Goeie opwarmers op de Roadburn pre-party

Stoner en krautrock in Kleine Zaal 013

Pieter Heijboer ,

Voor de Nederlandse en Belgische Roadburngangers was donderdag 16 oktober de mogelijkheid om alvast, voordat de rest van de wereld dat kon, een kaartje te kopen voor festival voor doom, stoner en pyschedelica. Natuurlijk zorgde organisator Walter Roadburn ervoor dat die mensen ook alvast in de stemming konden komen. Radar Men From the Moon uit Eindhoven en The Machine uit Rotterdam stonden al eerder op het festival en mochten hun kunsten nog eens vertonen in de Kleine Zaal van 013.

De mannen van de maan trappen af in een goedgevulde zaal. Ze spelen instrumentale krautrock. Lange nummers met een hoog wegdroom-gehalte worden afgewisseld met wat stevigere passages. Verveling ligt op de loer en af en toe slaat die ook toe. Toch weet de band over het gehele uur bekeken de aandacht te houden. Dat komt mede door de vette lichtshow in combinatie met een spacende dia-projectie die de vier heren hebben meegenomen. Wanneer een muzikale passage zich tot in den treure herhaalt, bieden de visuals een prettige afleiding. Menig band in het genre hecht terecht waarde aan het totaalplaatje en laat de muziek niet alleen voor zichzelf spreken.

Na veel soundscapes die gedragen worden door een drumritme met 16e high-hat-slagen, wazige gitaren en een groovende baslijn is het slotstuk bijzonder. Het bestaat uit maar liefst vier verschillende, duidelijk herkenbare akkoorden. Een mooi melancholisch apotheose van een band waar de lokale liefhebber best trots op mag zijn. Minpuntje is de afwezigheid van interactie met het publiek.

Knetter
Het Rotterdamse The Machine is wat meer rechttoe rechtaan. Psychedelische stoner uitgevoerd door een trio van bas, drums en gitaar. En er wordt ook nog wat bij gezongen, zij het sporadisch en niet altijd goed te horen. De heren uit rotjeknor zijn wat meer begaan met het toespreken van hun publiek. Het aantal toehoorders is ondertussen wat afgenomen en ze blijven over met een gezellige drukte. Met veel overtuiging knallen ze het kenmerkende gitaargeluid van een Gibson hals-element over een versterker met knetterende fuzz.

Net als bij de eerste band zijn de nummers lang en instrumentale passages lang uitgerekt, maar in dit geval doorspekt met gitaarsolo’s. Om het interessant te houden wordt veel gebruik gemaakt van dynamiek. De drummer beroert slechts zijn instrumentarium en er is meer ruimte voor de baslijnen. De gitarist bouwt een melodie op en dan trapt de band goed-getimed het gaspedaal weer vol in.

Beide bands zijn dus een goede opwarmer voor de aanstaande editie van het Roadburnfestival. Helaas moeten we nog een half jaar wachten.