Kabale und Liebe begon in '95 met gabbermuziek

"Twaalf jaar later gooiden Kaden en Hawtin Mumbling Yeah erin en het ging helemaal los; binnen no-time kreeg ik mailtjes van dj's over de hele wereld"

Jouko Peters ,

Liron van Daalen gaat als een komeet en draait zo'n drie weekenden per maand in het buitenland. Op zijn veertiende stond hij als kleine gabber de Rotterdamse Energiehallen al op z'n kop te zetten en inmiddels is hij (mede)eigenaar van twee vooraanstaande muzieklabels: Soweso Records, samen met Lauhaus, en We Dig Music. Wij doken samen met Liron in zijn platenkast thuis, want wat zijn eigenlijk de laatste aangeschafte platen van Kabale und Liebe?

Wat is de laatste plaat die jij hebt aangeschaft?
Dat zijn er een paar. Ik heb drie weken geleden besloten om weer platen mee te nemen als ik moet reizen, naast mijn Traktor. Ik was in Berlijn en ging even naar de Hard Wax. In die platenzaak stuitte ik op It's A Love Thing/It's A Power Thing van Head High, een alias van Shed. Ik was meteen verkocht. De laatste tijd ben ik steeds meer bezig met de techno die ik draaide tussen 1997 en 2002. Ik voel dat er de laatste tijd weer ruimte is voor die muziek. Deze plaat heeft voor mij veel raakvlakken, qua rauwheid en feeling, met zowel house als techno. Dit is voor sommige mensen misschien een houseplaat, maar in mijn beleving heeft hij de energie van een technoplaat.

Wat heb je nog meer aangeschaft in de Hard Wax?
Een redelijk basic EP'tje van Mike Huckaby, genaamd Versatility. Ik draai vaak met drie spelers en omdat ik dan drie dingen tegelijkertijd heb lopen, hou ik er niet van om drukke platen te draaien. Dat past vaak niet in mijn set. The Culture Box re-edit van het nummer Sandcastle is mijn favoriet op de EP. De track op de andere kant is wat heftiger, maar past daarom niet minder goed bij me.

Wanneer ben je begonnen met verzamelen?
In 1995. Ik was twaalf jaar oud en kocht mijn eerste draaitafel en wat platen. Ik was destijds helemaal into gabbermuziek en weet nog goed dat ik op mijn veertiende op een grote 'rave market' was in Rotterdam. De Energiehallen, dat was toen dé locatie voor gabberfeesten. Het werd een soort platenbeurs genoemd en er waren ook wel een paar standjes met vinyl, maar het was gewoon een slap excuus om overdag een feest te geven. Ik was uiteraard nog nooit naar zoiets massaals geweest en zag DJ Rob lopen. Ik sprak 'm aan, zo bijdehand als ik was, en vroeg hem of 'ie mij niet even een paar plaatjes kon laten draaien. Hij moest tenslotte draaien... Daar stond 'ie zo versteld van dat hij zei: 'Dat is goed. Je mag één plaatje draaien en als het goed gaat mag je langer draaien.' Uiteindelijk heb ik twintig minuten in die hal staan draaien. Een half jaar later werd ik teruggevraagd voor een nieuwe hardcorerave.

Wanneer ben je gestopt met gabberen?
Toen ik zestien was had ik het wel een beetje gehad met de hardcore. Ik begon dan wel met gabber, maar kocht tussendoor altijd al platen uit andere genres die ik tof vond. Ik keek laatst in mijn kast en vond de Tresor 3 compilatie, met nummers van onder anderen Jeff Mills en Robert Hood. Die heb ik gekocht in 1995, midden in mijn gabbertijd.

Ik draaide dat toen absoluut niet, maar het sprak me al wel enorm aan. Ik was een tijdje zoekende na mijn gabberperiode en luisterde naar wat progressive, zelfs een beetje trance van die tijd. Een jaar later kwam ik in aanraking met een mix van Dave Clarke en was ik definitief verkocht. Zijn Fuse-cd kwam uit en ik was helemaal over op techno. Zo rond 2002 kwam ik in aanraking met minimal en dat is in de jaren daarna van grote invloed geweest op mijn sets. De muziek van Matthew Dear sprak me erg aan. Ondanks dat 'minimal' een redelijk besmet woord is de laatste jaren, neem ik tegenwoordig regelmatig weer oude minimalplaten mee naar gigs.

Wat maakt vinyl zo bijzonder voor jou?
Ik denk dat het grotendeels nostalgie is. In een club moet je wel echt perfect geluid hebben om daadwerkelijk het verschil tussen vinyl en digitaal te horen. Het merendeel van de partygangers merkt dat verschil echt niet op. Iedereen heeft zo zijn of haar vooroordelen en kan interessant lullen over het feit dat vinyl beter klinkt, maar dat geldt eigenlijk alleen maar in de muziekstudio. Daar heeft vinyl een bepaalde warmte. Het wordt anders gemasterd dan digitale muziek, waardoor het nog meer een eigen klankkleur bevat. Een paar weken geleden draaide ik in een club die vrijwel compleet was afgesteld op digitale muziek, daar klonken m'n platen juist veel minder. De bass was veel te nadrukkelijk aanwezig. Het hangt er erg van af waar de geluidstechnicus het systeem op heeft afgesteld. De charme van vinyl is in mijn ogen dezelfde charme die kleeft aan een handgemaakt object. Ik kan er niet exact mijn vinger op leggen, maar het heeft iets extra's.

Kom je uit een muzikaal gezin?
Nee, totaal niet. Mijn moeder luisterde wel veel naar klassieke muziek en Aretha Franklin, maar bespeelde geen instrumenten. Ik begon met dj'en vanwege de mixtapes en bandjes die mijn oudere neef meenam van de eerste raves en warehouseparties in Nederland. Die gaf hij altijd aan me als 'ie klaar was met luisteren. Zo kwam ik in aanraking met elektronische muziek en dj'en, later kwam daar het produceren bij. Sinds driekwart jaar volg ik pianolessen. Ik wil de rest van mijn leven muziek blijven maken en één van de basisvaardigheden die daar nodig voor is, is volgens mij piano kunnen spelen.

Hoe ben je op de naam Kabale und Liebe gekomen?
Het is de naam van een Duits boek dat ik heb gelezen op de middelbare school. Ik draaide destijds al, als DJ Liron. De naam Kabale und Liebe bleef me bij. Ik vond het grappig, mysterieus ook wel. Heel veel mensen denken bij de naam aan twee personen.

Wanneer kreeg je door dat er toekomst in zat voor je?
Vanaf mijn twaalfde ga ik al vol voor de muziek. Al mijn geld ging op aan het kopen van platen. Sinds midden 2007 heb ik geen ander werk meer en richt ik me fulltime op muziek. Ik ben enorm blij met de manier waarop het momenteel gaat. Natuurlijk blijf ik mijn doelen verzetten, maar ik leef van dingen waar ik enkel van kon dromen als twaalfjarig jochie. Ik leef van mijn passie en iets mooiers bestaat er volgens mij niet. Soms klaag je wel eens over een vliegtuig dat vertraging heeft, maar dat is allemaal onzin als je gewoon even stilstaat bij wat je allemaal aan het doen bent. Dat vind ik belangrijk om regelmatig te doen. De tijd nemen om goed te beseffen wat ik allemaal meemaak en aan het doen ben.

Ben je waar je wilt zijn?
Ja, ik ben waar ik wil zijn, maar ik blijf mijn goals aanscherpen. Anders sta ik straks stil. De laatste maanden ben ik weer terug aan het gaan naar muziek met een rauwer randje. Net weer wat anders dan voorheen. Wat er in de toekomst van me uit gaat komen, zal verschillen van wat veel mensen van mij gewend zijn. Qua doelen zijn er zijn nog voldoende feesten waar ik wil draaien of labels waarop ik muziek uit wil brengen. Veel mensen scharen mij in de techhouse-hoek, maar daar wil ik wel vanaf. Dat is, net als 'minimal', een besmet woord. Ik ben breder qua smaak dan dat. Zou graag eens op een technofeest geboekt worden en een stevige technoset neerzetten. 

Op welke plaat van jezelf ben je tot nu toe het meest trots?
Dan kies ik voor Mumbling Yeah. Hij is speciaal omdat 'ie mijn carrière echt heeft gelanceerd. Het succes van die plaat was onverwacht. Toen ik 'm af had stuurde ik hem door naar wat bevriende dj's, Sommigen vonden het niets, anderen vonden 'm juist helemaal te gek. Een paar dagen nadat de track af was, was het Awakenings festival en Mathias dropte de plaat. Het ging helemaal los. Enkele dagen later was 5 Days Off, dat toen nog in de zomer plaatsvond. Richie Hawtin brak er de Paradiso mee af. Binnen no-time kreeg ik mailtjes van dj's over de hele wereld. Iedereen wilde Mumbling Yeah hebben.

Hoe gaat het met Soweso Records, van jou en Lauhaus?
Ontzettend goed. Er is net een release uit van Panoz en Sentenza, twee jongens uit Amerika. Ik ontmoette ze een paar jaar geleden in Detroit. De San Proper remix geeft de EP wat meer veelzijdigheid en maakt de plaat écht af. De volgende EP op Soweso Records is van Beesmunt Soundsystem. In 2012 hadden zij hun eerste release op Soweso en ik vind het geweldig wat zij doen. Wat dub-invloeden en een hele toffe remix van de Argentijnse Seph, dat wordt de nieuwe EP. Lauhaus en ik willen dit jaar sowieso ook zelf wat uitbrengen op ons label. We gaan meer labelevents doen en zijn met Sonar druk bezig om komende zomer opnieuw een feest neer te zetten in Barcelona.

Gaat het met We Dig Music net zo goed?
Op We Dig Music komt binnenkort een remix EP uit van de laatste Bjorn Wolff, een talent uit Breda. Met remixes van Butch, Coyu en Sante wordt dat echt een knaller. Met We Dig richten we ons meer op de wat toegankelijkere muziek voor op de dansvloer. De wat meer gestroomlijnde muziek.

Je reist veel; waar wil je eigenlijk nog per se heen?
In Japan ben ik nog nooit geweest. De hele boel was een keer bevestigd, maar uiteindelijk ging het toen toch niet door. Tokio en heel Japan staan bovenaan mijn lijstje. Qua cultuur en belevenis lijkt het me supergaaf om mee te maken. Daarnaast zijn collega's altijd laaiend enthousiast. Ook in New York ben ik nog nooit geweest, dus dat wordt tijd.

Weer een mooie zomer voor de boeg?
De festivalboekingen stromen binnen, Ibiza komt er weer aan en in mei ga ik waarschijnlijk naar Honduras en Guatemala. Met ook de Winter Music Conference in Miami nog in het verschiet in maart, heb ik helemaal niets te klagen. De zomer komt er gelukkig weer aan.