Vooral de fans van toen staan in de zaal van het Burgerweeshuis gespannen te wachten tot Doe Maar gaat beginnen. Op woensdag 25 juni deed deze grote Nederlandse band een try-out in het Deventerse poppodium. De verwachtingen zijn wisselend: waar de ene fan vooral zijn idolen komt bekijken, wil de andere weten of ze ‘het’ nog steeds hebben. Bij opkomst van de band wordt meteen duidelijk dat je te maken hebt met doorgewinterde muzikanten. Het nummer “Doe maar net alsof” wordt direct vanaf het begin strak gespeeld. De zaal komt in beweging en er wordt uit volle borst meegezongen. Bij “Belle Hélène” gaat het dak er helemaal af. Één van de bandleden komt naar voren en zorgt, door middel van bordjes, dat het publiek de juiste volgorde bij de opsomming van de namen heeft. Het nummer “Pa” wordt opgedragen aan de vader van Henny Vrienten. Alle nummers die Doe Maar speelt die avond, worden door het publiek meegezongen en er wordt flink gedanst. Het lijkt alsof ze nooit gestopt zijn: alle nummers zitten goed en strak in elkaar. De band heeft er zin in en dat merk je aan het optreden. Muzikaal zit alles gewoon goed. Toch is het allemaal net iets te strak en te gelikt. Het is meer een opsomming van hitjes; veel spontaniteit zit er niet in deze avond. Het zal de echte fan een worst zijn: die heeft zijn idool van vroeger weer mogen zien en een ouderwets gezellige avond uit gehad. Uiteindelijk gaat het daar natuurlijk om.