Wie na de optredens van geweldenaar Peter Brötzmann en de punkveteranen van The Ex op het Incubate festival vorige maand wel weer eens toe was aan een stevige portie boeiende herrie, werd afgelopen woensdag op zijn wenken bediend met een kort maar heftig concert van het Scandinavische improvisatietrio The Thing met speciale gast Otomo Yoshihide in Paradox.
Het vergt een wat bijzondere smaak om het viertal dat vanavond op het Paradoxpodium staat op waarde te kunnen schatten en het hoeft dan ook niet te verwonderen dat het niet erg druk is in de zaal. Het selecte gezelschap dat wel aanwezig is, kan zich echter verheugen in een prima opgebouwde ‘vrije’ performance, die naast een hoge geluidsdichtheid vooral ook een veel grotere rijkdom aan klanken kent dan de meeste conventionele concerten. Het voordeel van dit soort ongeremde muzikale samenspraken is immers dat de uitvoerende artiesten alle ruimte krijgen hun instrumentarium op de meest uiteenlopende manieren te ge- dan wel misbruiken, waarbij voorman en saxofonist Mats Gustafsson in dit geval ook nog eens elektronische apparatuur aanwendt om de geproduceerde geluiden verder te vervormen.
Dat brengt natuurlijk wel het risico met zich mee dat het geheel ontaardt in een incoherente brij van geluid, waarin alle instrumenten zonder enige onderlinge samenhang door elkaar kwetteren. Dit ensemble scheert dan ook met name tijdens heftigere passages rakelings langs de afgrond van de chaos, maar de ervaring die de muzikanten individueel en als groep hebben, voorkomt telkens dat ze eraan ten prooi vallen (ook gitarist Yoshihide heeft al vaker met de mannen van The Thing gespeeld en staat vandaag voor de laatste keer deze tour met hen op het podium). Hoe goed men onderling op elkaar afgestemd is, bewijzen momenten als het perfect synchrone ritmische duet tussen Gustafsson en drummer Paal Nilssen-Love ergens gedurende het eerste stuk en het welhaast tot één klank samensmeltende, min of meer ceremoniële geklop op metaal en hout van drummer en gitarist tegen het einde van het tweede. Dat ‘nummer’ kent trouwens sowieso een meer ingetogen sfeer dan de veelal blazende en sterk uitgesponnen openingssessie en aan het begin ervan ruilt Gustafsson zijn tenorsaxofoon dan ook even voor een wat lichter klinkende ‘fluitofoon’ (een fluit met het mondstuk van een sax, zo lijkt het althans). Ook bassist Ingebrigt Håker Flaten wisselt regelmatig van instrument en speelt al naar gelang het moment vereist akoestisch dan wel elektrisch. Het draagt verder bij aan de toch al grote diversiteit van geluiden, die echter regelmatig verankerd worden door eenvoudige lyrische melodielijnen van de Zweedse blazer (die daarin free jazz iconen als Albert Ayler en Brötzmann navolgt). Met een dergelijke vrij ongecompliceerde notenreeks, die nu zowaar echt klinkt als een afscheid, sluit Gustafsson ook het derde en laatste stuk af. Het resultaat van “our misunderstanding of the jazz tradition”, zoals hij de muziek die hij met zijn muzikale kompanen maakt graag betitelt, mag ook vanavond weer zonder meer geslaagd heten.
The Thing en Otomo Yoshihide hard, intens en lyrisch in Paradox
Creatieve misinterpretatie van jazztraditie werpt pittige vruchten af
Wie na de optredens van geweldenaar Peter Brötzmann en de punkveteranen van The Ex op het Incubate festival vorige maand wel weer eens toe was aan een stevige portie boeiende herrie, werd afgelopen woensdag op zijn wenken bediend met een kort maar heftig concert van het Scandinavische improvisatietrio The Thing met speciale gast Otomo Yoshihide in Paradox.