met rockshow
Kerstachtige belletjes en rookwolken vullen de zaal wanneer Elias Rønnenfelt begint te zingen. Gekleed in een groene poncho loopt hij ietwat houterig rond op het podium en doet niets van zijn nieuwe folkalbum Speak Daggers, wel van het dit jaar ook verschenen lucre. Een track als '5' is in no-time nu al een klassieker geworden die op het muzikale spectrum tussen Radiohead en Harry Styles (!) belandt. En al staat hij alleen op het podium, met de juiste moves en sensueel omhelzen van zijn microfoonstandaard, heeft deze bescheiden Deen toch de nodige starpower. Enige jammere is dat het gebrek aan een band niet de diepte geeft die deze opener nog net even dat beetje extra had kunnen geven.
Een show zonder ook maar één woord zelf te zeggen of in zijn muziek? Dat flikt Yung Sherman met een vette dj-set die onder een bosachtig decor een cloudy, instrumentale ambientset doet met deels eigen nummers. Hij krijgt de Main aan het zweven met een mix die doet denken aan Deadmau5's 4x4=12 tijdperk, maar dan met een Drain Gang (Sherman's voormalig collectief met o.a. Bladee en Ecco2k)-sausje eroverheen. Niets geen woord als de set is afgelopen, echte rust voor de Yung Lean-storm.
Gekleed in een paars MCR-achtig jasje en een goud met zilveren mic; Yung Lean is naar 013 gekomen om te rocken met een theatrale show, met achter hem een groot wit doek waarop vogels worden geprojecteerd. Als na een paar nummers het doek langzaam zakt, komen we er pas achter dat al die tijd een live-band heeft meegespeeld, en met hun zwarte pakken en stropdassen, is het plaatje compleet. Lean heeft ervoor gekozen om de mentale problemen waarmee hij de afgelopen jaren stoeit te bezingen met het album Jonatan en koos daarvoor een stevigere stijl waarbij hij niet vies is van indie en nu-metal invloeden.
Dat maakt van Yung Lean een muzikale allesvreter en het mooie is om te zien hoe een uitpuilende Main meegaat in alle hoeken die Lean en band laten zien, horen en voelen. De afwisseling tussen de nieuwere rocknummers en de klassiekers 'Ginseng Strip 2002', 'Agony' en 'Hocus Pocus' is superstrak en Yung's rocksterjasje staat hem goed. Zeker als hij tussen de geprojecteerde sterren staat, gewapend met een bespijkerde honkbalknuppel en 'Babyface Maniacs' inzet. De zelfbenoemde sad boy heeft het geluk gevonden en met een show die naar een hoger niveau wordt getild door de toevoeging van een live-band, wij ook.