Vrijdagavond 16 mei, Keith Caputo, Waterfront

De kleine man met de grote stem

Tekst: Mirella van der Made Foto's: Jorg Roosma, ,

Alsof de Ramones, The Strokes, en nog ontelbaar meer goede bands nog niet genoeg waren, heeft New York ook Keith Caputo voortgebracht, de zanger van de rockband Life Of Agony. Hij is alweer een aantal jaren solo bezig en bracht onlangs zijn nieuwe - vierde - album uit: A Fondness For Hometown Scars. Nederland is inmiddels zijn tweede thuisland, en hij is hier dan wel niet zo bekend: de mensen die hem wel kennen dragen hem op handen.
(Ex) Life Of Agony frontman Keith Caputo heeft inmiddels solo alweer vier albums uit (live-uitgaven niet meegerekend). Vrijdag speelde hij met band in Waterfront.

De kleine man met de grote stem

Vrijdagavond, Waterfront. Als de kleine man het podium oploopt, begeleid door zijn band The Sad Eyed Ladies, overspoelt een mix van blijdschap en vertedering het publiek. Hij ziet er goed uit, gezond, en zijn band ziet er ook goed uit. Maar daar gaat het natuurlijk niet om. Het is de stem waarom het gaat, en de teksten, de emotie. Energie, verdriet, troost; het komt allemaal uit dat mannetje, vanaf de eerste klanken tot en met het laatste nummer. En de band, bestaand uit Nederlanders, speelt goed, strak. New York City, van het debuutalbum Died Laughing, is een krachtig begin. De uithalen brengen bij mensen die hem nog niet kenden een lach op het gezicht die de rest van de avond niet meer verdwijnt. En voor de fans is het een feest van herkenning. Er wordt een mix gespeeld van nummers van de verschillende soloalbums. Zeer divers van stijl, maar live geeft dat een mooie balans tussen rustig en zoetsappig en hard en wild, zodat er voor elk wat wils is. Behalve misschien voor die ene jongen die komt om nog eens River Runs Red te horen van Life Of Agony. Na een paar nummers zegt een meisje tegen haar vrienden: "Hebben jullie ook kippenvel?". Ergens halverwege gaat net als vroeger zijn shirt uit. Met ontbloot bovenlijf zie je pas goed de tomeloze energie en kracht die Keith Caputo niet alleen met zijn teksten en zang uitbeeldt, maar ook met zijn hele lichaam. Springend en dansend, kronkelend, en af en toe gewoon stilstaand, lachend naar iemand die een foto maakt. Paddenstoelen op zijn broekriem, kleurtjes op zijn gympies, zijn armen volgetatoeëerd met kleurrijke vlinders. Hij neemt af en toe een slok wijn of rosé, maar vertelt er bij dat hij niet meer drinkt. Mooi. Iemand staat hem onbeleefd op enkele centimeters afstand recht in zijn gezicht te flitsen, maar deze man blijft aardig en vrolijk. Ook de bandleden hebben het zichtbaar naar hun zin. Cobain (Rainbow Deadhead) wordt gecombineerd met een cover van Smells Like Teen Spirit. Jeugdsentiment voor velen uit ongeveer dezelfde tijd als Life Of Agony, maar er ontstaat geen pit. Een andere cover volgt vlak voor de laatste twee nummers, en is ook van een inmiddels overleden zanger: Never Tear Us Apart van INXS. Het is Keith Caputo op het lijf geschreven, met een regel als "I'd make wine from your tears" en het legendarische "I told you That we could fly 'Cause we all have wings But some of us don't know why". Zoals hij het zingt en met de band klinkt deze klassieker minstens even goed als het origineel. Als laatste nummer van zijn soloalbums volgt Selfish, ook een sterk nummer van zijn debuutalbum. Met een basic versie van Let's Pretend, van het Life Of Agony album Ugly uit 1995, wordt het concert afgesloten. Caputo begint solo, akoestisch, en laat op die manier de inhoud spreken. Het is een erg gevoelig en persoonlijk nummer. Helaas heeft niet iedereen dat door, en achteraan bij de bar staat een meisje er constant doorheen te tetteren over ene Dennis. Zonde! Als je geen respect kunt opbrengen voor artiesten en publiek, koop dan geen kaartje maar ga gewoon naar het café. Gelukkig kan ze het tweede gedeelte met de hele band niet overstemmen. Een spetterend einde en even terug in de tijd, toen emo nog gewoon emotioneel betekende en rock nog rockte. Dat kan nu dus nog steeds. Keith Caputo, wat een geluk dat we die nog hebben. En voor wie nog eens met eigen ogen wil zien hoe het was: bijna het hele concert staat inmiddels op YouTube.