Enthousiasme Jawat redt de show in Parkhof

Alweer een rapper uit het Oosten op een Alkmaars podium

Maikel Ineke, ,

Voor de tweede maal deze maand stond een Zwolse hiphopformatie op een Alkmaars podium. Jawat had de moeilijke taak om in het punkhol Parkhof een uitbundige hiphopsfeer te creëren. Het onstuitbare enthousiasme van de kleine rapper won het uiteindelijk van de onverwachte tegenwerking in het podium.

Alweer een rapper uit het Oosten op een Alkmaars podium

“Dit is echte hiphop”, schreeuwt Jawat halverwege zijn optreden, “geen Ali B of Yes R-shit!” Een waarneming die op dat moment niet bepaald gespeend is van subjectiviteit, maar wel veel zegt over de huidige Nederlandse hiphopscène. Die beleeft op dit moment een bloeiperiode op twee verschillende niveaus: dat van de Top40-hiphop (met o.a. Lange Frans & Baas B en inderdaad Ali B) en die van het hiphop-undergroundcircuit. Die laatste categorie wordt aangevoerd door rappers uit Zwolle. Zo etaleerden het kwalitatief sterke Opgezwolle en hun stadsgenoot Typhoon eerder deze maand al hun kunsten in een uitverkocht Atlantis. Een week later staat alweer een rapper uit het Oosten op een Alkmaars podium: Jawat. Het is even wennen, hiphop in Parkhof. Een duistere plek waar doorgaans harde gitaarmuziek domineert blijkt moeilijk te vinden voor hiphopminded Alkmaar. Waar men voor Opgezwolle nog massaal uitliep, blijkt voor Jawat hoogstens 60 man de tocht naar het Victoriepark te hebben gemaakt. Dat geringe publiek is echter wél fanatiek en zorgt er met hun enthousiasme voor dat het optreden niet op een teleurstelling uitloopt. Want Jawat heeft het moeilijk in Parkhof. De kleine, ietwat gezette rapper vertelt bij opkomst stoer dat het hem niet uitmaakt voor hoeveel man hij zijn ‘ding moet doen’, maar hij zal zichzelf toch ook even moeten hebben afgevraagd hoe hij dit voormalig kraakpand verandert in een ‘gekkenhuis’. Zeker op het moment dat een geluidskabel het begeeft en in plaats van een vette beat een monotoon gebrom uit de speakers komt. Gelukkig is Jawat standaard goed gemutst en laat hij zich door niks uit het veld slaan. Het onverwachte ongemak lijkt voor hem het sein om nog hyperactiever over de bühne te razen en met nog meer overtuiging zijn lyrics te ‘spitten’. De eigenzinnige, rauwe beats worden bovendien nog harder door de boxen gepompt. In samenwerking met de fanatieke fans ontstaat met de afsluiter ‘Batterij’ (“Ik zet met gemak alles aan de kant / En laad op / Jawat is je batterij”) toch nog een uitgelaten stemming. Met als kantekening erbij dat dit weliswaar gebeurt op beperkte schaal.