ESNS15: Dansen met The Rising Sun en The Given Horse

Vrolijke avond in Café Buckshot

Tekst: Lilian Zielstra Foto's: Bob de Vries en Jan Lenting ,

Het is de laatste avond van Grunnsonic en het centrum van Groningen is vol levendigheid. Overal zie je bandjes lopen en kroegen zijn tot de rand gevuld. Café Buckshot aan het Zuiderdiep is daarop geen uitzondering. Vanavond spelen hier The Rising Sun en The Given Horse, twee bands die het publiek heel vrolijk maken.

De bovenzaal van Buckshot is al tot de nok toe gevuld voordat The Rising Sun is begonnen. Vrienden en kennissen komen naar het podium om de bandleden te begroeten terwijl de band opbouwt. Kenners van de band zien dat er niet zes, maar zeven mensen op het podium rondlopen: sinds een week speelt trompettist Tobias Krüger (ook van Mr Wallace) mee. Zodra de bandleden beginnen te spelen, hebben ze het publiek te pakken. Zanger Joey Nojodikromo zingt en danst: hij is energiek, beweeglijk en krijgt zo het publiek makkelijk met zich mee. Je merkt direct hoe zeer de bandleden (trompet, saxofoon, gitaar, drum, synthesizer, drums, bas en zang) op elkaar zijn ingespeeld: samen produceren ze een prachtig en vol geluid. Als je naar de afzonderlijke bandleden luistert, hoor je dat het getalenteerde muzikanten zijn.

Gitarist Sebas Graventein speelt prachtige solo’s, vooral wanneer hij wat galm op zijn gitaar heeft. Bassist Aditya Sardjono staat wat in een hoekje weggemoffeld, maar zijn basloopjes zijn heel soepel en lekker. Stefan Sikkes, op de toetsen, ondersteunt vakkundig en danst vrolijk mee. Abel zorgt voor de ruggengraat van de muziek: hij drumt strak en gaat op in zijn spel. Saxofoniste Danielle Gombert is, naast dat ze waanzinnig speelt, ook nog eens heel cool en nieuwkomer Tobias Krüger speelt geweldig – het lijkt alsof hij al jaren bij de band zit.

Wanneer er “Put your hands up” wordt geroepen, doet het publiek dat. Ze dansen en springen. De sfeer zit er goed in, de bandleden springen met het publiek mee. Als het laatste nummer is afgelopen, roept Joey: “Later!” Het publiek is warm voor The Given Horse.

Ook voor The Given Horse is het een bijzondere avond. Ze moeten onverwacht een akoestische set doen omdat hun drummer net vader is geworden. In vol ornaat is The Given Horse zes man sterk, nu staan alleen Marius van der Leij, Johannes Peetsma en Jasper Stuut op het podium. “Het is even improviseren”, zeggen ze, “maar het komt vast allemaal goed.”

Het optreden begint met een cover van The Joker And The Thief van Wolfmother. Vervolgens vertellen ze een verhaal over hoe fijn het is om na een rotdag in bed te liggen en je kussen om te draaien, waardoor het lekker koel is. Daarop volgt The Cool Side Of The Pillow en krijgt de band het publiek aan het lachen. Zowel Johannes als Marius hebben een mooie stem, maar Johannes’ stem valt iets meer op omdat hij ook mooi kan schreeuwen. Wat jammer is, is dat het geluid niet meewerkt. De melodica van Johannes is eerst niet te horen, wat door de geluidsman gelukkig snel opgelost wordt.

Zo gaat de hele set: de muzikanten vertellen een verhaal over waar een liedje vandaan komt en waar het over gaat en vervolgens spelen ze het. Bij het derde nummer komt Jasper Stuut op het podium en spelen ze een serieuzer liedje. Het geheel is een beetje chaotisch, maar het werkt heel goed. Net als woensdagavond op de Energy Stage bewijst Jasper dat hij een vaardig toetsenist is. Hij speelt met een grote grijns op zijn gezicht.

Dat is het leuke aan The Given Horse: het plezier spat er vanaf. De jongens zijn goedlachs en plagen het publiek en elkaar. Johannes vertelt bijvoorbeeld dat hij en Marius samen in Memphis waren, maar dat de stad tegenviel. Ze verdienden geen geld en Marius was chagrijnig. Johannes: “Mijn moeder zei tegen me dat je altijd positief moet blijven. Daar gaat dit nummer over.” Marius: “Over je moeder?” Het publiek lacht weer.

Het sterkste nummer van de set is Bad Cocaine met prachtig pianowerk. The Given Horse speelt zijn laatste nummer en geeft daarna het publiek een applaus. Ze bedanken de zaal meerdere keren voor het luisteren naar hun onverwacht akoestische set. Het publiek beantwoordt die warme gevoelens en vraagt om een toegift, die het natuurlijk krijgt. De band sluit af met het vrolijke nummer The Only Way Is Up. Daarna bedanken Marius, Johannes en Jasper het publiek nogmaals en verlaten ze het podium. Het publiek in Buckshot is uitgelaten, energiek en vrolijk. Een geslaagde avond, vol verrassingen en onvervalst plezier.