Passenger, Lowlands Alpha, zondag 23 augustus 2015
Lowlands: Volle Alpha houdt van Passengers kampvuurkroegfolk
Tokkelstampshow drijft op entertainment
De cameracrew toont het ene na het andere geëmotioneerde gezicht op de grote schermen. Passenger heeft niet voor originaliteit maar wel voor voor de Simon & Garfunkel-cover ‘Sound Of Silence’ gekozen en daar geniet menigeen van met gesloten ogen. Mike Rosenberg heeft gevraagd of iedereen stil wil zijn en daar wordt gehoor aan gegeven. Het publiek luistert sowieso heel goed naar de Engelse singer/songwriter.
HET CONCERT:
DE ACT:
Rosenberg vertelt het ‘from zero to hero’-verhaal nog maar een keer. Dat hij vijf jaar op straathoeken stond, in pubs voor twintig biertankende mensen speelde, maar dat het opeens allemaal gebeurde. Ed Sheeran nam de folktokkelaar mee op tour en dat matchte wel met zijn publiek. Het scheelt ook dat Passenger een monsterhit scoorde met ‘Let Her Go’.
HET NUMMER:
‘Let Her Go’ wordt tegen de verwachting in niet aan het einde van de set gespeeld, maar iets over het midden. Passenger heeft de meezingers toch al op z’n hand, maar bij dit werkje galmen de stemmen door de hele Alpha heen. Jong en oud kent het woord voor woord. ‘Let Her Go’ stond dit jaar niet voor niets op 94 in de Top 2000. Het is ook een verademing dat Passenger even níet om publieksparticipatie vraagt.
HET MOMENT:
‘I hate the X-factor for murdering music,’ zingt Passenger in ‘I Hate’ dat gaat over vanalles waar hij een hekel aan heeft. Bijzonder dat hij die stelling doet in dit kinderlijk kroegenlied. Oh the irony. Maar, net als bij z’n andere werk, doet het publiek volop mee met het lalalala-refrein. Dat moet héél hard van Passenger, want anders ben je een racist.
HET PUBLIEK:
Passenger is mateloos geliefd in de Alpha, dat hem zeker niet als one hit wonder ziet. Z’n laatste platen blijken goed beluisterd want het meezingen zet een optreden lang door. Dit publiek had vooraf al héél veel zin in de Passenger-show.
HET OORDEEL:
De mensheid laat soms collectief een steekje vallen. Dat leidt bijvoorbeeld tot het gat in de ozonlaag, kernrampen en chips met Patatje Joppie-smaak. Ook heeft men en masse besloten een kans te geven aan een zanger met de stem van een gewurgde smurf. Die kans is met beide handen aangegrepen. Het is ook geen nietsnut, die Passenger. Hij heeft een goede tokkelgave en zijn sound komt helder de Alpha in. Dat hij er met zijn stampende voet een doffe basdrum onder legt, is lelijk maar wel effectief. Die bonken zijn acceleratoren voor het geklap. En als Passenger ergens op mikt, is het publieksparticipatie. Net als optredens van Seasick Steve, drijven de Passenger-shows op entertainment. De man staat in z’n eentje op het podium, dus moet hij alles doen om de aandacht erbij te houden. Die kunst beheerst hij uitstekend. Rosenberg is een vlotte prater en maakt een paar gevatte grappen. Constant zorgt hij voor nieuwe prikkels zodat het niet alleen het liedje is. Dan komt opeens ‘What Is Love?’ van Haddaway tussendoor of mag iedereen met de vingers knippen. Het is een verademing dat Passenger tegen het eind zonder opsmuk een nieuw intiem folkliedje speelt. Hij kan het wel. Maar te vaak vervalt hij in semi-jolige kroegliedjes zoals het lichte ‘The Wrong Direction’, dat desondanks met open armen wordt onthaald door het publiek. Passenger heeft het geluk dat al die mensen iets schoons horen in zijn stem, die nummer na nummer als een bloedende lintworm het arme oor inkruipt. We zijn nog lang niet van Passenger af.