Eind april maakte de organisatie van de Popronde de selectie artiesten van het komende jaar bekend. Ook dit jaar zijn er zes (deels) Groningse acts uitverkoren om mee te doen met het grootste reizende muziekfestival van Nederland. Één van hen is GRONDSLAG-deelneemster Ioana Iorgu, die ons vandaag in haar gezellige huis heeft uitgenodigd. Terwijl we van thee en koekjes genieten, vertelt ze enthousiast hoe het voor haar is om mee te doen aan de Popronde, wat haar dromen en ambities zijn en hoe haar identiteit als artiest zich ontwikkeld heeft.

Hoe voelde het toen je hoorde dat je geselecteerd was als deelnemer?

“Het voelde heel erg onwerkelijk. Ik was de hele avond opgebleven om naar de radio show te luisteren. Ze waren al bijna aan het einde van de lijst en mijn naam was nog niet genoemd, dus ik had de hoop eigenlijk al opgegeven. Toen hij toch nog opgenoemd werd, was ik best wel gechoqueerd!  Ik heb het samen met mijn partner en Aperol Spritz gevierd.”

 

Hoe heeft je identiteit als artiest zich ontwikkeld?

“Ik begon met muziek maken op mijn 14e. Destijds woonde ik nog in Maleisië, maar toen ik naar Nederland verhuisde in 2016 ben ik er veel serieuzer mee bezig gegaan. In het begin speelde ik meer instrumentale, atmosferische muziek, maar toen ik in Nederland kwam was ik op het punt dat ik dacht: Nu ga ik postpunk muziek maken! De muzieksector in Nederland biedt heel veel kansen, en daarbij is dit genre hier ook steeds groter aan het worden."

"GRONDSLAG heeft me ook veel geholpen om uit te vinden wie ik eigenlijk ben op het podium. Het voelt alsof ik de laatste jaren in een bepaalde identiteit gegroeid ben, en nu de woorden heb gevonden om deze te beschrijven.”

Hoe zou je je identiteit nu dan beschrijven?

"Een groot onderdeel van mijn artiestenidentiteit is het contrast tussen duisternis en zachtheid, dit past bij de muziek en bij mij. Ik wil graag iets neerzetten wat mensen onthouden, waar ze later nog aan terug moeten denken. Dat doe ik bijvoorbeeld door de handen van iemand in het publiek te strelen, terwijl ik zing dat ik haar lichaam in mijn badkuip wil neerleggen. Dat is toch niet iets dat je elke dag overkomt! In het begin vond ik dit best wel oncomfortabel, maar nu zijn deze momenten hetgeen waar ik het meest naar uitkijk. Het is ook leuk om te zien dat je elke keer hele andere reacties krijgt. De meeste mensen kijken heel blij en liefdevol, maar er was ook een keer een vrouw die heel paniekerig begon te lachen en (in de microfoon) zei: “waarom ik?!”.”

Je hebt sinds kort een nieuwe drummer. Wie is dat, en hoe is het om met hem samen te werken?

“Klopt! Dat is Ollie Becker. De officiële bekendmaking komt binnenkort nog, maar we zijn al druk aan het oefenen voor de opkomende optredens. Ik heb hem ontmoet in de kelder van Vrijdag. Na mijn repetitie werd ik aan hem geïntroduceerd, en toen we een tijdje gepraat hadden zei hij dat ik het maar moest laten weten als ik ooit een drummer nodig had. Destijds was dat niet het geval, maar nu wel! Het is mooi hoe zo’n toevallige ontmoeting zo goed uit kan pakken. Hij heeft een unieke stijl en insteek, dat waardeer ik heel erg. Het kan best lastig zijn om iemand te vinden om muziek mee te maken. Mijn muziek is niet voor iedereen weggelegd. Bovendien gaat het niet alleen om de muziek, maar ook om de connectie. Je moet toch ook met iemand kunnen lachen, op tour en op het podium. Die vriendschap is er bij ons ook!”

Waar haal je de inspiratie vandaan voor je muziek?

“Ik haal veel inspiratie uit poëzie, en uit observaties van het alledaagse leven. Ik schrijf veel over mensen, over relaties en over de gevoelens die daarbij komen kijken. Mijn favoriete dichter is Carol Ann Duffy. Die lees ik al sinds mijn 14e, en dat is ook de tijd dat ik ongeveer begonnen ben met muziek maken. Destijds luisterde ik ook veel naar de Savages, een muziekgroep die volledig uit vrouwen bestaat. Ik vind hen echt badass, ze zijn instrumentaal ook erg goed. Zij hebben mijn hele muzikale reis geïnspireerd, en doen dat nu nog steeds. Daarnaast heeft de band Slow Dive me ook geïnspireerd, met hun zachte, dromerige muziek. Als je daarnaar luistert wil je diep wegzakken in een comfortabele bank. Gewoon even ademen, zijn en genieten." 

"Recent heb ik Waterbolk ontdekt, ik heb hen tijdens de avond van Zeevonk Records voor het eerst live gezien. Dat was ook echt verbluffend mooi en inspirerend. Ik vind het zo leuk om dat soort mensen tegen te komen, een podium met ze te mogen delen en een praatje te kunnen maken.”

Wat is de leukste plek waar je tot nu toe gespeeld hebt?

“Eigenlijk waren alle plekken tot nu toe fantastisch! Maar één van de highlights was wel de Vera Kelderbar. Sinds ik in Groningen woon wilde ik daar altijd al heel graag een keer spelen. Ik was er zelf ook heel vaak te vinden om naar bandjes te luisteren, dus het voelde als een grote prestatie om daar zelf te mogen staan. Daarnaast was Beware of Banshees in Utrecht ook heel leuk. Dit was heel intens, er waren heel veel bands en een fantastisch publiek. Het publiek heeft heel veel invloed op een optreden. Als er meer mensen zijn kan ik meeliften op hun energie en meer opgaan in de muziek.”

Heb je nog dromen of doelen voor de toekomst?

“Ja, een eindeloze lijst!  Spelen op een zomerfestival was er één, en die komt komende zomer uit! Daarnaast wil ik vooral op zoveel mogelijk plekken spelen, en zo vaak mogelijk. Het lijkt me ook fantastisch om als headliner te spelen, bijvoorbeeld bij Vera. Ik ben in overleg met Peter Dijkstra van Vera, misschien komt er daar wel een keer een release show! Maar ik doe het ook rustig aan, ik neem de tijd om alles op te bouwen. Misschien dat we in de toekomst ook nog meer instrumenten toe gaan voegen, zoals een bas of een synthesizer.”

Hoe staat het met de zenuwen voor de Popronde?

“Ik ben vooral heel erg enthousiast! Meedoen aan de Popronde is echt een droom die uitkomt. Ik vind het ook heel leuk om op zoveel verschillende plekken te mogen spelen, omdat je uit elke plek weer iets anders kunt meenemen. Bovendien kun je overal verschillende, unieke mensen ontmoeten. Ik kijk ernaar uit om geïnspireerd te raken, en om mooie herinneringen te maken."

"Soms wordt ik wel wat gespannen van alle praktische zaken die geregeld moeten worden. Maar ik zit er goed bovenop, en Ollie is ook een goede planner en heel erg betrouwbaar. Dus dat komt helemaal goed! Voor de shows zelf ben ik veel minder zenuwachtig dan vroeger. Ik heb vaak wel de instelling van “Let’s rock it!”.  Ik neem van tevoren nog wel even de tijd om een beetje los te komen en te ontspannen. Ik doe korte opwarmoefeningen (waar niemand bij mag zijn!), en ik doe nu ook altijd een gek dansje tijdens soundchecks en achter de schermen, de ‘Gremlin Dance’.”

 

Zijn er andere artiesten in de Poprondeselectie waar je benieuwd naar bent?

“Mijn eerste drummer en goede vriend Joris is onderdeel van de band Historian. Deelnemen aan de Popronde was ook een grote droom van hem, dus ik ben er heel erg enthousiast over dat zij ook geselecteerd zijn! We luisteren altijd naar elkaars demo’s en geven elkaar feedback, het is een fantastisch persoon. Het is heel mooi om te zien hoeveel we gegroeid zijn sinds de twee jaar dat we elkaar nu kennen, zowel als muzikant als persoon. Ik kijk er dus heel erg naar uit om hem te zien touren!”

 

Kun je een tipje van de sluier geven over wat we van je gaan zien tijdens de Popronde?

“Nieuwe muziek, nieuwe geluiden, een nieuw tijdperk! Ik wil aan het eind van de zomer twaalf nieuwe nummers klaar hebben, en deze ga ik dan voor het eerst naar buiten brengen. Elk nieuw album heeft een nieuw geluid. De muziek in dit album is veel zwaarder dan mijn vorige muziek. Het contrast zal hier ook nog sterker zijn: aan de ene kant wil je headbangen en meeschreeuwen, maar tegelijkertijd wil je een stapje terugnemen, je gedachtes loslaten en ontspannen. Een soort ontspannend discomfort.”