Het podium staat helemaal vol met instrumenten voor de eenmansband Xavier Rudd: een half drumstel, een aantal percussie-instrumenten en drie didgeridoos. Daarachter een groot hippiescherm met psychedelisch gebatikte doeken. En naast het podium staat een houder met ‘schootgitaren’ (vrije vertaling van lapguitar).
Uit die instrumenten tovert Rudd de hele avond dansbare slidegrooves. Aangevuld met een basdrum, krijgen ze al snel een groot deel van het publiek mee. Het zijn geen zielenroerselen die door merg en been gaan, maar liedjes om op te dansen. Het gitaarspel doet denken aan Ben Harper, maar dan wat lichtvoetiger. De liedjes doen denken aan Jack Johnson, maar dan met wat meer ballen. Halverwege de set gaat het zelfs richting reggae. Rudd doet alles alleen, en dat doet hij erg goed. Elke groove wordt zo goed neergezet dat je gewoon niet stil kunt blijven staan.
Hoe goed ook, na drie kwartier begint het trucje toch een beetje te vervelen. Wat overblijft zijn de liedjes, en die zijn niet allemaal van een even hoog niveau. Het is de lekkere luisterpop die je op vakantie graag hoort, maar aan het einde de strot uitkomt. Ik ga op tijd weg. Misschien ga ik er nog wel een keer van genieten in Australië.
Xavier Rudd: groove op een schootgitaar
Backpackersreünie in Vera
Als er een singer/songwriter in Vera speelt, kun je dat vaak merken aan de leeftijd van het publiek. Die is dan namelijk iets hoger dan bij de gemiddelde rock- of indieband. Maar zo niet afgelopen donderdag. De zaal staat halfvol met alleen maar begin-twintigers. Xavier Rudd is een grote hit onder backpackers die in Australië zijn geweest. Voor veel van hen was het even een avondje terug naar die tijd down under…