Sympathiek Stornoway neemt in Rotown overtuigend revanche

Afwisselend optreden boeit van begin tot eind

Tekst: Edwin Borst ,

Voor alles is een tijd en plaats, en dat geldt ook voor concerten. De 24e april van dit jaar in Paradiso was voor de Britse folkband Stornoway in ieder geval niet de tijd en plaats voor een geslaagd optreden. Debuutplaat 'Beachcomber’s Windowsill' laat alvast zien dat een geslaagd optreden zeker tot de mogelijkheden moet behoren vanavond.

Afwisselend optreden boeit van begin tot eind

Voor alles is een tijd en plaats, en dat geldt ook voor concerten. De 24e april van dit jaar in Paradiso was voor de Britse folkband Stornoway in ieder geval niet de tijd en plaats voor een geslaagd optreden. De programmeur van London Calling zag vooraf de potentie  en plaatste de band op de headlinerslot op de zaterdagavond. Helaas verzoop de band in het Amsterdamse publieksgeëmmer en biergegooi, waardoor Stornoway deze week misschien wel met de nodige revanchegevoelens de reis naar het Europese vasteland maakte. Debuutplaat 'Beachcomber’s Windowsill' laat alvast zien dat een geslaagd optreden zeker tot de mogelijkheden moet behoren vanavond. De stemmige folkachtige nummers in de stijl van Noah and the Whale en Mumford & Sons zouden een winderige herfstzondag perfect moeten kunnen afsluiten. 

De vier vaste bandleden zijn vanavond bij een deel van de nummers in het gezelschap van een violiste. Die mag meteen bij de opener meedoen, waarbij vooral de combinatie van het volle geluid en de kraakheldere zang opvalt. Juist bij Stornoway verdienen de teksten vol metaforen het om gehoord te worden, en het komt in een dergelijke bezetting niet vaak voor dat live elk woord te verstaan is. Zanger Brian Briggs is opvallend in zijn onopvallendheid. Klein mannetje, akoestische gitaar tegen het lichaam geklemd en een hoge stem die in de uithalen imponeert. Bij nummers als 'Boats and Trains' en 'The Coldharbour Road' verandert Rotown heel even van een grootstedelijk poppodium in een Britse plattelandspub. Begrijp me niet verkeerd, dat is een compliment.

Het grootste compliment verdient Stornoway echter voor de vanavond tentoongespreide afwisseling. Het rustigere 'Fuel Up' brengt Briggs deels alleen, 'I Saw You Blink' neigt weer meer naar pop, terwijl zowel 'The End of the Movie' als 'We Are The Battery Human' volledig unplugged worden gespeeld. Het werkt, want de zaal is tijdens de onversterkte nummers doodstil, terwijl het niet ten koste gaat van de geluidskwaliteit, integendeel. Briggs vermaakt het publiek tussen de liedjes door met wat anekdotes. Zijn voordracht vol “uhhs” en onzekere blikken de zaal in lijkt in het begin tot mislukken gedoemd, maar met de charmant onnozele verhaaltjes over dubbelvla en de valsnelheid van katten weet hij het publiek toch voor zich te winnen.

Valt er dan niets te zeuren? Hoogstens doet de instrumentkeuze in combinatie met de hoge leadzang bij sommige nummers wat corny aan, maar laten we daar John Denver maar de schuld van geven. Na een kleine drie kwartier is de koek helaas op en volgt het vrolijke hitje Zorbing als toegift. Briggs verontschuldigt zich: het repertoire is op. Stornoway blijft vanavond overtuigend aan de goede kant van de streep  en bewijst dat een toegewijd publiek met meer dan gelijke munt wordt terugbetaald. Kunnen ze in Amsterdam nog wat van leren.