Een Simplon-vrijwilliger roept: de eerste band gaat beginnen! Langzaam, als met tegenzin, druipt iedereen de bovenzaal binnen, waar een groep jonge jongens nog hun gitaren staan te stemmen. De oudste van het stel is nog maar achttien, in plaats van baardgroei hebben ze jeugdpuistjes op hun kin. Het is The Next Call: een postpunkbandje uit Groningen.
Wat meteen opvalt is dat de ene helft van de band - lees: de zanger/gitarist (Jacco Hage) en de drummer (David Helbig) - er redelijk gewoontjes bij lopen in een T-shirt, een spijkerbroek en sneakers, terwijl de andere helft echt een eigen stijl heeft. De gitarist (Merijn Harmanni) loopt er grunge-achtig bij in een wijde spijkerbroek, een roodbruine blouse en haar dat voor zijn gezicht valt; de bassist (Victor Schmidt) lijkt op een blonde Robert Smith met zijn wilde haar en zwarte eyeliner.
De muziek is recht toe recht aan post-punk, duidelijk geïnspireerd door de grote namen in de Britse scene, zoals The Cure (hey daar komt dus die look vandaan), maar het komt nog niet helemaal van de grond. Het instrumentenwerk is strak, maar niet spannend, en ook de zanger kleurt braaf binnen de lijntjes. Pas aan het einde van de set - die wordt afgesloten met een cover van I Wanna Be Your Dog van The Stooges en nog één laatste eigen track - durven ze wat meer uit hun dak te gaan en ook pas dan krijgen ze het gros van het publiek mee. The Next Call is als een dieselmotor: het duurt even voor ze op gang komen.