Het is zaterdag 21 oktober. Rat Patrol treedt op in de kelderbar van Vera. De punk/harcore-band uit Groningen, Hoogezand en Enschede is opgericht in 1988, het jaar van de EK-winst en drie maal goud van Yvonne van Gennip in Calgary, én het jaar waarin de maximumsnelheid op de Nederlandse snelwegen verhoogd werd van 100 naar 120 kilometer per uur. Lang geleden dus. Voor het eerst in de lange historie van Rat Patrol treedt de band op in de kelderbar en dat mag je al bijzonder noemen. Wordt het een optreden op hoge snelheid, met veel gouden momenten?

Bands die al jaren bestaan, en dan ook nog in de oorspronkelijke bezetting, daar mag je best de nodige respect voor hebben. Maar het was wel spannend dit jaar. Zanger Roelsel verliet Rat Patrol, maar na vier maanden keerde hij toch weer terug naar het rattennest. Naast zanger Roelsel bestaat de band uit Pjotr, de gitarist, Henry op drums, en Jansel, de bassist. Muzikaal gezien houdt de band van punk in de breedste zin van het woord, van ‘77 punk tot en met intense hatecore. 

We verwachten dat het druk gaat worden in de kelderbar. Niet alleen de oudere generatie punkers zullen aanwezig zijn. Punk leeft weer heel erg in Groningen (al was punk natuurlijk nooit dood) dus we verwachten ook veel jongelingen. En zeker, dat is wat we ook bij binnenkomst meteen zien: verschillende generaties. Het is al vroeg gezellig druk. Zodra het elfde uur gepasseerd is voelen we de warmte al; het is vol downstage. Voordat de set begint staat driekwart van de band al klaar. “Waar is onze zanger?” Roelsel is er even nog niet. Oh oh, als die afwezigheid maar niet weer vier maanden gaat duren. 

Dit keer was het niet meer dan vier minuten, gelukkig maar. De rattenmeute in de kelder schreeuwt “spelen!”, en Roelsel zegt: “Goddamn, best een volle bak!” De band tikt af en begint met Painkiller. Direct is er reactie: een nimmer eindigende mosh gaat van start. De painkiller kan alvast goed van pas komen.

Je weet direct al dat de set verder geen zwakke broeders of inkakmomenten zal kennen. Een staalkaart van het oeuvre wordt gespeeld. Natuurlijk zijn de nummers veelal kort, snijdend, en hard, maar er is ook genoeg variatie. Je maakt ze verder niet gek, deze mannen. Ja, dit is een goed stel hoor! Rat Patrol is niks te dol, maar de uitstraling blijft nuchter: geen gig is te groot, geen kelderbar is te klein. En al klinkt er genoeg venijn, de glimlach is ook aanwezig. Het is warm, het is zelfs heet, het stinkt hier verdomme naar zweet, en we rollen als een berg ratten in een te kleine kooi over elkaar heen. 

Rat Patrol is On a Roll! En iemand in het publiek verliest zijn bril. Al snel wordt hij weer gevonden. De microfoonstandaard van Roelsel wordt regelmatig door het golvende publiek omgestoten, de kletsnatte setlists op de vloer zijn halverwege al niet meer leesbaar. Er is chaos in de sauna van de Oosterstraat, maar dan wel van de verbindende soort.

Ook de sociale betrokkenheid wordt aangestipt. Het nummer Real Contact is een nummer uit de coronatijd, legt Roelsel uit. Na Nothing Comes From Nothing wordt er geconcludeerd dat het 'fucking gezellig' is hier. Waarna een venijnig nummer wordt ingezet over de onzinnigheid van vergelding op vergelding, Retaliate. De reguliere set wordt vervolgens afgesloten met een paar nummers over de NRA: ook iets waar je je boos over kunt maken.

Uiteraard volgen er toegiften. Er is genoeg materiaal. Slogans, een liedje dat al 30 jaar niet gespeeld is, is de eerste. Eerst kost het even moeite, maar uiteindelijk lukt het. Tot nu toe zijn er geen uitglijders geweest. Totdat Roelsel ineens op zijn rug ligt. Het is inderdaad nu gevaarlijk glad. Hij komt zelf weer overeind. En dat is nodig, want het publiek is nog niet klaar. Na de tweede toegift zegt hij gekscherend: “Zijn jullie er nog niet zat van?” Nee inderdaad, na vijfenveertig jaar is er nog steeds behoefte aan meer Rat Patrol. De band sluit af met Out Of Touch, nog steeds op stoom en zonder aan intensiteit te hebben ingeboet. 

Na afloop zijn de hoofden vooral erg rood, de vloer vooral erg nat, en vreemden zijn vrienden geworden. “Wat een goeie pleurisbende”, horen we na afloop een enthousiaste Veraan zeggen: een perfecte omschrijving. Dit voldeed aan alle verwachtingen. Het was - gek genoeg - voor het eerst dat Rat Patrol in de kelderbar stond. Maar dit klopte van alle kanten. Laat het vooral dus niet voor het laatst zijn geweest.