ASS-CRACK STAGE-HACK OKTOBER 2008

Lacrimose glitch en glaciale verstilling in het Deventer Havenkwartier

Tekst: Lourens Scholing Foto's: Harco Rutgers, ,

De vierde editie van de ass-crack stage-hack staat in het teken van Machinefabriek, Jan Kleefstra, Soccer Committe, Romke Kleefstra, Wouter van Veldhoven en 'goesting-jockey' Jean Klare. Een avond vol indrukken voor diverse zintuigen.

Lacrimose glitch en glaciale verstilling in het Deventer Havenkwartier

Er schijnt goed getafeld te zijn, deze vrijdag de zeventiende oktober, in de publieksruimte van het Davo-gebouw in het Deventerse Havenkwartier. De potten koffie staan echter al op tafel als uw schrijver aanschuift, die overigens opteert voor wat overgebleven liflaf uit de broodmand en een glas wit Californisch. De anti-rookmaffia wordt her en der genoeglijk de middelvinger gegeven en vanuit verscheidene hoeken klinken geluiden van algehele verzadiging. Prettig, met het oog op het aanleggen van de winterreserves, en ongetwijfeld ook een goede bodem voor de inname van een dosis abstracte elektro-akoestische exercities uit de schatkamers van esc.rec. De vierde editie van de ass-crack stage-hack, het door genoemd platenlabel georganiseerde evenement, staat op het punt een aanvang te nemen. Voor het podiumgedeelte komt een op een tafel staande installatie piepend op gang. Een roestig uurwerk dat plots weer begint te lopen. Wouter van Veldhoven maakt gebruik van twee bandrecorders die een oneindig stuk tape laten rondgaan, waarop muzikale informatie geprint wordt, welke dan al naar gelang de compositie vordert, herhaald en overschreven kan worden. Een oude techniek toch, waarvan het meest bekende voorbeeld ongetwijfeld het buitenaardse ‘Tomorrow Never Knows’ is van dat ene Britse groepje je-weet-wel dat, Lennon's zang daargelaten, helemaal uit tapebewerkingen is opgetrokken. In tegenstelling tot de Liverpoolse dinosauriërs laat Wouter echter, voor wat betreft zijn referenties, de rockmuziek geheel links liggen. Zo ook ritmische elementen overigens. Het is duidelijk dat we hier midden in de wereld van de ambient zitten. Er klinkt een met taperuis gecoate, melancholische speeldoosjesmuziek, waar gaandeweg gitaartimbres en andere assortimenten van audiopuin aan toegevoegd worden. Af en toe lijkt King Tubby rond te zingen in de echobak, al is dat misschien vooral op het conto van de jankende melodica af te schrijven. Een pulserende klaagzang van theremin-achtige geluiden zwelt op en gaat op een indrukwekkende manier een bijna synesthetische relatie aan met het mechanische omwentelen van de tapewielen. Donkere somberheid die veel lijkt te impliceren. Jammer dat het allemaal veel te snel voorbij is, deze muziek had de tijd moeten krijgen zich meer te ontwikkelen. Zangeres en gitariste Mariska Soccer Committee (Gruppo Sportivo?) doet het vanavond met Rutger Machinefabriek op de schootcomputer. Mariska heeft een goede, loepzuivere stem die ergens aan de tragische Sandy Denny doet denken. Een Noordse versie van folkmuziek die zij besprenkeld met spaarzaam gitaarspel. Superverstild werk dat de uiterste aandacht vraagt van het publiek. Heel atmosferisch werk ook, waarin echter niet echt een verhaal tot stand lijkt te willen komen. Het blijft allemaal afstandelijk, weinig uitnodigend. Nauwelijks worden we uitgedaagd een ontwikkeling te volgen. Machinefabriek plaatst bij een en ander subtiele sonische kanttekeningen, die doen denken aan kleine details (het kraken van een drumkruk of een opendraaiende volumeknop, het ruisen van de vinyle groeven) die je soms op plaatopnames vindt. Bijgeluiden die aan veel muziek een zeker karakter en persoonlijkheid geven. Echter een en ander blijft hier alleen maar geluid; er is immers geen drumkruk, geen opendraaiende volumeknoppen. Waar Wouter van Veldhoven de specifieke mechanische en elektronische eigenschappen van zijn materiaal gebruikt om zijn geluid vorm te geven, blijft het bij Machinefabriek bij simulatie en suggestie van dergelijke eigenschappen. We horen flarden violen en piano, maar gelooft u mij, violisten en pianisten zijn vanavond nergens te bekennen. Piiptsjilling (dat is een soort eend dus, ik heb het heus nagezocht) is vervolgens Machinefabriek op gitaar en effect, Soccer Committee op gitaar en de gebroeders Kleefstra op gitaar en gesproken woord. Dat laatste gaat trouwens in het Fries en hoewel Fries in vrijwel alle opzichten een veruit superieure taal is aan het Nederlands, verstaan we er natuurlijk niks van. Dus blijven we achter met een zonder meer oorstrelend geluid, echter zonder ook maar het minste idee te hebben van een betekenis of verhaal. Begint u een patroon te herkennen? Het geheel wordt niet echt losgezongen, komt niet van de grond. Ook de bedoeling van de achtergrondprojectie, fletse beelden van de krijtrotsen en bij Dover, is mij niet helemaal duidelijk. Begrijp me goed, die rotsen zijn mooi, maar Fries zijn ze allerminst. Deze muziek doet denken aan sfeerbeelden, impressies die je vaak ziet in films. Zoals in de film American Beauty, waarin dat beeld zit van een plastic tas die door een straat wordt geblazen. Het is een scène die de film misschien symbolisch schraagt, een sombere toon zet, maar die op zichzelf genomen alleen maar mooi is en geen betekenis heeft. Deze krijgt het pas in het grotere perspectief van het verhaal. De muziek van Piiptsjilling is in feite zo een scène, uitgerekt over ruim een half uur. Zonder meer aantrekkelijk, maar voor mij net iets te weinig. Echt begeistert (oder?) wordt het vanavond niet meer.