Combinatie tussen Yee-Haw en Jantje zag eens pruimen hangen

Sir Ian en Melle de Boer in het Havenkwartier Deventer

Tekst: Lourens Scholing / Foto's: Astrid van Loo ,

Op Goede Vrijdag vindt alweer de 12e editie van Ass-crack stage-hack plaats in het Havenkwartier Deventer. Ditmaal met Sir Ian en Melle de Boer.

Sir Ian en Melle de Boer in het Havenkwartier Deventer

 

Een mooie opkomst bij de Ass-crack stage-hack in het Havenkwartier, wat zeker te maken zal hebben met eerdere optredens van Melle de Boer en zijn country-fanfare John Dear Mowing Club (toen nog Smutfish) in het Deventerse. Die optredens waren vaak magisch. Vanavond dus De Boer solo met Sir Ian (Bart Hoevenaars voor zijn moeder) van het bandje Mono uit de Maasstad. Het pure liedje staat centraal bij beide artiesten, wat een beetje een breuk met de traditie betekent voor de Ass-crack, een evenement waar het veelal gaat om de meer vrije geluiden. Maar verandering van spijs doet eten, en de dis doet zich hier over het algemeen prima smaken.

Sir Ian doet het aanvankelijk alleen op een (overigens zeer mooi klinkende) akoestische gitaar, echter zijn set begint pas echt los te zingen als zijn chauffeur Rob van Gameren van het Rotterdamse The Yes Please zich bij hem voegt voor een paar nummers. Daarbij moet gezegd worden dat Van Gameren zijn qua vocalen nogal overklast. Toch is Sir Ians iets onderkoelde dictie niet iets wat zijn composities misstaat. Zijn liedjes moeten het hebben van een vrij sterke melodieuze ontwikkeling, vaak verrassende en niet-triviale akkoordpatronen op de gitaarhals en voldoende inventies om het geheel interessant te houden, iets waar het in het genre nog weleens aan wil ontbreken. Tekstueel gezien rammelt het geheel nogal, is het vaak clichématig en staat het over het algemeen in schril contrast met wat er muzikaal allemaal aan de gang is. Daar valt in een dergelijke kale presentatie maar moeilijk omheen te luisteren.

Melle de Boer is eigenlijk het tegenovergestelde van wat Sir Ian te berde brengt, in de zin dat het bij hem veel meer over de verhalen gaat, waar het muzikaal over het algemeen meer recht-zo-die-gaat is. Iets dat misschien te maken heeft met het feit dat De Boers kunst in het schroeiend vuurtje van de countrymuziek is opgebakken. In die traditie is zijn presentatie vaak grappend, wat vanavond aardig valt in de goegemeente. De Boer is door de jaren heen gegroeid als performer en heeft zonder afhouden het publiek aan de lippen hangen. Na elk nummer graaft hij in een stapel paperassen om een nieuwe uit te zoeken, ons tegelijkertijd zorgvuldig op de hoogte houdend van de details van zijn thematische keuzes: "Iets leuks nu? Nee, toch maar weer pure ellende." De verhalen zijn absurd, zo af en toe op het melige af ('Drinking Beer With God'), maar veelal prachtig en doorregen met een heel eigen mythologie, zoals in een liedje over de jongen met de gouden handen. Net zoals in bandvorm gaat het bij De Boer om een interpretatie van het country 'n western-genre door de met spruitjesdamp beslagen lens van de Hollandse polder. Yee-Haw en Jantje zag eens pruimen hangen zeg maar. Een contrast dat door De Boer met veel esprit en zelfspot wordt onderzocht. Zeker als het traporgeltje tevoorschijn wordt getrokken doet het allemaal een beetje denken aan wat André Manuel ook wel pleegt te doen. En dat zijn goede vergelijkingen. Een toffe show.