Navelstaarders of the world unite!

Solo verandert Hedon in intieme huiskamer

Kees Hooghiemster, ,

Hoe speel je intieme huiskamerpop in een popzaal als die van Hedon? Solo geeft een demonstratie ondanks een pijnlijk strotje van Michiel Flamman.

Solo verandert Hedon in intieme huiskamer

Zanger Michiel Flamman was de avond voor het optreden al het theater ingedoken bij ‘Not The Dr. Phil Show’, een parodie op het tv-programma van Dr. Phil. Solo was te gast en ze speelden twee nummers om vervolgens in een tuintje op het podium te banjeren. De volgende dag stond de groep in platenzaak Plato om daarna door te gaan naar het poppodium van het jaar: Hedon. Solo is een duo dat bestaat uit zanger Michiel Flamman (alias J. Perkin) en Simon Gitsels. Flamman is songsmid uit de Domstad en in het verleden schreef hij liedjes voor Marco Borsato en Birgit. Bij Birgit ontmoette hij Gitsels en in 2003 gingen Flamman en Gitsels lieve popliedjes maken onder de naam Solo. Dat leverde het debuut ‘Songs ’n Sounds’ op. In de winter van 2006 kwamen ze op de proppen met hun tweede melancholische album ‘Solopeople’; een ode aan de alleengaanders in deze wereld. Flamman heeft een voorliefde voor de teksten van Morrissey. Dat is ook te horen. Flamman heeft het nummer ‘Don’t Change’ geïnspireerd op de tekstdichter van The Smiths. Hij had het beeld van een oude man – Morrissey – op zijn sterfbed. Wat zou de eenzaamste man ter wereld op zijn sterfbed zeggen? Flamman doet een poging. Het resulteert in een fraaie ode en is één van de hoogtepunten van de avond. On the road wordt Solo afwisselend aangevuld door een vijfkoppige band. De avond start met een paar nummers van ‘Songs ’n Sounds’ maar Flamman & Co weten het publiek vooral te bekoren met materiaal van ‘Solopeople’ (met die spuuglelijke hoes). Het publiek bestaat overigens vooral uit vrouwvolk dat de romantische inborst van Flamman kirrend ondergaat. Elkaar omarmende stelletjes (pose: vrouw voor, man met de armen om haar middel) worden naar voren gedirigeerd door Flamman. Dit soort acties maakt het optreden soms tenenkrommend zoetsappig (een vriend zou zeggen: ‘zó gay’) maar tegelijkertijd bewijst de radiohit ‘Come Back To Me’ - die maar liefst twee keer voorbijkomt - dat Solo wel degelijk mooie popliedjes maakt die in je hoofd blijven dwalen. Andere nummers met hitpotentie zoals ‘On And On’, ‘Over The Country’ en ‘Too Much’ komen ook voorbij drijven op een ingetogen manier. Een prima avondje dus voor de alleengaanden én de stelletjes. In een interview zei Flamman onlangs dat het liedjes schrijven vanzelf gaat zolang hij maar naar de lucht kan kijken. Goed nieuws voor alle navelstaarders...