Waar is het voor Steck allemaal begonnen?
Fennie: ‘’Dat begon eigenlijk al bij het sluiten van Speakers. Met een aantal ondernemers hebben we toen geprobeerd Speakers over te nemen. Wij zagen wel kansen om het nieuw leven in te blazen, uiteindelijk is dat helaas niet gelukt. We waren wel van mening dat Delft behoefte had aan een plek waar je uit kan gaan en concerten kan bezoeken. Dit pand (STECK) konden we overnemen toen de voormalige eigenaar vroeg of we interesse hadden het te kopen. Daar kon je lekker veel geluid maken. De afgelopen vier jaar houden we onze eigen broek op; met de horeca inkomsten van het nachtleven kunnen wij zelf de podium programmering financieren. Als we echter stadsbreed meer willen doen, zullen we niet zonder subsidie kunnen. Daarom zijn we nu aan het kijken of we een stichting kunnen opstarten.’’
Wie bij Steck binnen loopt denkt niet gelijk aan een Poppodium
Daan: ‘’Daar ben ik het niet mee eens. Oké het is geen donker hol meer, maar wij denken dat het juist goed meegegaan is met zijn tijd. Met een mooie lange bar, want Steck vervult een dubbelrol. Van de clubavonden moeten wij de programmering bekostigen. We merken wel dat we met de huidige bands al aan de max zitten, dus het gebrek aan een backstage ruimte is wel een probleem. De ambitie is er om een groter podium te openen, maar daarnaast zal Steck altijd blijven bestaan voor de kleinere bands.’’
Fennie: ‘’Logistiek is het allemaal wat lastiger werken hier ja. De bereikbaarheid is slecht en er ontbreken zekere faciliteiten. We zien dit dan ook als een testfase om te kijken welke programmering werkt in Delft. Daarbij doen we geen grote investeringen met het risico dat het enorm tegen kan vallen. Uiteindelijk moet men moet ook niet denken aan één fysieke plek, het kan ook op meerdere locaties zijn zoals in Rotterdam het geval is. Er moet een stabiele poporganisatie komen te staan, de plek is dan niet zo belangrijk.’’