Het voorprogramma komt in de vorm van MOOON, drie jonge sixties-nostalgisten (funky haarbandjes, check. Art-deco behangpatroonstropdas, check. Geföhnd halflang haar, check, check, check!) uit Aarle-Rixtel. De scheve grijns waarmee ze het podium op stappen, is de hele rit niet van hun tronie te slaan. Het drietal hippies is vastbesloten om de boel wakker te schudden: als een stel topsporters in de kleedkamer pept het drietal het publiek - en elkaar - flink op. Dat lukt door garage, blues en surf in de ketel te mikken en met emmers psychedelica te besprenkelen; een uitstekend recept voor ellenlange jams, waarbij de bijna-pubers elkaar vrij baan geven om flink te soleren. Met aandoenlijk oprechte liefde voor het genre, schudden ze hun bloempotkapsels hevig heen en weer.
Deze onbehouwenheid, de funky gitaardeuntjes, de drummer in de kleren van zijn opa, het ongekende enthousiasme (alleen al de blikken die onderling worden uitgewisseld zijn om van te smelten); met al die branie en charme verklaart MOOON met hun retro-garagesongs het feest voor geopend.