Verstilde gitaarpop toont een ruig gezicht

Verrassende avond met Lukewarm, Blackstrap & This Beatiful Mess

Sjoerd Kurstjens, ,

Op de website van Atak werd deze editie van Soundshopping aangekondigd als " prachtige verstilde gitaarpop". De drie bandjes, twee daarvan afkomstig van het Nederlandse Sally Forth-label, klinken op cd inderdaad vrij rustig, maar live is daarvan geen sprake. Luide drones en grooves vormen dan een smakelijke taartbasis waarop een glazuur van heldere samenzang de finishing touch vormt.

Verrassende avond met Lukewarm, Blackstrap & This Beatiful Mess

Soundshopping is de avond waarop het Enschedese poppodium Atak haar keuze in gitaarmuziek toont. Deze avond, vrijdag 16 april, stonden twee bands van het Nederlandse Sally Forth-label op het programma, in combinatie met het Tilburgse Lukewarm. Beginner van de avond Lukewarm is duidelijk begonnen als akoestische band, en de toevoeging van drummer en bassiste lijkt voor de essentie van de nummers niet uit te maken. In een halfvol Atak, dat later gezellig vol zal stromen, begint Lukewarm rustig aan, maar laat zich naarmate de set vordert steeds meer gaan. Het mooie van Lukewarm zit 'm vooral in het samenspel van zanger/gitarist Roel Donckers en gitarist Sebastiaan Opschoor. Ook in hun gitaarspel, dat soms zelfs herinnnert aan country en blues, maar vooral in hun samenzang ligt een mooi geluid. De herkenbare stem van Donckers is helaas ook in een bepaald opzicht een zwakte, de andere bandleden lijken af en toe verscholen te zitten in een keurig stramien waarin maar weinig verrassing te vinden is. De bassiste staat nog heel onwennig op het podium en ondanks dat de drummer soms verrassende ritmes weet te vinden, komt het geheel niet echt uit de verf. In het live-optreden van het Zweedse Blackstrap zijn de rustpunten zeldzaam. Maken hun stadsgenoten The Cardigans inderdaad een duidelijk geval van gitaarpop, bij Blackstrap lijken invloeden meer uit de hoek van psychedelische indierockers My Bloody Valentine en the Jesus en Mary Chain ( uitvinders van het 'stofzuigergeluid') te komen. Hun laaste cd werd geproduceerd door Hives-producent Pelle Gunnerfeldt, en misschien verklaart dat ook de voorkeur voor uitgesproken vuige rock in hun optreden. Regelmatig schotelt Blackstrap het publiek een muur van geluid voor, die op zulke momenten alleen bijeengehouden wordt door drummer David Karlsson die adembenemend strak de touwtjes in handen lijkt te hebben. Zanger Jonatan Westh kan zich er wel in vinden, ondanks dat hij met zijn zang vaak nauwelijks boven de rest uitkomt. Met een truckers-cap over zijn vettige haar zou hij niet misstaan in een compromisloze garagepunk band. Het geluid doet zo alleen geen recht aan het subtielere geluid op hun cd: hun toetseniste en zangeres Maria Lyden zit al in een hoekje achter de speakers geduwd, en kan met geen mogelijkheid over het gitaargeweld van haar bandleden uitkomen: alleen in de intro's en outro's klinkt af en toe haar bliepende en echoende keyboard, en haar zang is waarschijnlijk alleen voor liplezers te verstaan geweest. De pauze die This Beautiful Mess nodig heeft voor de uitgebreide soundcheck blijkt de moeite waard: In tegenstelling tot hun labelgenoten blinken zij uit in een sfeervol en kristalhelder geluid, waarin ruimte is voor alle instrumenten. Zo zingt frontvrouw Lydia Wever niet alleen, maar bespeelt ze ook de drie verschillende orgels die voor en naast haar staan opgesteld. Ook zanger Arjen van Wijk bespeelt een vierde keyboard. In andere bands zouden vier keer toetsen naast drums,gitaar en bas gewoonweg teveel zijn (tenzij je Stereolab heet), maar een juiste dosering en balans doet wonderen. Het vreemde is alleen het verschil weer met de cd's. De verwantschap met bands als Sixteen Horsepower is op de cd's van TBM duidelijk te horen. Hierin worden de verwachtingen die het stemmige artwork oproept volledig beantwoord in kalme gitaarsongs. Live wordt duidelijk de keuze gemaakt voor de snellere nummers, maar ook de rustige nummers worden in een uitgebreide versie uitgewerkt met prachtige keyboard- en gitaarpartijen. Zanger Arjen van Wijk steelt duidelijk de show. Als hij tijdens de soundcheck een acappella van een nummer ten gehore brengt, wordt door velen al met gespitste oren geluisterd, maar gekoppeld aan de band maakt zijn stem alleen maar sterker. Ook zijn spastische performance, kronkelend om de microfoonstandaard, of extatisch dansend met zijn tamboerijn, draagt bij aan zijn opvallende podiumverschijning. De combinatie met zijn dramatische teksten maakt een vergelijking met een Thom Yorke (of een andere zanger van een band die ooit tot opvolger van Radiohead gebombardeerd is. Coldplay, Muse?) onvermijdelijk. Een prettig verrassende avond al met al, maar voor verstilde gitaarpop-liefhebbers waarschijnlijk lastig te plaatsen. Zo blijft concerten bezoeken in ieder geval wel erg de moeite waard.