Eagles of Death Metal bespelen het publiek op fantastische wijze

Optreden is een feest van begin tot eind

Tekst: Erwin van Kester ,

Josh Homme was er deze avond niet bij, maar Met Joey Castillo achter de drumkit is dit geen straf. Jesse Hughes weet het publiek op fantastische wijze te bespelen. Het publiek en de band genieten oprecht van deze legendarische avond.

Optreden is een feest van begin tot eind

"Die band waar Josh Homme in drumt" is waarschijnlijk de meest gebruikte zin om Eagles of Death Metal te beschrijven. Homme, voorman van Queens of the Stone Age, heeft het echter te druk om de Eagles te touren en daarom was het bij voorbaat al duidelijk dat we het met Jesse Hughes moesten doen. Totaal geen straf, de man is een plezier om naar te kijken. Al vanaf de eerste seconden bespeelt hij het publiek op fantastische wijze. De gehele avond krijgen we tussen nummers door praatjes met het publiek en worden we ervan verzekerd dat ditzelfde publiek geweldig is. Begrijpelijk, want er is geen moment geweest waarop de aanwezigen niet uit hun dak gingen, van vooraan tot helemaal achterin de zaal. Regelmatig stak er ineens een been boven het publiek uit, resultaat van een mislukte poging crowdsurfen.

Maar even terug naar het begin. Wie verving deze avond namelijk Joshe Homme als drummer van de band? De enige echte Joey Castillo. Beter bekend als, jawel, de drummer van Queens of the Stone Age. Geen betere vervanging is denkbaar. Deze man is een beest. Met grof geweld wordt het drumstel bewerkt en dit doet de band zichtbaar goed. Jesse stipt terecht nog even aan: "I'm so happy with this drummer right now".

Eigenlijk heb je sowieso het idee dat e. een stel striphelden op het podium staat. Eerder noemde ik al de extravagante frontman en de beestachtige drummer, maar daarnaast staat dan ook nog eens Brian 'big hands' O'Connor, een bebaarde, langharige reus van een bassist met zo mogelijk nog reusachtiger handen. Aan de andere kant van het podium hebben we gitarist Dave Catching, welke deze avond qua uitstraling duidelijk de komische noot van het stripverhaal mag opvullen.

De muziek van de band laat zich omschrijven als energieke garage rock en dat is dan ook wat de band nummer aan nummer van het podium af pompt. Het is één groot feest van begin tot eind. De hits komen uiteraard voorbij ('I Want You So Hard (Boy's Bad News)' blijft een hoogtepuntje), maar hiernaast worden alle albums van de band sowieso nog een keer goed bezocht. Bij de toegift wordt er nóg een schepje bovenop gedaan. Jesse komt helemaal alleen het podium op en wordt na pakweg twee nummers vergezeld door de rest van zijn band. Hits als 'Really wanna be in LA' en het altijd vette 'Speaking in Tongues' sluiten deze avond af. Het publiek heeft genoten en de band ook. Dat wordt ons verteld en eigenlijk zie je ook gewoon dat ze het menen.

En eigenlijk had ik dat niet helemaal verwacht. Natuurlijk, je verwacht dat de spelende band je gaat vermaken, maar dat het je zó weg weet te blazen, dat komt niet vaak voor. "Can I get an amen?" Jazeker Jesse, en een hele grote ook.